Klokslag tien uur werd het sporadische geknal structureel. Alsof er vanaf dat tijdstip geld werd uitgedeeld, begaf de vuurwerk minnende mens zich op straat om zijn geld in herrie en rook te laten opgaan. In het stadspark steken diverse groepjes jongeren met sigaretten of aanstekers knallers aan en doen een paar stappen terug, voordat de knal te horen, en een wolkje luchtvervuiling is te zien. Dit schouwspel herhaalt zich voortdurend. De zon schijnt, vuur zie je niet, alleen dat wolkje rook. Het gaat ook niet om vuur, maar om de knal.
Wij vervoeren in gedeelten een bed naar een ander huis en rijden enkele malen langs het stadspark. In enkele uren tijd verandert er niets. Misschien heeft een aantal jongeren plaats gemaakt voor andere, maar ik zie het verschil niet. De kleding is identiek, de kapsels en de capuchons ook. Er wordt niet gelachen, maar gelukkig ook niet gehuild. Het is een serieuze bezigheid, dat knallen.
Ik dacht...als ik nou de hardste knal op zou nemen, dan zou ik die keer op keer af kunnen spelen, want wat is het verschil tussen de ene knal en de andere? Boem. Verder komen mijn gedachten niet. Hoeveel kost zo'n knal, vraag ik me af. Wat is er leuk aan zo'n knal? Verkeerde vraag. Wie interesseert zich in een knal, is een betere. Ik zoek mijn geheugen af naar mensen, die van vuurwerk houden, maar ik kan ze niet vinden. Niemand in mijn familie hield van vuurwerk en ik heb ook geen vrienden, en ook nooit gehad, die ervan houden. Kennelijk leef ik binnen het deel van de samenleving, waarin vuurwerk niet thuis hoort.
Niet waar: een vriendin had eens een man, die van vuurwerk hield. Wij vierden Oud en Nieuw met elkaar en hij had tassen vol van dat spul meegenomen. Ik had daar niet op gerekend en zag mezelf al binnen staan, omdat het zoenen van de buren teveel risico's zou opleveren, maar het lukte om hem naar het midden van de straat te verbannen, Dezelfde man werd door mijn vriendin gedumpt, toen hij haar herder had mishandeld, maar niet nadat hij haar ook nog een flink pak slaag had gegeven. Of het een iets met het ander te maken heeft, durf ik niet te beweren.
Misschien doet de knal van vuurwerk denken aan een schot van een vuurwapen. Geeft de knal dan een gevoel van macht? Mijn psychologische kennis schiet erbarmelijk tekort als ik zoek naar de geest, die er genoegen in schept om op niets af te knallen. Is deze lege bezigheid een voorbode van andere lege bezigheden, zoals het neerknallen van levende wezens tijdens het jachtseizoen? Of misschien zijn de knalminners in potentie uiterst goede soldaten. De dienstplicht komt weer in mijn hoofd op. Dat heb ik ook, als ik hooligans zie. Ik denk direct aan de gemiste jaren dienst, die mannen met geweren en geweld liet spelen, maar ook discipline bijbracht. "De mooiste tijd van hun leven", hoorde ik mannen van mijn leeftijd vaak zeggen. Feit is wel, dat een deel van de menselijke man de jacht en het gevaar lijkt te missen. Een ander deel is bijzonder gelukkig met een kantoorbaan. S5 ontduikers van de dienstplicht waren een specifiek slag.
In de verte hoor ik nog steeds het oorlogsgeweld in het stadspark. Het is inmiddels een monotoon geluid, een enkele keer afgewisseld door een knal iets dichterbij. Net zo monotoon zal het brein zijn, dat na iedere knal het volgende rotje aansteekt. Zonder ups en downs, zonder specifieke uitschieters, zonder de gedachte, dat hij tijd zou kunnen steken in iets zinnigers. De eindeloze herhaling van dezelfde actie, van tien uur 's morgens tot een uur 's nachts, als de wet een eind maakt aan de dwangneurose.
31.12.13
19.12.13
Tien jaar leugens
Mensen als jij leggen de fout altijd bij een ander, zijn niet in staat om in de spiegel te kijken en eens eerlijk te bekennen, dat ze falen, kapot maken, zelfs hun eigen vlees en bloed. Mensen als jij kunnen geen excuses aanbieden. Mensen als jij denken, dat over de fouten die ze maken, de volgende dag heen gevlogen kan worden. Beseffen zich niet, dat sommige fouten onherstelbaar zijn, mensen van binnen dusdanig kapot maken, dat er altijd een grote wond of litteken blijft zitten.
Mensen als jij maken andere mensen kapot, zonder dat er iets van blijft hangen. Mensen als jij hebben morgen weer een nieuwe dag, en zijn die van gisteren vandaag alweer vergeten. Mensen als jij weten niet wat ze aanrichten in levens, weten niet wat een verstoorde, kapotte kindertijd voor invloed heeft op de rest van het leven van een mens. Denken dat pamperen en zoet houden genoeg is om de wonden te helen. Kortzichtigheid. Botheid. Arrogantie. Maar vooral: nooit beseffen wat ze allemaal kapot hebben gemaakt en dat dat ooit als boemerang zal werken. Nooit beseffen, dat een kind maar een jeugd heeft, waar het de rest van zijn leven mee moet doen en dat al die rottige ervaringen niet meer uit te wissen zijn. Nooit beseffen, dat andere mensen maar één leven hebben, dat nooit overgedaan kan worden. Nooit beseffen, dat wonden iedere keer weer open gaan, als er een déjà vu verschijnt. Mensen zoals jij beseffen dat allemaal niet.
Het vertrouwen, dat wij in jou hadden moeten hebben, heb je zo verschrikkelijk beschaamd, op zo'n onbeschofte manier, dan het me absoluut niet verwonderd dat je dochter je nu, op haar 25ste, tegenkomt en herkent als die persoon uit haar kindertijd, die de boel bij elkaar heeft gelogen. En de basis van die leugens draag je nog steeds bij je: jouw huidige gezin. Een voortdurende confrontatie met de ellende, die ze heeft meegemaakt. Het is respectloos om dat niet te begrijpen en alle problemen van dit moment bij een ander of bij haarzelf te leggen.
Je gaat, net als opa, volkomen voorbij aan de psyche van de mens. Die bestaat niet, omdat het jou niet uitkomt. Je wilt het verleden uitvlakken, ook bij een ander, door met kracht hun kop in jouw zandbak te steken, maar dat lukt je niet. Dat lukt niet, omdat andere mensen geen ramen en deuren dichtkwakken als het te moeilijk wordt, maar die open laten staan en willen weten hoe het zat, wat waar was en wat niet, wie de schuldige is en wie niet. Er zijn mensen die wel vorsen naar de waarheid en antwoorden willen hebben op al hun vragen. Die laten zich niet met een kluitje in het riet sturen. Die zetten hun verstand, zoals jij dat doet, niet op nul en baggeren niet verder in dit leven alsof er niets gebeurd is. Nee, die mensen willen een leven met mensen die ze kunnen vertrouwen, tot op het kleinste woord. Die mensen willen wijzer worden van het verleden en ervoor zorgen, dat ze zoiets nooit meer overkomt. En zelfs dan zal het ze weer overkomen, want mensen zoals jij zijn helaas in de meerderheid. Ga je diep schamen voor alles wat je onze kinderen hebt aangedaan en wat je ze aan kindertijd hebt ontnomen. En voor wat ik ze niet heb kunnen geven, omdat je van mij een wrak maakte.
15.12.13
"Natuurlijk schat!"
Er zijn nog steeds mannen, die vrouwen als een deel van hun echtgenoot beschouwen. Het kan zijn, dat vrouwen daar zelf aan meewerken. Volgzame vrouwen, dociel voort hobbelend in het huwelijk dat ze zijn aangegaan. Maar misschien geven de hoge scheidingscijfers aan, dat er niet zoveel meer van dit soort vrouwen bestaan. Vrouwen accepteren veel minder dan vroeger. Zij hebben een stem gekregen, die net zo te horen is als die van de man.
In de Velsense media ben ik vooral echtgenote, maak ik deel uit van het echtpaar. En dat echtpaar wordt als een onafscheidelijke, gelijkdenkende eenheid neergezet. Dat ik 49 jaar lang mijn ziel heb ontwikkeld zonder die man, dat speelt geen rol. In die 49 jaar moest ik me eerst bevrijden van het juk van mijn vader, die als man dacht mij te kunnen voorschrijven wat goed voor me was en die met zwart/wit meningen mijn hersens dacht te kunnen spoelen. Voor zover hem dat lukte, lukte het mij die spoeling weer ongedaan te maken. De volgende twintig jaar heb ik naar de pijpen gedanst van een echtgenoot, die vooral zijn eigen leven leuk maakte, maar al in het midden van die periode realiseerde ik me, dat ik mijn eigen leven wilde leiden. En dus werd ik lastig. Ik sloot de voordeur regelmatig van binnenuit af, dan mocht hij elders slapen, bedden genoeg. Uiteindelijk ging die voordeur niet meer open. Een scheiding, want ik ben een mens en ik denk en ik voel, ook al ben ik vrouw. Misschien juist daarom.
Als er een ding lastig aan mij is, en dat vinden vrouwen ook, dan is het mijn mening. Ik wijk zelden af van een mening, of er moet een heel goed tegenargument aangedragen worden. Die argumenten liggen niet voor het oprapen, zelfs niet voor mannen. Ik denk, ik ben, ik doe. Er zijn geen ketens, die mij op de door een ander gewenste plek kunnen houden. Zelfs mijn echtgenoot is niet in staat die ketens te vinden. "Ik" is een heel apart geval. Een individu, dat niet lijkt op... of doet als... "Ik" is ziels alleen in deze wereld met haar gedachten, er is niemand zoals ik. En dat bevalt me ontzettend goed.
Ik heb een echtgenoot omdat ik van hem houd. Ik lig graag met hem in bed en ik praat veel met hem. Ik vind zijn aanwezigheid om me heen heerlijk en moet er niet aan denken, dat hij er niet meer zou zijn. Hij geeft mijn leven warmte en vreugde en laat me door zijn nabijheid meer genieten van alles wat ik om mij heen heb vergaard. Gisteravond nog vond hij mijn maaltijd heerlijk en dat doet me goed. Vanavond zal ik zijn maaltijd heerlijk vinden, ook als die me niet zou smaken. De liefde maakt die al lekker voordat ik het proef. Maar als hij televisie kijkt, lees ik misschien een boek of struin ik het web af, omdat ik een naam hoorde, die ik niet kan thuisbrengen. We zijn zo anders. We denken anders en we willen andere dingen.
Ik ben niet een deel van een echtpaar, maar een eenling, die ervoor heeft gekozen om met een ander samen te leven. Als ik morgen besluit dat het genoeg is geweest, dan is dat zo. Alleen mijn kinderen zijn een deel van me. Die band is onvoorwaardelijk en al zou ik volledig moeten veranderen om die band in stand te houden, dan zou ik dat doen.
De man die mij keer op keer als 'echtpaar' in de krant noemt, heeft wellicht een vrouw thuis, die hij overheerst. Of omgekeerd, misschien overheerst zijn vrouw. Kennelijk is zijn huwelijk de samensmelting geworden van twee zielen, die als één zijn gaan denken en doen. Kennelijk is er in dat huwelijk (ik weet niet of het bestaat) geen ruimte meer voor individualiteit. Of misschien is het individu in dat huwelijk ten onder gegaan aan verveling en desinteresse. Een huwelijk waarin beide partners hun tijd uitzitten, vervreemd van elkaar, maar zich gelijktijdig constant ergerend aan al die kleine, voor anderen onzichtbare, dingetjes die zo specifiek zijn voor die partner. Mensen, die hun tijd uitzitten met een partner die ze door en door kennen, die nooit meer kan verbazen, die zelfs het laatste beetje strijd hebben opgegeven, omdat het nergens meer toe leidt. Een huwelijk zonder gesprek, het stel dat je koffie drinkend op een terras ziet zitten, zonder een woord te wisselen, starend in de verte, dromend van een volgend leven, waarin ze alles anders zouden doen.
Maar meer nog denk ik aan die man als een betweter, zoals mijn vader. Een man die voortdurend een mening heeft en die met veel bombarie verkondigt. Een vrouw die antwoordt met 'Natuurlijk schat', om maar van de boel af te zijn. Mijn vader vatte dat, net als al dit soort mannen, op met: 'Je moeder is intelligent. Ze is het altijd met mij eens!'. Mijn moeder hoopte vooral, dat hij zijn kop eens zou houden.
In de Velsense media ben ik vooral echtgenote, maak ik deel uit van het echtpaar. En dat echtpaar wordt als een onafscheidelijke, gelijkdenkende eenheid neergezet. Dat ik 49 jaar lang mijn ziel heb ontwikkeld zonder die man, dat speelt geen rol. In die 49 jaar moest ik me eerst bevrijden van het juk van mijn vader, die als man dacht mij te kunnen voorschrijven wat goed voor me was en die met zwart/wit meningen mijn hersens dacht te kunnen spoelen. Voor zover hem dat lukte, lukte het mij die spoeling weer ongedaan te maken. De volgende twintig jaar heb ik naar de pijpen gedanst van een echtgenoot, die vooral zijn eigen leven leuk maakte, maar al in het midden van die periode realiseerde ik me, dat ik mijn eigen leven wilde leiden. En dus werd ik lastig. Ik sloot de voordeur regelmatig van binnenuit af, dan mocht hij elders slapen, bedden genoeg. Uiteindelijk ging die voordeur niet meer open. Een scheiding, want ik ben een mens en ik denk en ik voel, ook al ben ik vrouw. Misschien juist daarom.
Als er een ding lastig aan mij is, en dat vinden vrouwen ook, dan is het mijn mening. Ik wijk zelden af van een mening, of er moet een heel goed tegenargument aangedragen worden. Die argumenten liggen niet voor het oprapen, zelfs niet voor mannen. Ik denk, ik ben, ik doe. Er zijn geen ketens, die mij op de door een ander gewenste plek kunnen houden. Zelfs mijn echtgenoot is niet in staat die ketens te vinden. "Ik" is een heel apart geval. Een individu, dat niet lijkt op... of doet als... "Ik" is ziels alleen in deze wereld met haar gedachten, er is niemand zoals ik. En dat bevalt me ontzettend goed.
Ik heb een echtgenoot omdat ik van hem houd. Ik lig graag met hem in bed en ik praat veel met hem. Ik vind zijn aanwezigheid om me heen heerlijk en moet er niet aan denken, dat hij er niet meer zou zijn. Hij geeft mijn leven warmte en vreugde en laat me door zijn nabijheid meer genieten van alles wat ik om mij heen heb vergaard. Gisteravond nog vond hij mijn maaltijd heerlijk en dat doet me goed. Vanavond zal ik zijn maaltijd heerlijk vinden, ook als die me niet zou smaken. De liefde maakt die al lekker voordat ik het proef. Maar als hij televisie kijkt, lees ik misschien een boek of struin ik het web af, omdat ik een naam hoorde, die ik niet kan thuisbrengen. We zijn zo anders. We denken anders en we willen andere dingen.
Ik ben niet een deel van een echtpaar, maar een eenling, die ervoor heeft gekozen om met een ander samen te leven. Als ik morgen besluit dat het genoeg is geweest, dan is dat zo. Alleen mijn kinderen zijn een deel van me. Die band is onvoorwaardelijk en al zou ik volledig moeten veranderen om die band in stand te houden, dan zou ik dat doen.
De man die mij keer op keer als 'echtpaar' in de krant noemt, heeft wellicht een vrouw thuis, die hij overheerst. Of omgekeerd, misschien overheerst zijn vrouw. Kennelijk is zijn huwelijk de samensmelting geworden van twee zielen, die als één zijn gaan denken en doen. Kennelijk is er in dat huwelijk (ik weet niet of het bestaat) geen ruimte meer voor individualiteit. Of misschien is het individu in dat huwelijk ten onder gegaan aan verveling en desinteresse. Een huwelijk waarin beide partners hun tijd uitzitten, vervreemd van elkaar, maar zich gelijktijdig constant ergerend aan al die kleine, voor anderen onzichtbare, dingetjes die zo specifiek zijn voor die partner. Mensen, die hun tijd uitzitten met een partner die ze door en door kennen, die nooit meer kan verbazen, die zelfs het laatste beetje strijd hebben opgegeven, omdat het nergens meer toe leidt. Een huwelijk zonder gesprek, het stel dat je koffie drinkend op een terras ziet zitten, zonder een woord te wisselen, starend in de verte, dromend van een volgend leven, waarin ze alles anders zouden doen.
Maar meer nog denk ik aan die man als een betweter, zoals mijn vader. Een man die voortdurend een mening heeft en die met veel bombarie verkondigt. Een vrouw die antwoordt met 'Natuurlijk schat', om maar van de boel af te zijn. Mijn vader vatte dat, net als al dit soort mannen, op met: 'Je moeder is intelligent. Ze is het altijd met mij eens!'. Mijn moeder hoopte vooral, dat hij zijn kop eens zou houden.
26.11.13
De Nieuwe Victoriaanse Tijd
Een braaf burger prikt papiertjes van het gras en stopt ze in een zak. Nog niet zo lang geleden zat hij achter zijn laptop en stuurde de BTW aangifte van zijn eigen bedrijf naar de belastingdienst. Hij maakt deel uit van de participatiemaatschappij, die in het leven werd geroepen door een handvol politici. Banken vielen om en namen onze economie mee in hun val. En ook deze papiertjesprikker, die zijn uitkering waardig is. Nederland telt 400.000 papiertjesprikkers. Ondertussen houdt een kabinet de stofzuiger boven het land en alles wat los zit verdwijnt, soms met hardnekkige tegenstribbeling, in de zak van de overheid. Er zijn nog te weinig papiertjesprikkers.
De effecten van de grote schoonmaak mogen niet zichtbaar worden, dus verplaatst de verantwoordelijkheid. Alles wat eerdaags misgaat zal te wijten zijn aan deze grote verhuizing, de decentralisatie. Er worden kaders aangegeven, waar mensen binnen passen. Mensen die niet passen zoeken naar een uitgestoken hand. Ze staan alleen en wachten op u.
De nieuwe tijd is aangebroken. U wordt model burger, of u het wilt of niet. Aan de keukentafel van uw buurvrouw is besloten, dat u voortaan haar boodschappen doet. U heeft verplichtingen ten aanzien van uw buren of familie en die kunt u niet langer negeren, want de overheid heeft besloten dat u veel meer kunt doen dan u tot nu toe deed. Er is geen plaats meer voor individualiteit, voor alleen uw eigen problemen. U wordt geacht zich ook die van uw buren aan te trekken en die op te lossen. U gedraagt zich tot nu toe niet sociaal, maar daar is echt geen geld meer voor. U zult voortaan het papier ruimen dat een ander achterliet, want u bent mede verantwoordelijk voor het schone grasveld, ook al komt u daar normaal nooit.
Niet langer u, maar de participatiewet bepaalt, dat u vrijwilliger bent. U conformeert zich vrijwillig aan de eisen die u worden gesteld en kunt zich vrijwillig laten zuiveren, indien u weigert: drie maanden vasten, eventueel met behulp van een natuurgenezer als uw verzekering hem dekt. Uw moraal is die van ons en onze moraal is die van u. Wij zijn in het Nieuwe Victoriaanse Tijdperk beland, waarin u alle mogelijkheid heeft uzelf te zijn, zolang u dat doet achter uw voordeur met gesloten gordijnen. U geeft geen zichtbare uiting aan uw ongenoegen, niet over het drank- en rookverbod voor uw kinderen, niet over de verplichte boodschappen die u voor uw buurvrouw doet en niet over het huishoudelijke werk, dat u van uw partner moest overnemen, omdat huishoudelijke hulp een luxe is. U klaagt niet over uw dagreis naar het goede ziekenhuis, de eigen bijdrage voor uw medicijnen en u zult niet zeuren over de helm, die u tijdens het fietsen hindert. U mag op zondag breien, als u tijd heeft, maar dan alleen in de achterkamer, absoluut niet in de erker.
'Het is verkeerd om te leven onder dwang. Maar leven onder dwang, daar is niemand toe gedwongen' (Epicurus). Dat doet u in Nederland geheel vrijwillig.
De effecten van de grote schoonmaak mogen niet zichtbaar worden, dus verplaatst de verantwoordelijkheid. Alles wat eerdaags misgaat zal te wijten zijn aan deze grote verhuizing, de decentralisatie. Er worden kaders aangegeven, waar mensen binnen passen. Mensen die niet passen zoeken naar een uitgestoken hand. Ze staan alleen en wachten op u.
De nieuwe tijd is aangebroken. U wordt model burger, of u het wilt of niet. Aan de keukentafel van uw buurvrouw is besloten, dat u voortaan haar boodschappen doet. U heeft verplichtingen ten aanzien van uw buren of familie en die kunt u niet langer negeren, want de overheid heeft besloten dat u veel meer kunt doen dan u tot nu toe deed. Er is geen plaats meer voor individualiteit, voor alleen uw eigen problemen. U wordt geacht zich ook die van uw buren aan te trekken en die op te lossen. U gedraagt zich tot nu toe niet sociaal, maar daar is echt geen geld meer voor. U zult voortaan het papier ruimen dat een ander achterliet, want u bent mede verantwoordelijk voor het schone grasveld, ook al komt u daar normaal nooit.
Niet langer u, maar de participatiewet bepaalt, dat u vrijwilliger bent. U conformeert zich vrijwillig aan de eisen die u worden gesteld en kunt zich vrijwillig laten zuiveren, indien u weigert: drie maanden vasten, eventueel met behulp van een natuurgenezer als uw verzekering hem dekt. Uw moraal is die van ons en onze moraal is die van u. Wij zijn in het Nieuwe Victoriaanse Tijdperk beland, waarin u alle mogelijkheid heeft uzelf te zijn, zolang u dat doet achter uw voordeur met gesloten gordijnen. U geeft geen zichtbare uiting aan uw ongenoegen, niet over het drank- en rookverbod voor uw kinderen, niet over de verplichte boodschappen die u voor uw buurvrouw doet en niet over het huishoudelijke werk, dat u van uw partner moest overnemen, omdat huishoudelijke hulp een luxe is. U klaagt niet over uw dagreis naar het goede ziekenhuis, de eigen bijdrage voor uw medicijnen en u zult niet zeuren over de helm, die u tijdens het fietsen hindert. U mag op zondag breien, als u tijd heeft, maar dan alleen in de achterkamer, absoluut niet in de erker.
'Het is verkeerd om te leven onder dwang. Maar leven onder dwang, daar is niemand toe gedwongen' (Epicurus). Dat doet u in Nederland geheel vrijwillig.
24.11.13
Pleidooi voor de afschaffing van NIX18
Rebellie begint in groep acht van het basisonderwijs. Een enkeling zal de veiligheid nog niet verlaten, onder moeders hoede aanschouwen hoe het leven verandert en eisen stelt aan eigen denkvermogen en doen. Wie die enkeling blijft, zal buiten de groep vallen, buiten dat wat gangbaar is. Opgelegd misschien door de macht van de ouders of door gebrek aan moed.
Een kind onttrekt zich langzaam aan de macht van de ouders en ontdekt de wereld zelf, met eigen ogen, eigen gevoel en eigen waarden. Een proces dat al zo oud is als de mens zelf. Een proces dat behoort bij de biologie van ons soort. Stout zijn is een les. Zonder stout zijn wordt een wezen niet geconfronteerd met de gevaren van het leven en met de grenzen van eigenzinnig handelen en zal hij zwak zijn volwassenheid ingaan, niet opgewassen tegen de wereld, waar veel slechts op de loer ligt.
Bescherm een kind voor alle gevaren die kunnen dreigen en het zal de rest van zijn leven bescherming nodig hebben of niet oud worden, omdat het gevaar hem heeft ingehaald. Hij wist niet wat te doen, hoe te handelen. Bescherming maakt zwak en onzelfstandig, laat het kind niet herkennen waar gevaren dreigen en leert het niet gevechten aan te gaan.
Veel volwassenen hebben de neiging tot beter weten en denken dat hun kennis in het kind gepompt kan worden, waardoor het zelf die ontwikkeling kan overslaan. Zij gaan voorbij aan het feit, dat alleen ervaring het benodigde litteken achterlaat op de ziel, dat steeds weer opduikt als zich eenzelfde situatie voordoet. Een peuter moet zijn vingers branden aan de lucifer, wil hij de rest van zijn leven weten hoeveel pijn vuur doet.
Overmatige bescherming van een kind tegen alle slechts dat in het leven op de loer ligt, verarmt de geest. Het kind zal niet weten, ervaren, maar alleen geloven. Het zal niets aan den lijve ondervinden, maar slechts afgaan op het oordeel van een ander, zonder ooit te weten of dat oordeel juist is. Zijn enige mogelijkheid is aan te nemen, te vertrouwen, zonder zelf uit te vinden. Als dat vertrouwen misplaatst blijkt wordt zijn ziel gekrenkt, maar hij zal niet weten hoe zich te verdedigen, want dat heeft hij nooit geleerd. Een overmatig beschermd kind wordt als volwassene een zwakkeling.
Het streven naar perfectie van het ouderschap, zoals dat wordt verwacht door onze samenleving en zoals dat wordt voorgeschreven in de media, is niet alleen een onmogelijk streven, maar ook een met een averechts effect. Geloof in gezag heeft in onze samenleving al bewezen, dat misbruik van dat gezag hoogtij viert. Het is niet voor niets, dat kopstukken vele jaren wegkomen met corruptie en fraude. Gezag dient niet geloofd, maar gecontroleerd te worden. Zoals vuur niet heet is tot men het voelt.
De vrijheid van de tiener beknotten, uit oogpunt van bescherming kan alleen leiden tot enorme problemen. De drang naar die vrijheid, zelfontplooiing en zelfredzaamheid zal bij de een groter worden dan ooit en een vorm van anarchisme aannemen. De ander zal geloof hechten aan alles wat hem wordt voorgeschoteld, wat zal leiden tot zwakte, onderdanigheid en angst.
Een tiener verboden opleggen waardoor hij zijn eigen grenzen en de grenzen van zijn omgeving niet kan aftasten en bovendien zich zijn eigen litteken, zijn eigen waarschuwingssignaal, niet kan toebrengen, maakt hem als volwassene tot een speelbal van het kwaad, in iedere zin van het woord.
Een kind onttrekt zich langzaam aan de macht van de ouders en ontdekt de wereld zelf, met eigen ogen, eigen gevoel en eigen waarden. Een proces dat al zo oud is als de mens zelf. Een proces dat behoort bij de biologie van ons soort. Stout zijn is een les. Zonder stout zijn wordt een wezen niet geconfronteerd met de gevaren van het leven en met de grenzen van eigenzinnig handelen en zal hij zwak zijn volwassenheid ingaan, niet opgewassen tegen de wereld, waar veel slechts op de loer ligt.
Bescherm een kind voor alle gevaren die kunnen dreigen en het zal de rest van zijn leven bescherming nodig hebben of niet oud worden, omdat het gevaar hem heeft ingehaald. Hij wist niet wat te doen, hoe te handelen. Bescherming maakt zwak en onzelfstandig, laat het kind niet herkennen waar gevaren dreigen en leert het niet gevechten aan te gaan.
Veel volwassenen hebben de neiging tot beter weten en denken dat hun kennis in het kind gepompt kan worden, waardoor het zelf die ontwikkeling kan overslaan. Zij gaan voorbij aan het feit, dat alleen ervaring het benodigde litteken achterlaat op de ziel, dat steeds weer opduikt als zich eenzelfde situatie voordoet. Een peuter moet zijn vingers branden aan de lucifer, wil hij de rest van zijn leven weten hoeveel pijn vuur doet.
Overmatige bescherming van een kind tegen alle slechts dat in het leven op de loer ligt, verarmt de geest. Het kind zal niet weten, ervaren, maar alleen geloven. Het zal niets aan den lijve ondervinden, maar slechts afgaan op het oordeel van een ander, zonder ooit te weten of dat oordeel juist is. Zijn enige mogelijkheid is aan te nemen, te vertrouwen, zonder zelf uit te vinden. Als dat vertrouwen misplaatst blijkt wordt zijn ziel gekrenkt, maar hij zal niet weten hoe zich te verdedigen, want dat heeft hij nooit geleerd. Een overmatig beschermd kind wordt als volwassene een zwakkeling.
Het streven naar perfectie van het ouderschap, zoals dat wordt verwacht door onze samenleving en zoals dat wordt voorgeschreven in de media, is niet alleen een onmogelijk streven, maar ook een met een averechts effect. Geloof in gezag heeft in onze samenleving al bewezen, dat misbruik van dat gezag hoogtij viert. Het is niet voor niets, dat kopstukken vele jaren wegkomen met corruptie en fraude. Gezag dient niet geloofd, maar gecontroleerd te worden. Zoals vuur niet heet is tot men het voelt.
De vrijheid van de tiener beknotten, uit oogpunt van bescherming kan alleen leiden tot enorme problemen. De drang naar die vrijheid, zelfontplooiing en zelfredzaamheid zal bij de een groter worden dan ooit en een vorm van anarchisme aannemen. De ander zal geloof hechten aan alles wat hem wordt voorgeschoteld, wat zal leiden tot zwakte, onderdanigheid en angst.
Een tiener verboden opleggen waardoor hij zijn eigen grenzen en de grenzen van zijn omgeving niet kan aftasten en bovendien zich zijn eigen litteken, zijn eigen waarschuwingssignaal, niet kan toebrengen, maakt hem als volwassene tot een speelbal van het kwaad, in iedere zin van het woord.
23.11.13
Vroeger...
Tien jaar dood op bed in je eigen huis. Het klinkt in mijn oren beter dan tien jaar onder de grond met, zoals Jaap Fischer het zong, 'wat maden en een mol, ik maak mijn eigen graf wel vol'. En dat klinkt weer beter dan de oven, maar ieder zo zijn wens.
Er zijn genoeg redenen te bedenken, waarom mensen een eenzaam leven leiden. Een van de eerste daarvan is wel een wereld, die niet meer bij je past en waar je geen aansluiting meer bij voelt. Het valt me op, dat het solitaire leven van de dood gevonden mensen in de media wordt omschreven als een schandalig gevolg van onze steeds individualistischer samenleving, vooral neergelegd bij buren en familie. Geen journalist die zich bedenkt, dat de eenzaamheid ook een keus kan zijn. Voor een kluizenaarsbestaan kan men kiezen.
Onze gemeente heeft gekozen voor de digitalisering van diverse overheidstaken. Een uitkering moet via internet worden aangevraagd, informatie over tal van zaken is alleen nog via internet te vinden. Een vertrouwd stuk papier in je handen is ouderwets en wie dat mist, is een loser. Onze gemeente ging voorbij aan een motie die vond, dat het te vroeg is voor deze stap in de eindeloze kilte van bits en bytes, nullen en enen, misschien het beste te vergelijken met het donkere niets in ons heelal. Voor wie er niet mee overweg kan, is ergens wel hulp te vinden. Voor wie zaken dan toch zelf wil regelen, is geen plaats meer.
Ik werkte met de eerste computers, op de eerste 'terminals' en met de eerste PC's. Voor mij was niets mooier dan die voortschrijdende techniek, die steeds meer mogelijk maakte. Van telegrammen, dure telefoontjes en langzame brieven naar het buitenland, via de fax naar de e-mail en nu face-time. Prachtig! Of toch minder? Mijn telefoon is een deel van mijn lijf geworden en ik kan nooit meer zeggen dat ik niet thuis ben, ook al wil ik vaak zó graag niet thuis zijn. Mijn inbox wordt dagelijks rijkelijk gevuld met allerlei informatie, brieven, vragen en uitnodigingen, die allen even dringend lijken. Ik ben uren per week bezig het kaf van het koren te scheiden. Als ik eenmaal een product heb gekocht via internet, word ik vanaf dat moment dagelijks door het bedrijf overdonderd met reclame en tot nu toe heeft 'afmelden' geen effect gehad. En ik blijf me tot in den treure afmelden, want even een site bezoeken of informatie opvragen (waar kan dat nog anders dan op internet?) en ik heb er weer nieuwe volgers bij. Ik heb een abonnement op raadsinformatie, en dat wordt me met ieder nieuw bericht op die site weer even gemeld, alsof mijn geheugen vergelijkbaar is met dat van een vis: drie seconden. U hebt mail, een, twee, u hebt mail, een twee, u hebt mail, een twee...piep piep, boiiiing, tralala!
De techniek vindt ook oplossingen uit. Als ik mijn telefoon niet wil opnemen, dan kan ik met een bericht antwoorden. Gister zat ik in vergadering. Een ander kreeg het bericht 'ik zit in het buitenland'. Grapje! Maar zo reageer je als je per ongeluk je telefoon niet op stil hebt gezet. En als je per ongeluk je telefoon op stil laat staan, dan mis je het belangrijke telefoongesprek waarop je zat te wachten. Dit is geen wereld voor mij, maar ik moet meedoen met die haastige flauwekul, anders val ik buiten te boot.
Iemand die zijn AOW automatisch krijgt gestort en zijn rekeningen automatisch betaalt, geen werk meer doet en de drukte van deze maatschappij buiten de deur laat, ervaart daarachter een enorme rust. De rust van het boek, de krant, wat televisie en de overpeinzingen van het leven. Moe van alle tegenvallers in het leven, moe waarschijnlijk van het lijf, dat al zoveel jaren pijn doet en steeds slechter functioneert, moe van de films, die allemaal al gemaakt zijn, moe van de hongersnoden, de oorlogen en het gif van verkeerde mensen, dat allemaal al zo vaak zijn pad heeft gepasseerd. Dat is de kluizenaar, die zijn tijd uitzit, tot hij op zijn bed gaat liggen en voorgoed in slaap valt. Het zal hem waarschijnlijk een zorg zijn, wanneer hij in een algemeen geaccepteerd graf komt te liggen. Hij ligt daar goed, op zijn eigen bed, waar hij al tijden zijn rust vond, ongestoord. Waar hij de wereld niet liet veranderen in een heksenketel. Hij stierf in zijn eigen, vertrouwde harnas. Misschien had hij altijd onopgemerkt willen blijven, net als de vrouw, die haar dode man en hond bij zich hield en op die manier uiting gaf aan haar eeuwige liefde. Soms willen mensen geen andere mensen meer, maar nog alleen koesteren wat hen zo dierbaar was: vroeger, toen het nog mooi was.
Er zijn genoeg redenen te bedenken, waarom mensen een eenzaam leven leiden. Een van de eerste daarvan is wel een wereld, die niet meer bij je past en waar je geen aansluiting meer bij voelt. Het valt me op, dat het solitaire leven van de dood gevonden mensen in de media wordt omschreven als een schandalig gevolg van onze steeds individualistischer samenleving, vooral neergelegd bij buren en familie. Geen journalist die zich bedenkt, dat de eenzaamheid ook een keus kan zijn. Voor een kluizenaarsbestaan kan men kiezen.
Onze gemeente heeft gekozen voor de digitalisering van diverse overheidstaken. Een uitkering moet via internet worden aangevraagd, informatie over tal van zaken is alleen nog via internet te vinden. Een vertrouwd stuk papier in je handen is ouderwets en wie dat mist, is een loser. Onze gemeente ging voorbij aan een motie die vond, dat het te vroeg is voor deze stap in de eindeloze kilte van bits en bytes, nullen en enen, misschien het beste te vergelijken met het donkere niets in ons heelal. Voor wie er niet mee overweg kan, is ergens wel hulp te vinden. Voor wie zaken dan toch zelf wil regelen, is geen plaats meer.
Ik werkte met de eerste computers, op de eerste 'terminals' en met de eerste PC's. Voor mij was niets mooier dan die voortschrijdende techniek, die steeds meer mogelijk maakte. Van telegrammen, dure telefoontjes en langzame brieven naar het buitenland, via de fax naar de e-mail en nu face-time. Prachtig! Of toch minder? Mijn telefoon is een deel van mijn lijf geworden en ik kan nooit meer zeggen dat ik niet thuis ben, ook al wil ik vaak zó graag niet thuis zijn. Mijn inbox wordt dagelijks rijkelijk gevuld met allerlei informatie, brieven, vragen en uitnodigingen, die allen even dringend lijken. Ik ben uren per week bezig het kaf van het koren te scheiden. Als ik eenmaal een product heb gekocht via internet, word ik vanaf dat moment dagelijks door het bedrijf overdonderd met reclame en tot nu toe heeft 'afmelden' geen effect gehad. En ik blijf me tot in den treure afmelden, want even een site bezoeken of informatie opvragen (waar kan dat nog anders dan op internet?) en ik heb er weer nieuwe volgers bij. Ik heb een abonnement op raadsinformatie, en dat wordt me met ieder nieuw bericht op die site weer even gemeld, alsof mijn geheugen vergelijkbaar is met dat van een vis: drie seconden. U hebt mail, een, twee, u hebt mail, een twee, u hebt mail, een twee...piep piep, boiiiing, tralala!
De techniek vindt ook oplossingen uit. Als ik mijn telefoon niet wil opnemen, dan kan ik met een bericht antwoorden. Gister zat ik in vergadering. Een ander kreeg het bericht 'ik zit in het buitenland'. Grapje! Maar zo reageer je als je per ongeluk je telefoon niet op stil hebt gezet. En als je per ongeluk je telefoon op stil laat staan, dan mis je het belangrijke telefoongesprek waarop je zat te wachten. Dit is geen wereld voor mij, maar ik moet meedoen met die haastige flauwekul, anders val ik buiten te boot.
Iemand die zijn AOW automatisch krijgt gestort en zijn rekeningen automatisch betaalt, geen werk meer doet en de drukte van deze maatschappij buiten de deur laat, ervaart daarachter een enorme rust. De rust van het boek, de krant, wat televisie en de overpeinzingen van het leven. Moe van alle tegenvallers in het leven, moe waarschijnlijk van het lijf, dat al zoveel jaren pijn doet en steeds slechter functioneert, moe van de films, die allemaal al gemaakt zijn, moe van de hongersnoden, de oorlogen en het gif van verkeerde mensen, dat allemaal al zo vaak zijn pad heeft gepasseerd. Dat is de kluizenaar, die zijn tijd uitzit, tot hij op zijn bed gaat liggen en voorgoed in slaap valt. Het zal hem waarschijnlijk een zorg zijn, wanneer hij in een algemeen geaccepteerd graf komt te liggen. Hij ligt daar goed, op zijn eigen bed, waar hij al tijden zijn rust vond, ongestoord. Waar hij de wereld niet liet veranderen in een heksenketel. Hij stierf in zijn eigen, vertrouwde harnas. Misschien had hij altijd onopgemerkt willen blijven, net als de vrouw, die haar dode man en hond bij zich hield en op die manier uiting gaf aan haar eeuwige liefde. Soms willen mensen geen andere mensen meer, maar nog alleen koesteren wat hen zo dierbaar was: vroeger, toen het nog mooi was.
9.11.13
Voor het algemeen nut
"Ja, die kamillethee kunt u gewoon in de super kopen."
"En dan hoef ik die Strepsils niet te nemen?"
"Dat kan samen, hoor. Zo'n sabbeltje verzacht."
De vrouw dankt de assistente achter het glazen schuifraam en loopt aan de arm van haar man naar de uitgang van de dokterspraktijk. De assistente en ik kijken elkaar glazig aan.
"Goed," zeg ik, "Ik moet een volgende afspraak maken..."
Waar je al niet voor naar de dokter kan gaan, bedenk ik me op weg naar de auto. Een verkoudheid, wie doet dat nog in deze tijd? Vroeger, in de jaren negentig, lag het aanrecht van mijn schoonzusje vol met doosjes vitaminen, aspro bruis en paracetamol als ze weer eens verkouden was. De hele dag door was ze bezig met het bestrijden van haar snot en 's avonds kwamen de hete grogs aan de beurt. Enige versnelling in het verbeteringsproces is me nooit opgevallen. De Griekse familie, die een tijdlang in het huis van mijn ouders woonde, ging verder. Als een van de kinderen verkouden was, eiste ze van de huisarts een antibiotica kuur en de paniek sloeg toe, als een kind verhoging had. Grieken zijn beroemd om hun medicijngebruik. In een beetje straat in Athene kom je om de vier panden een pharmacia tegen en een recept heb je voor veel medicijnen niet nodig.
Het probleem met veelvuldig antibiotica gebruik is vooral, dat onze ziektekiemen resistentie ontwikkelen en de boel op den duur gewoon niet meer werkt waar het voor is uitgevonden. Vooral als een kuur niet wordt afgemaakt. Zo zijn er vormen van TBC ontstaan, die niet meer reageren op antibiotica. Ziektes waarvoor medicatie was worden zo in sommige gevallen weer dodelijk. Maar dat schijnt de Griekse apotheker, die dat toch zou moeten weten, niet te deren. Handel is handel. Handel is ook handel als het gaat om alle zelfmedicatie, die wij hier in de drogist kunnen kopen. Van Nisyleen, een homeopathisch pilletje, moet je bijna een heel doosje per dag doorslikken, om er baat bij te hebben. Mijn man gelooft daar in, maar zijn verkoudheden duren net zo lang als de mijne. De slik-onzin wordt nog aangewakkerd door al die goedbedoelende mensen om je heen die jou, als ze je een keer horen niezen, meteen met allerlei namen van pillen en poeders om de oren slaan. En vraag je het aan een dokter, dan zegt die zoals het zit: een verkoudheid duurt een week of twee, punt.
Terug naar die mevrouw met haar kamillethee en Strepsils. Die is kennelijk voor wat keelpijn naar de dokter gegaan. Dat kost geld. Wat nog meer geld kost is een nachtelijk- of weekendbezoek aan een huisartsenpost. Zo zat ik eens laat op de avond met een longontsteking in de wachtkamer van de huisartsenpost in het KG, toen een moeder met een meisje van een jaar of vier binnenkwam. Het meisje hing met duim in de mond op de moederschoot en keek wat verlegen om zich heen. Ik lachte haar toe en dat bleek een goed medicijn: ze lachte terug. Ik trok mijn neus wat gek op, en ze lachte nog harder. Ik stak het puntje van mijn tong uit, en ze ging rechtop zitten. Ik deed gek met mijn ogen en ze stond op, pakte een stuk speelgoed en liet het aan haar moeder zien. Nog een minuut later was ze volledig opgegaan in haar spel, liet haar moeder dingen zien en kwebbelde als een gezonde kleuter. Mamma zat wat beschaamd te murmelen over 'dat die kinderen altijd beter worden als je bij de dokter zit'. Een beetje mamma moet toch wel een betere inschatting van het euvel kunnen maken, dacht ik nog. En lukt dat uit jezelf niet, dan zijn er nog boeken als 'wanneer moet ik naar de dokter?'.
De verhoging van de eigen bijdrage in de zorg is een gevolg van de hoge kosten van die zorg. Wij kunnen natuurlijk allemaal roepen, dat het niet fair is, maar we kunnen ook wat beter naar ons eigen gedrag kijken. Vandaag lees ik, dat er volgend jaar voor het eerst in decennia sprake zal zijn van een krimp in de zorg. Boosdoener: de verhoogde eigen bijdrage. Wat mij zorgen baart is dat die verhoging de verkeerde mensen tegenhoudt om zorg in te roepen. Want mensen met een kleine beurs zijn niet per definitie de mensen, die voor een verkoudheid naar de dokter gaan of de bezorgde moeders, die denken dat hun kind door wat hangerigheid de nacht niet zal overleven.
Om mensen zover te krijgen, dat ze niet onnodig de zorg belasten, is meer informatie nodig. Nu die netten 1, 2 en 3 van de overheid toch wat meer zinnigheid moeten vertonen, kan een dom spelletje misschien worden vervangen voor een medisch informatief bulletin. En dan zit ik niet te wachten op de live aanblik van een keizersnede, maar op de snotneus en andere onschuldige ongemakken, die nou eenmaal bij een mens optreden. Misschien is dat nog te combineren met andere informatie, zoals de Belg zo mooi zegt, 'voor het algemeen nut'.
"En dan hoef ik die Strepsils niet te nemen?"
"Dat kan samen, hoor. Zo'n sabbeltje verzacht."
De vrouw dankt de assistente achter het glazen schuifraam en loopt aan de arm van haar man naar de uitgang van de dokterspraktijk. De assistente en ik kijken elkaar glazig aan.
"Goed," zeg ik, "Ik moet een volgende afspraak maken..."
Waar je al niet voor naar de dokter kan gaan, bedenk ik me op weg naar de auto. Een verkoudheid, wie doet dat nog in deze tijd? Vroeger, in de jaren negentig, lag het aanrecht van mijn schoonzusje vol met doosjes vitaminen, aspro bruis en paracetamol als ze weer eens verkouden was. De hele dag door was ze bezig met het bestrijden van haar snot en 's avonds kwamen de hete grogs aan de beurt. Enige versnelling in het verbeteringsproces is me nooit opgevallen. De Griekse familie, die een tijdlang in het huis van mijn ouders woonde, ging verder. Als een van de kinderen verkouden was, eiste ze van de huisarts een antibiotica kuur en de paniek sloeg toe, als een kind verhoging had. Grieken zijn beroemd om hun medicijngebruik. In een beetje straat in Athene kom je om de vier panden een pharmacia tegen en een recept heb je voor veel medicijnen niet nodig.
Het probleem met veelvuldig antibiotica gebruik is vooral, dat onze ziektekiemen resistentie ontwikkelen en de boel op den duur gewoon niet meer werkt waar het voor is uitgevonden. Vooral als een kuur niet wordt afgemaakt. Zo zijn er vormen van TBC ontstaan, die niet meer reageren op antibiotica. Ziektes waarvoor medicatie was worden zo in sommige gevallen weer dodelijk. Maar dat schijnt de Griekse apotheker, die dat toch zou moeten weten, niet te deren. Handel is handel. Handel is ook handel als het gaat om alle zelfmedicatie, die wij hier in de drogist kunnen kopen. Van Nisyleen, een homeopathisch pilletje, moet je bijna een heel doosje per dag doorslikken, om er baat bij te hebben. Mijn man gelooft daar in, maar zijn verkoudheden duren net zo lang als de mijne. De slik-onzin wordt nog aangewakkerd door al die goedbedoelende mensen om je heen die jou, als ze je een keer horen niezen, meteen met allerlei namen van pillen en poeders om de oren slaan. En vraag je het aan een dokter, dan zegt die zoals het zit: een verkoudheid duurt een week of twee, punt.
Terug naar die mevrouw met haar kamillethee en Strepsils. Die is kennelijk voor wat keelpijn naar de dokter gegaan. Dat kost geld. Wat nog meer geld kost is een nachtelijk- of weekendbezoek aan een huisartsenpost. Zo zat ik eens laat op de avond met een longontsteking in de wachtkamer van de huisartsenpost in het KG, toen een moeder met een meisje van een jaar of vier binnenkwam. Het meisje hing met duim in de mond op de moederschoot en keek wat verlegen om zich heen. Ik lachte haar toe en dat bleek een goed medicijn: ze lachte terug. Ik trok mijn neus wat gek op, en ze lachte nog harder. Ik stak het puntje van mijn tong uit, en ze ging rechtop zitten. Ik deed gek met mijn ogen en ze stond op, pakte een stuk speelgoed en liet het aan haar moeder zien. Nog een minuut later was ze volledig opgegaan in haar spel, liet haar moeder dingen zien en kwebbelde als een gezonde kleuter. Mamma zat wat beschaamd te murmelen over 'dat die kinderen altijd beter worden als je bij de dokter zit'. Een beetje mamma moet toch wel een betere inschatting van het euvel kunnen maken, dacht ik nog. En lukt dat uit jezelf niet, dan zijn er nog boeken als 'wanneer moet ik naar de dokter?'.
De verhoging van de eigen bijdrage in de zorg is een gevolg van de hoge kosten van die zorg. Wij kunnen natuurlijk allemaal roepen, dat het niet fair is, maar we kunnen ook wat beter naar ons eigen gedrag kijken. Vandaag lees ik, dat er volgend jaar voor het eerst in decennia sprake zal zijn van een krimp in de zorg. Boosdoener: de verhoogde eigen bijdrage. Wat mij zorgen baart is dat die verhoging de verkeerde mensen tegenhoudt om zorg in te roepen. Want mensen met een kleine beurs zijn niet per definitie de mensen, die voor een verkoudheid naar de dokter gaan of de bezorgde moeders, die denken dat hun kind door wat hangerigheid de nacht niet zal overleven.
Om mensen zover te krijgen, dat ze niet onnodig de zorg belasten, is meer informatie nodig. Nu die netten 1, 2 en 3 van de overheid toch wat meer zinnigheid moeten vertonen, kan een dom spelletje misschien worden vervangen voor een medisch informatief bulletin. En dan zit ik niet te wachten op de live aanblik van een keizersnede, maar op de snotneus en andere onschuldige ongemakken, die nou eenmaal bij een mens optreden. Misschien is dat nog te combineren met andere informatie, zoals de Belg zo mooi zegt, 'voor het algemeen nut'.
8.11.13
Wat heeft mij gemaakt?
Het 'wie' is duidelijk, mijn ouders: een lieve, naïeve en zeer waarschijnlijk autistische moeder en een potentaat. Tegen het eind van zijn leven schreeuwde die vader tegen die moeder "Als je dat nog een keer doet, dan sla ik je dood." Wat hij in de voorgaande vijfentachtig jaar allemaal schreeuwde, zal ik u besparen. Het 'wat' is nu denk ik ook duidelijk.
Vluchten kon, maar het was niet makkelijk, want potentaten hebben de macht in handen. Zijn grootste macht was mijn moeder, zonder dat hij het zich realiseerde. Alleen om haar zat ik iedere zondag op de bank in hun naargeestige, gedateerde huis. Alleen om hem smeet ik de keukendeur de helft van de keren dat ik vertrok hard achter mij dicht. 'Hij had het niet getroffen met zijn kinderen', vond hij. Omgekeerd bestond die vraag niet.
Omdat de Rietveld Academie niet mocht, werd het de Grafische MTS. Die maakte ik niet af. Ik ging naar Athene, kwam weer terug en ging naar Wenen, kwam weer terug en ging naar Rome, werd model en au pair. Ik werd aangenomen op de Academia di Belle Arti, maar zonder de kinderbijslag was dat niet mogelijk en dus ging het feest niet door. Het lukte mijn tweelingzus wel dat geld los te peuteren en die vervolgde haar studie Frans wijs in Wenen. Ze kwam niet meer terug. Mijn broer zou diplomaat worden, had pa bedacht, en dus studeerde hij Arabisch. Na zijn eerste reis naar die contreien bleef hij bij een prachtige Italiaanse in Rome steken. Ook hij kwam niet meer terug.
Ik liep tijdens een pauze in Nederland tegen een barkeeper aan en maakte daar negen jaar later twee kinderen mee. Ik had beter moeten weten en wat meer moeten geloven wat er gezegd werd, maar het zullen de Italiaanse invloeden zijn geweest die mij lieten denken, dat 'mijn Romeo niet zo was'. Of misschien was ik net zo naïef als mijn moeder.
Dat 'mijn Romeo nog erger was' bewees hij met een dubbelleven. Twee gezinnen in de dezelfde stad. Dat was mijn eigen schuld, vond mijn vader. "Je zal het er wel naar gemaakt hebben." En verder vond hij het ook geen probleem, want monogamie was absoluut niet 'zijn ding'. Hij nam acht jaar lang onze buurvrouw mee op vakantie en stak 's avonds in Zandvoort in pyjama de straat over, voor wat wel 'zijn ding' was. Soms had de buurvrouw een blauw oog. Bij ons thuis braken er voornamelijk bierflesjes en huisraad en was veel bestek verbogen.
De goede dingen in mijn leven worden vaak niet begrepen: kanker, hartfalen, een gehandicapte dochter. De rijkdom van de ervaring. De weg naar het mens zijn. Als er een God bestaat, is hij wel een beetje met mij aan het klungelen geweest, maar hij heeft dat rechtgezet. Dat vind ik lief. Ik denk dat hij me heeft willen leren, waar het allemaal om draait en dat is hem vast gelukt, anders was Ernst nooit mijn man geworden.
Het is windstil buiten en de stralen van een kleine ochtendzon vallen als zichtbare warmte op al het blad in onze tuin. Even geen herfstige aanblik, maar het is te koud voor ons favoriete koffieplekje bij de vijver. Irma zegt dat ik daar een winterse vervanging voor moet zoeken, maar het zijn juist de vissen en de bloemen, die dat plekje zo prachtig maken. De kop van oude Piet die in het water staat en de mannen van brons, die elkaar de hand vasthouden. Blauwe, groene en rode libellen, waterjuffers en de kikker, die met gespierde slagen onder het blad van een waterlelie verdwijnt. Dat leven mis ik in de winter. De lange zit is weer begonnen, wachtend op de eerste knoppen. Heeft de oleander het overleeft, en de canna en de olijf? Wanneer zitten we weer op die gammele stoeltjes bij de vijver en start het leven opnieuw, zoals het een doorstart maakte in 2003 en in 2007? Zal ik bang zijn, dat ik die dag niet haal?
Ik heb de potentaten en de leugenaars achter me gelaten. Misschien noemen ze dat wel 'God vinden': weten wie je bent. Die God zit in mijzelf en controleert mijn sprongen, spreekt me aan, maar waarschuwt ook voor valsheid en bedrog. Jammer, soms hoor ik niet zo goed. Het is vreemd, bedenk ik me nu, dat mensen met 'Zo waarlijk helpe mij God almachtig' de eed afleggen. Als zij dan niet eerlijk zijn, is dat kennelijk de schuld van God.
Vluchten kon, maar het was niet makkelijk, want potentaten hebben de macht in handen. Zijn grootste macht was mijn moeder, zonder dat hij het zich realiseerde. Alleen om haar zat ik iedere zondag op de bank in hun naargeestige, gedateerde huis. Alleen om hem smeet ik de keukendeur de helft van de keren dat ik vertrok hard achter mij dicht. 'Hij had het niet getroffen met zijn kinderen', vond hij. Omgekeerd bestond die vraag niet.
Omdat de Rietveld Academie niet mocht, werd het de Grafische MTS. Die maakte ik niet af. Ik ging naar Athene, kwam weer terug en ging naar Wenen, kwam weer terug en ging naar Rome, werd model en au pair. Ik werd aangenomen op de Academia di Belle Arti, maar zonder de kinderbijslag was dat niet mogelijk en dus ging het feest niet door. Het lukte mijn tweelingzus wel dat geld los te peuteren en die vervolgde haar studie Frans wijs in Wenen. Ze kwam niet meer terug. Mijn broer zou diplomaat worden, had pa bedacht, en dus studeerde hij Arabisch. Na zijn eerste reis naar die contreien bleef hij bij een prachtige Italiaanse in Rome steken. Ook hij kwam niet meer terug.
Ik liep tijdens een pauze in Nederland tegen een barkeeper aan en maakte daar negen jaar later twee kinderen mee. Ik had beter moeten weten en wat meer moeten geloven wat er gezegd werd, maar het zullen de Italiaanse invloeden zijn geweest die mij lieten denken, dat 'mijn Romeo niet zo was'. Of misschien was ik net zo naïef als mijn moeder.
Dat 'mijn Romeo nog erger was' bewees hij met een dubbelleven. Twee gezinnen in de dezelfde stad. Dat was mijn eigen schuld, vond mijn vader. "Je zal het er wel naar gemaakt hebben." En verder vond hij het ook geen probleem, want monogamie was absoluut niet 'zijn ding'. Hij nam acht jaar lang onze buurvrouw mee op vakantie en stak 's avonds in Zandvoort in pyjama de straat over, voor wat wel 'zijn ding' was. Soms had de buurvrouw een blauw oog. Bij ons thuis braken er voornamelijk bierflesjes en huisraad en was veel bestek verbogen.
De goede dingen in mijn leven worden vaak niet begrepen: kanker, hartfalen, een gehandicapte dochter. De rijkdom van de ervaring. De weg naar het mens zijn. Als er een God bestaat, is hij wel een beetje met mij aan het klungelen geweest, maar hij heeft dat rechtgezet. Dat vind ik lief. Ik denk dat hij me heeft willen leren, waar het allemaal om draait en dat is hem vast gelukt, anders was Ernst nooit mijn man geworden.
Het is windstil buiten en de stralen van een kleine ochtendzon vallen als zichtbare warmte op al het blad in onze tuin. Even geen herfstige aanblik, maar het is te koud voor ons favoriete koffieplekje bij de vijver. Irma zegt dat ik daar een winterse vervanging voor moet zoeken, maar het zijn juist de vissen en de bloemen, die dat plekje zo prachtig maken. De kop van oude Piet die in het water staat en de mannen van brons, die elkaar de hand vasthouden. Blauwe, groene en rode libellen, waterjuffers en de kikker, die met gespierde slagen onder het blad van een waterlelie verdwijnt. Dat leven mis ik in de winter. De lange zit is weer begonnen, wachtend op de eerste knoppen. Heeft de oleander het overleeft, en de canna en de olijf? Wanneer zitten we weer op die gammele stoeltjes bij de vijver en start het leven opnieuw, zoals het een doorstart maakte in 2003 en in 2007? Zal ik bang zijn, dat ik die dag niet haal?
Ik heb de potentaten en de leugenaars achter me gelaten. Misschien noemen ze dat wel 'God vinden': weten wie je bent. Die God zit in mijzelf en controleert mijn sprongen, spreekt me aan, maar waarschuwt ook voor valsheid en bedrog. Jammer, soms hoor ik niet zo goed. Het is vreemd, bedenk ik me nu, dat mensen met 'Zo waarlijk helpe mij God almachtig' de eed afleggen. Als zij dan niet eerlijk zijn, is dat kennelijk de schuld van God.
26.10.13
Hoera, u heeft burgerparticipatie gewonnen!
José Huzen, Kees Verhaar en Saskia Keereweer, verbonden aan JSO Expertisecentrum (Jeugd, Samenleving en Ontwikkeling), schreven het boek 'Stuurmanskunst op moreel kompas'. In mijn krant vandaag een stukje boek en meer hoef ik ook niet te lezen. Het eerste wat mijn kop dacht was: Ga vrijwilligerswerk doen ofzo.
De schrijvers bepleiten een andere aanpak ten aanzien van de participatiemaatschappij, waarvan de norm nu wordt bepaald door politiek Nederland. Maar, schrijven zij, die norm zou de burger van Nederland zelf moeten bepalen. Dat doen zij met zinnen als "Dat is te bereiken met het civiele gesprek. Dat gesprek is erop gericht de maatschappelijke visie en de (politieke) idealen niet alleen onder woorden te brengen, maar ook te vertalen naar concrete keuzes in het dagelijks als gemeenschap samen leven, wonen, werken en recreëren. Het is daarbij een geweldige kans dat de gemeente verantwoordelijk wordt voor het gehele sociale domein (...). Kortom, wij bepleiten, dat burgers de kans krijgen zelf de toon te zetten. Het is aan de bestuurder om zich dienstbaar op te stellen, ruimte te maken voor zo'n gesprek en mensen de kans te geven een bijdrage te leveren."
Dit soort taal kom ik regelmatig tegen. De politiek en de zorg zijn ervan doorspekt. Als er een verandering op stapel staat, dan worden alle mogelijke negatieve effecten daarvan omgetoverd tot 'kansen'. Maar hoe zit dat nou met kansen? De kans dat je een ton wint is minimaal, de kans dat je geen kanker krijgt maar 50% en de kans dat je slaagt alleen groot als je je rot hebt gewerkt. De decentralisatie van zorg een kans voor de gemeente? Jawel, een rotkans. Wat de centrale overheid met 100% middelen deed in bijvoorbeeld de jeugdzorg, moeten gemeenten in 2015 met, nu geschat, 85% van die middelen doen. Bedenk zelf maar hoe groot de kans is dat dat goed gaat. De 'civiele discussie' is al lang aan de gang, want iedereen ziet met angst en beven deze zware verantwoordelijkheid op zich af komen. Het merendeel van de bijeenkomsten die ik bijwoon gaan over de decentralisaties, de kantelingen, de bezuinigingen, georganiseerd door zorg-organisaties. En de 'vertaling' van die discussies is voortdurend hetzelfde: Als we nou zorgen dat er minder mensen in de zware (=dure) zorg terecht komen, dan kan er bezuinigd worden. Dus: vroegtijdig signaleren en wijkgericht hulp verlenen. We hopen er maar het beste van.
Ik zie liever een boek verschijnen, waarin het beleid van deze regering kritisch wordt bekeken. Hoe groot is de waanzin, om decentralisaties uit te voeren en al op voorhand te bezuinigen? Voor de duidelijkheid: uw hulp wordt betaald door A, maar volgend jaar wordt die betaald door B. Verandert er iets aan de hulp die u nodig heeft? Nee. Waarom dan wel aan het bedrag? Het gevolg is, dat u gewoon minder hulp krijgt. Kunt u toe met minder hulp? Nee? Dan heeft u vast nog wel ergens een familielid rondlopen, die u wil helpen! En zo niet, u heeft toch wel buren? Zo heeft Rutte-II dat bedacht. De schrijvers hierboven noemen dat een 'kans' voor de gemeenten. Een kans om op je bek te gaan, ja. Wie wordt er zo meteen aansprakelijk gesteld voor alles wat verkeerd gaat? De wethouder zorg, maar die kan er ook niets aan doen. Die heeft rechtstreeks of via de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) al steen en been geklaagd en ongelijk gekregen. De kans dat er na de overgang van rijk naar gemeenten een bezuiniging kan worden gerealiseerd in de zorg is 0. Je kan niet zomaar mensen uit hun zorgprogramma halen. Doe je dat wel, dan ben je heel slecht bezig. Op z'n vroegst is dat (ten dele) te realiseren in 2017 of 18 en dan moet die 'vroegtijdige signalering' wel werken. Wat nou als blijkt, dat er al vroegtijdig wordt gesignaleerd, als er niet preventiever te werken is dan nu het geval is?
Ik ben geen tegenstander van de decentralisaties. De gemeente staat dichter bij de burger dan het rijk, maar als je een systeem omgooit, dan zorg je eerst dat het nieuwe systeem functioneert en vervolgens laat je het systeem zelf bezuinigingen door efficiënter te werken. Misschien met wat minder 'civiele gesprekken'.
Waar ik nog steeds geen enkele fiducie in heb is een grotere burgerparticipatie binnen de zorg. Ik ben van mening, dat een ongelooflijk groot aantal burgers al volop participeert in de verzorging van hulpbehoevende ouders, zieken en gehandicapten. De mensen, die dat nu niet doen, zullen dat ook in de toekomst, om wat voor reden dan ook, niet kunnen of willen. Is er geen liefde, dan is het ondenkbaar dat kinderen hun ouders verzorgen. Die zorg zou elke keer weer met tegenzin worden gegeven en leiden tot steeds meer ergernis en conflicten over en weer. De zorg van familieleden voor gehandicapten heeft ook een andere kant, juist als er sprake is van veel liefde. Zo moet de moeder van een verstandelijk gehandicapt kind werkelijk moeder kunnen zijn en niet een verpleegkundige. De jarenlange druk en de enorme tijd die de totale verzorging van het kind vergt gaat op den duur ten koste van de relatie. De zorg moet haar op een bepaald moment uit handen genomen worden en zij moet daarna een normale moederband met haar kind kunnen onderhouden. Een mens kan niet een leven lang zichzelf wegcijferen. Hetzelfde geldt voor partners van langdurig zieken en voor kinderen van hulpbehoevende ouders. Nu, nog voor de decentralisaties, ken ik een aantal mensen in mijn directe omgeving die volkomen klem zitten in hun zorgverplichting, omdat de patiënten een te zwaar beroep op hen doen en hulp van buitenaf resoluut weigeren. Ik zie het ten koste gaan van hun eigen geestelijke en lichamelijke gezondheid. Als deze vorm van hulp wordt gestimuleerd en normaal wordt gevonden door de overheid, dan kan dat alleen maar resulteren in nog meer zorg aanvragen.
José, Kees en Saskia willen mensen 'een kans geven een bijdrage te leveren'. Uit welke wereld komen die drie? "Mevrouw Jansen, u bent de gelukkige winnaar van deze week: u mag uw buurvrouw pamperen!"
Een algemene norm ten aan zien van burgerparticipatie is niet te stellen. Net zomin als er een norm te bepalen is als het gaat om liefde en geestelijke of lichamelijke belasting. Ieder individu moet zijn grens zelf bepalen. En zelfs dan is het de vraag, of de grens niet zal worden overschreden.
De schrijvers bepleiten een andere aanpak ten aanzien van de participatiemaatschappij, waarvan de norm nu wordt bepaald door politiek Nederland. Maar, schrijven zij, die norm zou de burger van Nederland zelf moeten bepalen. Dat doen zij met zinnen als "Dat is te bereiken met het civiele gesprek. Dat gesprek is erop gericht de maatschappelijke visie en de (politieke) idealen niet alleen onder woorden te brengen, maar ook te vertalen naar concrete keuzes in het dagelijks als gemeenschap samen leven, wonen, werken en recreëren. Het is daarbij een geweldige kans dat de gemeente verantwoordelijk wordt voor het gehele sociale domein (...). Kortom, wij bepleiten, dat burgers de kans krijgen zelf de toon te zetten. Het is aan de bestuurder om zich dienstbaar op te stellen, ruimte te maken voor zo'n gesprek en mensen de kans te geven een bijdrage te leveren."
Dit soort taal kom ik regelmatig tegen. De politiek en de zorg zijn ervan doorspekt. Als er een verandering op stapel staat, dan worden alle mogelijke negatieve effecten daarvan omgetoverd tot 'kansen'. Maar hoe zit dat nou met kansen? De kans dat je een ton wint is minimaal, de kans dat je geen kanker krijgt maar 50% en de kans dat je slaagt alleen groot als je je rot hebt gewerkt. De decentralisatie van zorg een kans voor de gemeente? Jawel, een rotkans. Wat de centrale overheid met 100% middelen deed in bijvoorbeeld de jeugdzorg, moeten gemeenten in 2015 met, nu geschat, 85% van die middelen doen. Bedenk zelf maar hoe groot de kans is dat dat goed gaat. De 'civiele discussie' is al lang aan de gang, want iedereen ziet met angst en beven deze zware verantwoordelijkheid op zich af komen. Het merendeel van de bijeenkomsten die ik bijwoon gaan over de decentralisaties, de kantelingen, de bezuinigingen, georganiseerd door zorg-organisaties. En de 'vertaling' van die discussies is voortdurend hetzelfde: Als we nou zorgen dat er minder mensen in de zware (=dure) zorg terecht komen, dan kan er bezuinigd worden. Dus: vroegtijdig signaleren en wijkgericht hulp verlenen. We hopen er maar het beste van.
Ik zie liever een boek verschijnen, waarin het beleid van deze regering kritisch wordt bekeken. Hoe groot is de waanzin, om decentralisaties uit te voeren en al op voorhand te bezuinigen? Voor de duidelijkheid: uw hulp wordt betaald door A, maar volgend jaar wordt die betaald door B. Verandert er iets aan de hulp die u nodig heeft? Nee. Waarom dan wel aan het bedrag? Het gevolg is, dat u gewoon minder hulp krijgt. Kunt u toe met minder hulp? Nee? Dan heeft u vast nog wel ergens een familielid rondlopen, die u wil helpen! En zo niet, u heeft toch wel buren? Zo heeft Rutte-II dat bedacht. De schrijvers hierboven noemen dat een 'kans' voor de gemeenten. Een kans om op je bek te gaan, ja. Wie wordt er zo meteen aansprakelijk gesteld voor alles wat verkeerd gaat? De wethouder zorg, maar die kan er ook niets aan doen. Die heeft rechtstreeks of via de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) al steen en been geklaagd en ongelijk gekregen. De kans dat er na de overgang van rijk naar gemeenten een bezuiniging kan worden gerealiseerd in de zorg is 0. Je kan niet zomaar mensen uit hun zorgprogramma halen. Doe je dat wel, dan ben je heel slecht bezig. Op z'n vroegst is dat (ten dele) te realiseren in 2017 of 18 en dan moet die 'vroegtijdige signalering' wel werken. Wat nou als blijkt, dat er al vroegtijdig wordt gesignaleerd, als er niet preventiever te werken is dan nu het geval is?
Ik ben geen tegenstander van de decentralisaties. De gemeente staat dichter bij de burger dan het rijk, maar als je een systeem omgooit, dan zorg je eerst dat het nieuwe systeem functioneert en vervolgens laat je het systeem zelf bezuinigingen door efficiënter te werken. Misschien met wat minder 'civiele gesprekken'.
Waar ik nog steeds geen enkele fiducie in heb is een grotere burgerparticipatie binnen de zorg. Ik ben van mening, dat een ongelooflijk groot aantal burgers al volop participeert in de verzorging van hulpbehoevende ouders, zieken en gehandicapten. De mensen, die dat nu niet doen, zullen dat ook in de toekomst, om wat voor reden dan ook, niet kunnen of willen. Is er geen liefde, dan is het ondenkbaar dat kinderen hun ouders verzorgen. Die zorg zou elke keer weer met tegenzin worden gegeven en leiden tot steeds meer ergernis en conflicten over en weer. De zorg van familieleden voor gehandicapten heeft ook een andere kant, juist als er sprake is van veel liefde. Zo moet de moeder van een verstandelijk gehandicapt kind werkelijk moeder kunnen zijn en niet een verpleegkundige. De jarenlange druk en de enorme tijd die de totale verzorging van het kind vergt gaat op den duur ten koste van de relatie. De zorg moet haar op een bepaald moment uit handen genomen worden en zij moet daarna een normale moederband met haar kind kunnen onderhouden. Een mens kan niet een leven lang zichzelf wegcijferen. Hetzelfde geldt voor partners van langdurig zieken en voor kinderen van hulpbehoevende ouders. Nu, nog voor de decentralisaties, ken ik een aantal mensen in mijn directe omgeving die volkomen klem zitten in hun zorgverplichting, omdat de patiënten een te zwaar beroep op hen doen en hulp van buitenaf resoluut weigeren. Ik zie het ten koste gaan van hun eigen geestelijke en lichamelijke gezondheid. Als deze vorm van hulp wordt gestimuleerd en normaal wordt gevonden door de overheid, dan kan dat alleen maar resulteren in nog meer zorg aanvragen.
José, Kees en Saskia willen mensen 'een kans geven een bijdrage te leveren'. Uit welke wereld komen die drie? "Mevrouw Jansen, u bent de gelukkige winnaar van deze week: u mag uw buurvrouw pamperen!"
Een algemene norm ten aan zien van burgerparticipatie is niet te stellen. Net zomin als er een norm te bepalen is als het gaat om liefde en geestelijke of lichamelijke belasting. Ieder individu moet zijn grens zelf bepalen. En zelfs dan is het de vraag, of de grens niet zal worden overschreden.
22.10.13
Een moordenaar is altijd gestoord
Een moordenaar die niet wil meewerken aan een psychiatrisch onderzoek door het Pieter Baan Centrum kan dat weigeren. Als de man of vrouw niet bij de groep hoort (20-30 %) die simpelweg door ze te aanschouwen al gestoord verklaard kunnen worden, dan kan niet worden vastgesteld, of de man of vrouw een psychische afwijking heeft en dus kan de rechter geen tbs opleggen. Klinkt logisch, maar is dat het ook?
Is het normaal om een mens te vermoorden? Nee. Is er dan sprake van een psychische afwijking? Ja. In ieder geval wel als je de moordenaar vergelijkt met een 'normaal' mens, die moorden glad verkeerd vindt en zijn problemen met de medemens anders oplost. Maar is de normale mens wel normaal? Niet altijd, zou je kunnen zeggen, want er lopen heel wat rare snuiters op de wereld rond, ondanks het feit dat ze niet moorden. De conclusie is dan, dat er een grens moet worden gesteld. Waar houdt normaal op en wordt iemand abnormaal? En wanneer is abnormaal geen probleem en wanneer wordt het wel een probleem. Me dunkt, dat wanneer iemand aan het moorden gaat, hij of zij de grens van problematische abnormaliteit wel heeft overschreden. Helaas denkt de wetgeving daar anders over. De abnormaliteit van de moordenaar is niet vastgesteld door het Pieter Baan Centrum en dus bestaat de abnormaliteit niet. Een moordenaar kan ik dat geval 18 jaar (bij goed gedrag 12 jaar) tot levenslang (bij goed gedrag 20 jaar) krijgen, zonder tbs.
Dat veel moordenaars niet willen meewerken aan een onderzoek ligt voor de hand, want tbs kan flink wat jaren langer duren (gemiddeld 10 jaar) dan een gevangenisstraf en in gevallen leiden tot levenslange opsluiting. Immers, je kan ongeneeslijk abnormaal zijn. Chronisch ziek in de kop. Als bewezen abnormaal krijg je vaak een kortere celstraf, maar duurt tbs tot het moment dat je genezen wordt geacht en geen gevaar voor de maatschappij meer oplevert. Als iemand zelf denkt dat dat wel eens een uitzichtloze weg zou kunnen worden, dan zal hij wel uitkijken om Pieter Baan te laten wroeten in zijn ziel.
De moordenaar van Jennefer van Oostende kwam ermee weg. Omdat Pieter Baan niet kon wroeten, wist niemand of hij wellicht in herhaling zou vallen. Als dat wel gebeurt, dan is dat pech voor zijn volgende slachtoffer, daar komt het simpelweg op neer. Haar moordenaar kreeg ook geen levenslang, omdat niet kon worden bewezen dat hij Jennefer had gedood om seksueel misbruik te verhullen. Dat zal de ouders van Jennefer veel kunnen schelen, de reden waarom hij haar vermoorde. Tijdens of na de lust, wat is het verschil? Het meisje is dood. Gedraagt de Rotterdammer zich goed, dan loopt hij over tien jaar weer vrij rond. Welke minister zal dat dan goedpraten?
Een moordenaar spoort niet, zo simpel is het, doodeenvoudig omdat een normaal mens niet moord. Iedere moordenaar zou moeten worden onderzocht door het Pieter Baan Centrum, of stelliger nog: iedere moordenaar behoort tbs te krijgen, omdat zijn gestoordheid al vaststaat door zijn daad.
Is het normaal om een mens te vermoorden? Nee. Is er dan sprake van een psychische afwijking? Ja. In ieder geval wel als je de moordenaar vergelijkt met een 'normaal' mens, die moorden glad verkeerd vindt en zijn problemen met de medemens anders oplost. Maar is de normale mens wel normaal? Niet altijd, zou je kunnen zeggen, want er lopen heel wat rare snuiters op de wereld rond, ondanks het feit dat ze niet moorden. De conclusie is dan, dat er een grens moet worden gesteld. Waar houdt normaal op en wordt iemand abnormaal? En wanneer is abnormaal geen probleem en wanneer wordt het wel een probleem. Me dunkt, dat wanneer iemand aan het moorden gaat, hij of zij de grens van problematische abnormaliteit wel heeft overschreden. Helaas denkt de wetgeving daar anders over. De abnormaliteit van de moordenaar is niet vastgesteld door het Pieter Baan Centrum en dus bestaat de abnormaliteit niet. Een moordenaar kan ik dat geval 18 jaar (bij goed gedrag 12 jaar) tot levenslang (bij goed gedrag 20 jaar) krijgen, zonder tbs.
Dat veel moordenaars niet willen meewerken aan een onderzoek ligt voor de hand, want tbs kan flink wat jaren langer duren (gemiddeld 10 jaar) dan een gevangenisstraf en in gevallen leiden tot levenslange opsluiting. Immers, je kan ongeneeslijk abnormaal zijn. Chronisch ziek in de kop. Als bewezen abnormaal krijg je vaak een kortere celstraf, maar duurt tbs tot het moment dat je genezen wordt geacht en geen gevaar voor de maatschappij meer oplevert. Als iemand zelf denkt dat dat wel eens een uitzichtloze weg zou kunnen worden, dan zal hij wel uitkijken om Pieter Baan te laten wroeten in zijn ziel.
De moordenaar van Jennefer van Oostende kwam ermee weg. Omdat Pieter Baan niet kon wroeten, wist niemand of hij wellicht in herhaling zou vallen. Als dat wel gebeurt, dan is dat pech voor zijn volgende slachtoffer, daar komt het simpelweg op neer. Haar moordenaar kreeg ook geen levenslang, omdat niet kon worden bewezen dat hij Jennefer had gedood om seksueel misbruik te verhullen. Dat zal de ouders van Jennefer veel kunnen schelen, de reden waarom hij haar vermoorde. Tijdens of na de lust, wat is het verschil? Het meisje is dood. Gedraagt de Rotterdammer zich goed, dan loopt hij over tien jaar weer vrij rond. Welke minister zal dat dan goedpraten?
Een moordenaar spoort niet, zo simpel is het, doodeenvoudig omdat een normaal mens niet moord. Iedere moordenaar zou moeten worden onderzocht door het Pieter Baan Centrum, of stelliger nog: iedere moordenaar behoort tbs te krijgen, omdat zijn gestoordheid al vaststaat door zijn daad.
Zwarte Piet
Een mens kan allerlei kleuren hebben, zoals haar verschillende kleuren heeft. Dat leerde ik als kind uit een oeroude atlas met tekeningen van mensen met schaaltjes in hun mond, Eskimo's, Indianen, Chinezen, Pygmeeën, het negroïde ras, het kaukasische- en het mongoloïde ras. Ik vond negers mooi, omdat ze er niet zo naakt wit uitzagen, geen huid hadden met allerlei vlekken.
Slavernij was in mijn jeugd geen issue. Dat was een verleden waarvoor Nederland zich moest schamen, maar niemand wist meer wie dat dan moest doen, want de boosdoeners leefden al lang niet meer. Het gebeurde in een andere tijd, toen ons volk nog een volkomen ander wereldbeeld had en onwetend was. Een tijd die je nu nog tegenkomt in andere delen van de wereld, waar mensen die hun eten moeten stelen of vrouwen die verkracht zijn de doodstraf krijgen. Waar handen worden afgehakt. Landen met donkere mensen, waar wij van gruwelen, omdat onze beschaving nog niet tot ze is doorgedrongen. Waar slavernij nog voorkomt, zelfs van kinderen.
In de loop der jaren, met de komst van zwarte mensen en Turkse gastarbeiders naar Nederland, ontstond er weer iets als racisme. Ging het om de kleur van die mensen of om het feit, dat zij een andere cultuur hadden? De Nederlander werd geconfronteerd met het onbekende en dat leek zijn veiligheid te verstoren. Ook toen ontstond er weer een leerproces, all men are equal. De een heeft daar meer moeite mee dan de ander, vooral afhankelijk van zijn achtergrond, opvoeding, ruimdenkendheid. Wilders heeft ons daarbij geleerd, dat je de out-group gemakkelijk de schuld kan geven van alles wat maar verkeerd gaat in het leven. Zoals Hitler de joden de schuld gaf. Het ontloopt elkaar totaal niet.
Een ander deel van Nederland gaat volledig de andere kant op en heeft een voortdurend schuldgevoel naar iedere minderheidsgroepering, zoals Pascal Bruckner dat beschrijft in zijn (overigens hopeloos leesbaar) boek 'De tirannie van de schuld', met als ondertitel 'Het masochisme van het Westen'. Nou, die twee titels zeggen genoeg, dunkt me. De ratio ligt in het midden.
Ik denk, want ik ben niet zwart en heb geen zwarte vriendenkring, dat ook de beleving van racisme bij donkere mensen net zulke verschillen vertoont. Het woord 'smeerlap' kan voor de een gewoon een viespeuk zijn en voor de ander doelen op zijn huidskleur. Niet ieder donker mens zoekt in alles racisme, maar begrijpt dat blanken net zo vaak worden uitgescholden als zijzelf. Is dat zo? Ja. De racistische Nederlander is mijn soort niet. Behalve zijn bekrompenheid ten aanzien van kleur, is hij ook op andere vlakken zo bekrompen, dat ik hem als blanke ook regelmatig tegenkom als opponent. Hij is intolerant en grof, hij scheldt graag en hij dreigt niet alleen, hij mept erop. Ik zeg 'hij', maar dat moet hij/zij zijn. Van een 'zij' kreeg ik ooit als vanuit het niets een klap in mijn gezicht. Mijn ex werd door twee 'hij's' van zijn fiets geramd en in elkaar geslagen, omdat hij vroeg of hij er langs mocht.
Verkeerde mensen bestaan en van verkeerde mensen heeft iedereen last. Verkeerde mensen hebben geen bepaalde kleur, geen bepaalde cultuur of een bepaald geloof. Verkeerde mensen missen vooral fatsoen in hun brein. Zo'n verkeerd mens noemt de moeder van Quincy Garlo een zwarte piet. Zo'n verkeerd mens noemt een gehandicapte een debiel. Een normale bleekscheet vindt een neger net zo'n normaal mens als hij zelf en velen vinden hem zelfs mooier. Racisme leeft niet in Nederland. Racisme leeft alleen bij verkeerde Nederlanders.
Van een zwarte piet kan een kind hooguit (nog) leren, dat zwarte mensen ook leuk en aardig zijn. Geen kind uit de groep die nog gelooft in sinterklaas weet ook maar iets van de vroegere slavernij en geen kind ziet zwarte piet als slaaf. Daarvoor zijn ze nog veel te jong. Zwarte pieten zijn kindervrienden. Een zwarte piet wit maken duidt erop, dat zijn zwarte kleur niet goed is. Een groter racistisch statement kan je bijna niet maken.
Zolang zwarte mensen voortdurend de nadruk blijven leggen op hun huidskleur, zien zij zichzelf blijkbaar niet als normaal mens. Hoe moeten wij blanken dat dan voor elkaar krijgen? Quincy Garlo trekt zichzelf als zwart mens uit de massa omhoog en vestigt de aandacht op zichzelf met een mening, die onze Nederlandse cultuur geweld aandoet. Hij zegt dat hij anders is, niet wij. Hij verbindt zaken aan elkaar, die niets met elkaar te maken hebben. Daar gaan we weer! We doen als blanken weer iets verkeerd, wij vereren de zwarte piet. Ga je schamen, je bent blank en vereert een zwarte! Deze piet-nijd heeft niets te maken met een beledigd gevoel, maar alles met het profileren van zieligheid.
Arnie Heinze, een andere gast bij Pauw en Witteman, liet zijn kind op school een spreekbeurt houden over de slavernij en de zwarte pieten, die slaven verbeelden. Hij mocht ook meedelen, dat Sinterklaas niet bestond. Dat zullen de ouders van de andere kinderen hem niet in dank hebben afgenomen. Feest verknalt door een man, die in de 17de eeuw is blijven hangen. Het is grof lef om zo je zieligheid ergens vandaan te moeten halen. Kennelijk is het niet de bedoeling van deze twee critici, dat wij de zwarte mens als gelijk beschouwen. Kennelijk raken ze dan teveel in de vergetelheid en worden zij net zo gewoon als wij bleekscheten. Ik neig deze twee zwarte mensen ook te scharen bij 'de verkeerde mens', want ik heb last van ze. Ze zijn niet van mijn soort. Niet door hun kleur, maar door hun mentaliteit.
Slavernij was in mijn jeugd geen issue. Dat was een verleden waarvoor Nederland zich moest schamen, maar niemand wist meer wie dat dan moest doen, want de boosdoeners leefden al lang niet meer. Het gebeurde in een andere tijd, toen ons volk nog een volkomen ander wereldbeeld had en onwetend was. Een tijd die je nu nog tegenkomt in andere delen van de wereld, waar mensen die hun eten moeten stelen of vrouwen die verkracht zijn de doodstraf krijgen. Waar handen worden afgehakt. Landen met donkere mensen, waar wij van gruwelen, omdat onze beschaving nog niet tot ze is doorgedrongen. Waar slavernij nog voorkomt, zelfs van kinderen.
In de loop der jaren, met de komst van zwarte mensen en Turkse gastarbeiders naar Nederland, ontstond er weer iets als racisme. Ging het om de kleur van die mensen of om het feit, dat zij een andere cultuur hadden? De Nederlander werd geconfronteerd met het onbekende en dat leek zijn veiligheid te verstoren. Ook toen ontstond er weer een leerproces, all men are equal. De een heeft daar meer moeite mee dan de ander, vooral afhankelijk van zijn achtergrond, opvoeding, ruimdenkendheid. Wilders heeft ons daarbij geleerd, dat je de out-group gemakkelijk de schuld kan geven van alles wat maar verkeerd gaat in het leven. Zoals Hitler de joden de schuld gaf. Het ontloopt elkaar totaal niet.
Een ander deel van Nederland gaat volledig de andere kant op en heeft een voortdurend schuldgevoel naar iedere minderheidsgroepering, zoals Pascal Bruckner dat beschrijft in zijn (overigens hopeloos leesbaar) boek 'De tirannie van de schuld', met als ondertitel 'Het masochisme van het Westen'. Nou, die twee titels zeggen genoeg, dunkt me. De ratio ligt in het midden.
Ik denk, want ik ben niet zwart en heb geen zwarte vriendenkring, dat ook de beleving van racisme bij donkere mensen net zulke verschillen vertoont. Het woord 'smeerlap' kan voor de een gewoon een viespeuk zijn en voor de ander doelen op zijn huidskleur. Niet ieder donker mens zoekt in alles racisme, maar begrijpt dat blanken net zo vaak worden uitgescholden als zijzelf. Is dat zo? Ja. De racistische Nederlander is mijn soort niet. Behalve zijn bekrompenheid ten aanzien van kleur, is hij ook op andere vlakken zo bekrompen, dat ik hem als blanke ook regelmatig tegenkom als opponent. Hij is intolerant en grof, hij scheldt graag en hij dreigt niet alleen, hij mept erop. Ik zeg 'hij', maar dat moet hij/zij zijn. Van een 'zij' kreeg ik ooit als vanuit het niets een klap in mijn gezicht. Mijn ex werd door twee 'hij's' van zijn fiets geramd en in elkaar geslagen, omdat hij vroeg of hij er langs mocht.
Verkeerde mensen bestaan en van verkeerde mensen heeft iedereen last. Verkeerde mensen hebben geen bepaalde kleur, geen bepaalde cultuur of een bepaald geloof. Verkeerde mensen missen vooral fatsoen in hun brein. Zo'n verkeerd mens noemt de moeder van Quincy Garlo een zwarte piet. Zo'n verkeerd mens noemt een gehandicapte een debiel. Een normale bleekscheet vindt een neger net zo'n normaal mens als hij zelf en velen vinden hem zelfs mooier. Racisme leeft niet in Nederland. Racisme leeft alleen bij verkeerde Nederlanders.
Van een zwarte piet kan een kind hooguit (nog) leren, dat zwarte mensen ook leuk en aardig zijn. Geen kind uit de groep die nog gelooft in sinterklaas weet ook maar iets van de vroegere slavernij en geen kind ziet zwarte piet als slaaf. Daarvoor zijn ze nog veel te jong. Zwarte pieten zijn kindervrienden. Een zwarte piet wit maken duidt erop, dat zijn zwarte kleur niet goed is. Een groter racistisch statement kan je bijna niet maken.
Zolang zwarte mensen voortdurend de nadruk blijven leggen op hun huidskleur, zien zij zichzelf blijkbaar niet als normaal mens. Hoe moeten wij blanken dat dan voor elkaar krijgen? Quincy Garlo trekt zichzelf als zwart mens uit de massa omhoog en vestigt de aandacht op zichzelf met een mening, die onze Nederlandse cultuur geweld aandoet. Hij zegt dat hij anders is, niet wij. Hij verbindt zaken aan elkaar, die niets met elkaar te maken hebben. Daar gaan we weer! We doen als blanken weer iets verkeerd, wij vereren de zwarte piet. Ga je schamen, je bent blank en vereert een zwarte! Deze piet-nijd heeft niets te maken met een beledigd gevoel, maar alles met het profileren van zieligheid.
Arnie Heinze, een andere gast bij Pauw en Witteman, liet zijn kind op school een spreekbeurt houden over de slavernij en de zwarte pieten, die slaven verbeelden. Hij mocht ook meedelen, dat Sinterklaas niet bestond. Dat zullen de ouders van de andere kinderen hem niet in dank hebben afgenomen. Feest verknalt door een man, die in de 17de eeuw is blijven hangen. Het is grof lef om zo je zieligheid ergens vandaan te moeten halen. Kennelijk is het niet de bedoeling van deze twee critici, dat wij de zwarte mens als gelijk beschouwen. Kennelijk raken ze dan teveel in de vergetelheid en worden zij net zo gewoon als wij bleekscheten. Ik neig deze twee zwarte mensen ook te scharen bij 'de verkeerde mens', want ik heb last van ze. Ze zijn niet van mijn soort. Niet door hun kleur, maar door hun mentaliteit.
8.10.13
Als een ruïne met pensioen
Als ik het goed begrijp gaan mijn dochters ooit rond hun 71ste met pensioen. Het vrouwzijn werkt in hun voordeel, want hun levensverwachting is hoger dan die van mannen. Hier zie ik wel enige positieve discriminatie, maar als ik dan bedenk dat zij de kans lopen hun partner (tenzij die ook vrouwelijk is) in zijn laatste jaren te moeten mantelverzorgen (komt eerdaags in de Dikke), dan wordt dit verschil gevoelsmatig misschien weer teniet gedaan.
Ik mag pas met 67,5 jaren met pensioen, ongeacht het feit dat mijn chirurg zei 'dat ik er geen tachtig mee zou worden'. Dat is niet fair, vind ik zelf. Ik vond het ook niet fair, dat hij dat zei en ik heb hem nooit kunnen vragen waarop hij die stelligheid baseerde. Maar goed, ik kan me zo voorstellen dat meer mensen weten, dat ze niet oud zullen worden. Misschien een genetische aanleg, misschien omdat ze altijd al een zwak gestel hadden, misschien omdat net als bij mij, ziekten eerder in het leven toch schade hebben aangericht (denk bijvoorbeeld aan bestraling en chemo). Als het moment komt, dat iemand niet meer in staat is te werken, dan geldt dat ook voor een actieve vrijetijds besteding. Misschien vergaat mijn droom om na mijn pensionering met een kleine camper door Europa te reizen. Misschien zit ik over 12,5 jaar mijn leven uit te zitten op de bank, achter de geraniums. Dat is niet wat ik mij voorstelde van mijn oude dag.
Mensen mogen steeds ouder worden, maar het lichaam takelt niettemin af. We leven gemiddeld langer omdat we kanker voor 50% kunnen genezen, omdat we bloed verdunnen, omdat we aderen en heupen vervangen en omdat we overal pillen en poeders voor hebben. Ons langere leven hebben we niet te danken aan het feit, dat een mens sterker wordt. In tegendeel. Onlangs werd bekend, dat steeds meer dieren kanker krijgen. Aangezien ik een kat of hond nog nooit heb zien roken en drinken, spuiten of slikken, moet ik er vanuit gaan, dat dit te maken heeft met ongezonde levensomstandigheden. De lucht? Rotzooi als hormonen, antibiotica of pesticiden in het voer? Wat krijgen we allemaal binnen, waarvan we nog absoluut niet weten hoe slecht het is?
Een jaar of twee langer werken vind ik best, maar dat mijn dochters tot na hun zeventigste moeten blijven werken gaat me flink te ver. Een vijftiger krijgt al te maken met de aftakeling van het lijf. Ik ben vrouw dus ik kan het weten, want ik word goed op de hoogte gehouden van alle kwalen. Het zijn de ongemakken, die in eerste instantie niet veel voorstellen, maar dan worden ze blijvend, gaan ze knagen. Eerst vertonen de gewrichten alleen bobbeltjes, na verloop van tijd gaan ze pijn doen. Eerst is het moeilijk om na de film uit je bioscoopstoel te komen, maar na een jaar kan je de film gewoon niet meer af zien. Eerst doet die schouder pijn als je de ramen lapt, maar een paar maanden later wordt ramen lappen een onmogelijke klus.
Niet ieders levensverwachting is hetzelfde en niet ieder lichaam gedraagt zich hetzelfde. Als de politiek van mening is, dat het er niet toe doet in wat voor lichamelijke staat we ons pensioen in gaan of dat iemand nog vijf of vijftien jaar te leven heeft, dan is de koppeling aan de levensverwachting juist. Maar als het ook nog de bedoeling is om gepensioneerden te laten genieten van hun laatste jaren en dat aantal jaren iets moet voorstellen, dan zal er naast die levensverwachting ook een ander criterium moeten gelden, dat bepaalt op welke leeftijd iemand met pensioen gaat. Zoals we nu trachten om de WMO individueel in te richten, zo zouden ook bij bepaling van de pensioenleeftijd individuele aspecten een rol moeten spelen. Dan kom je er niet met beroepen te kwalificeren als zwaar of niet zwaar. Wat de een aan kan, is voor de ander een onmogelijke opgave. Heeft een vrouw tien kinderen gebaard, dan zou zij wel eens een kortere levensverwachting kunnen hebben dan een vrouw met twee kinderen.
Een bijkomend aspect van een pensioenleeftijd op basis van levensverwachting is ook, dat een mens zich steeds vaker moet afvragen, of hij wel 'juist' leeft. Als hij van zijn pensioen wil genieten, moet hij dus zien, dat hij de gemiddelde levensverwachting haalt. Hoeveel druk zet dat op een leven? Een dag of wat geleden vertelde een filosoof op de televisie, dat 'gezond Nederland' voortdurend bezig is met 'gezonder worden', zonder dat men zich afvraagt, of het ook daadwerkelijk gezonder is. Pillen, afslankers, vitaminen, zuren, allerlei supplementen worden geslikt, waarvan het resultaat nooit is bewezen. Mensen kijken van elkaar de therapieën af en voelen zich slecht, als ze niet meedoen aan de manie. In plaats van acceptatie van het feit, dat een leven eindig is, holt men letterlijk een marathon voor de dood uit en vergeet te leven zoals het hoort: genietend. De druk van het 'gezondheidsdoel' is bij veel mensen al zo groot, dat het een tegenovergesteld effect heeft: stress (absoluut ongezond).
Ik mag pas met 67,5 jaren met pensioen, ongeacht het feit dat mijn chirurg zei 'dat ik er geen tachtig mee zou worden'. Dat is niet fair, vind ik zelf. Ik vond het ook niet fair, dat hij dat zei en ik heb hem nooit kunnen vragen waarop hij die stelligheid baseerde. Maar goed, ik kan me zo voorstellen dat meer mensen weten, dat ze niet oud zullen worden. Misschien een genetische aanleg, misschien omdat ze altijd al een zwak gestel hadden, misschien omdat net als bij mij, ziekten eerder in het leven toch schade hebben aangericht (denk bijvoorbeeld aan bestraling en chemo). Als het moment komt, dat iemand niet meer in staat is te werken, dan geldt dat ook voor een actieve vrijetijds besteding. Misschien vergaat mijn droom om na mijn pensionering met een kleine camper door Europa te reizen. Misschien zit ik over 12,5 jaar mijn leven uit te zitten op de bank, achter de geraniums. Dat is niet wat ik mij voorstelde van mijn oude dag.
Mensen mogen steeds ouder worden, maar het lichaam takelt niettemin af. We leven gemiddeld langer omdat we kanker voor 50% kunnen genezen, omdat we bloed verdunnen, omdat we aderen en heupen vervangen en omdat we overal pillen en poeders voor hebben. Ons langere leven hebben we niet te danken aan het feit, dat een mens sterker wordt. In tegendeel. Onlangs werd bekend, dat steeds meer dieren kanker krijgen. Aangezien ik een kat of hond nog nooit heb zien roken en drinken, spuiten of slikken, moet ik er vanuit gaan, dat dit te maken heeft met ongezonde levensomstandigheden. De lucht? Rotzooi als hormonen, antibiotica of pesticiden in het voer? Wat krijgen we allemaal binnen, waarvan we nog absoluut niet weten hoe slecht het is?
Een jaar of twee langer werken vind ik best, maar dat mijn dochters tot na hun zeventigste moeten blijven werken gaat me flink te ver. Een vijftiger krijgt al te maken met de aftakeling van het lijf. Ik ben vrouw dus ik kan het weten, want ik word goed op de hoogte gehouden van alle kwalen. Het zijn de ongemakken, die in eerste instantie niet veel voorstellen, maar dan worden ze blijvend, gaan ze knagen. Eerst vertonen de gewrichten alleen bobbeltjes, na verloop van tijd gaan ze pijn doen. Eerst is het moeilijk om na de film uit je bioscoopstoel te komen, maar na een jaar kan je de film gewoon niet meer af zien. Eerst doet die schouder pijn als je de ramen lapt, maar een paar maanden later wordt ramen lappen een onmogelijke klus.
Niet ieders levensverwachting is hetzelfde en niet ieder lichaam gedraagt zich hetzelfde. Als de politiek van mening is, dat het er niet toe doet in wat voor lichamelijke staat we ons pensioen in gaan of dat iemand nog vijf of vijftien jaar te leven heeft, dan is de koppeling aan de levensverwachting juist. Maar als het ook nog de bedoeling is om gepensioneerden te laten genieten van hun laatste jaren en dat aantal jaren iets moet voorstellen, dan zal er naast die levensverwachting ook een ander criterium moeten gelden, dat bepaalt op welke leeftijd iemand met pensioen gaat. Zoals we nu trachten om de WMO individueel in te richten, zo zouden ook bij bepaling van de pensioenleeftijd individuele aspecten een rol moeten spelen. Dan kom je er niet met beroepen te kwalificeren als zwaar of niet zwaar. Wat de een aan kan, is voor de ander een onmogelijke opgave. Heeft een vrouw tien kinderen gebaard, dan zou zij wel eens een kortere levensverwachting kunnen hebben dan een vrouw met twee kinderen.
Een bijkomend aspect van een pensioenleeftijd op basis van levensverwachting is ook, dat een mens zich steeds vaker moet afvragen, of hij wel 'juist' leeft. Als hij van zijn pensioen wil genieten, moet hij dus zien, dat hij de gemiddelde levensverwachting haalt. Hoeveel druk zet dat op een leven? Een dag of wat geleden vertelde een filosoof op de televisie, dat 'gezond Nederland' voortdurend bezig is met 'gezonder worden', zonder dat men zich afvraagt, of het ook daadwerkelijk gezonder is. Pillen, afslankers, vitaminen, zuren, allerlei supplementen worden geslikt, waarvan het resultaat nooit is bewezen. Mensen kijken van elkaar de therapieën af en voelen zich slecht, als ze niet meedoen aan de manie. In plaats van acceptatie van het feit, dat een leven eindig is, holt men letterlijk een marathon voor de dood uit en vergeet te leven zoals het hoort: genietend. De druk van het 'gezondheidsdoel' is bij veel mensen al zo groot, dat het een tegenovergesteld effect heeft: stress (absoluut ongezond).
7.10.13
Henk Krol plakt niet aan pluche
Henk Krol plakt niet aan pluche, dus stapte met het grootste gemak op toen bekend werd, dat hij geen pensioenpremie voor het personeel van de Gay Krant had afgedragen. De man, die ik tot op het moment dat dit bekend werd aanzag voor een integer politicus, donderde met geweld van zijn voetstuk. Zijn aangename stem en krachtig pleidooi voor een goede Nederlandse pensioenregeling, zaken die veel ouderen ertoe bracht om voor 50Plus te kiezen, zijn ineens van het veld verdwenen. Het laat hen verward achter.
Krol heeft zijn falen met dezelfde stem en kracht om trachten te zetten tot iets positiefs: 'Ik plak niet aan pluche'. Daarnaast gaf hij grif toe, dat er fouten gemaakt waren, natuurlijk niet door hem, maar hij was wel verantwoordelijk. 'Kijk eens hoe schappelijk ik ben,' lijkt hij te zeggen. 'Ik neem de boel voor mijn rekening.'
Waarom is een goed politicus goed? Omdat hij met woorden zo weet te spelen, dat hij alles recht kan breien. Geen argument is veilig, alles is bruikbaar. Wat tegen je gebruikt kan worden, kan je ook voor jezelf inzetten. 'Plakken aan pluche' is een verwijt van mensen, die denken dat een politicus alleen status en geld nastreeft. Ze zullen er zijn, maar het merendeel van de politici geef ik nog steeds het voordeel van de twijfel. Zij doen aan politiek omdat ze zich ergeren aan zaken en inzien, dat ze dan beter hun handen uit hun mouwen kunnen steken, dan op de zijlijn te blijven kankeren. Zo begint het op raadsniveau in ieder geval wel. Als het om status en geld gaat, biedt het bedrijfsleven veel meer opties. Nog afgezien van het feit, dat dan niet alle ogen van een land op je gericht zijn om je te berechten. Wel zo rustig.
Krol maakte een goede keuze door direct op te stappen. Als hij dat had gedaan met de woorden 'Ja, mijn fouten in het verleden zijn niet te verenigen met mijn politieke positie,' dan had ik nog respect voor hem kunnen opbrengen, maar niet nu hij zichzelf als de barmhartige opvoert. Een niet nader genoemde secretaresse, waar niemand in is geïnteresseerd, is volgens hem feitelijk schuldig. Op een enkeling na zal ook niemand geloven, dat een secretaresse zeggenschap heeft over de afdracht van pensioenpremies, en al helemaal niet dat ze eigenhandig de behoefte voelde om deze maar eens niet af te dragen. Flauwekul. De snelheid waarmee Krol de politieke arena verliet doet ook anders geloven. Als hij van de boel niets had af geweten, zou hij van stomme verbazing toch eerst een onderzoek hebben ingesteld. Wist hij het wel, dan had hij bij voorbaat de politiek niet in moeten gaan. Wist hij het wel, waarom heeft hij die secretaresse dan niet ontslagen, laten vervolgen en getracht de schade te herstellen?
Het pluche onder Krols kont werd ineens te heet. Daar plak je inderdaad niet graag aan, dan neemt je een spurt van jewelste en laat kiezers uit het veld geslagen achter. Het is jammer, hij kwam er niet mee weg, maar het had ook anders kunnen lopen. Pech. Dat is minachting voor de kiezer, die in een soort vacuüm achterblijft en wel uitkijkt om nog eens in de mooie woorden van een politicus te geloven. Hij beseft ineens naar een toneelstuk te hebben gekeken, naar een goede acteur, en realiteit en fictie door elkaar te hebben gehaald. Hoe stom kon ik zijn, denkt hij, ik ben toch geen kind meer? Nee kiezer, u bent geen kind meer. De onvolwassene is de politicus zelf, die bluffend het politieke kaartspel speelt.
Krol heeft zijn falen met dezelfde stem en kracht om trachten te zetten tot iets positiefs: 'Ik plak niet aan pluche'. Daarnaast gaf hij grif toe, dat er fouten gemaakt waren, natuurlijk niet door hem, maar hij was wel verantwoordelijk. 'Kijk eens hoe schappelijk ik ben,' lijkt hij te zeggen. 'Ik neem de boel voor mijn rekening.'
Waarom is een goed politicus goed? Omdat hij met woorden zo weet te spelen, dat hij alles recht kan breien. Geen argument is veilig, alles is bruikbaar. Wat tegen je gebruikt kan worden, kan je ook voor jezelf inzetten. 'Plakken aan pluche' is een verwijt van mensen, die denken dat een politicus alleen status en geld nastreeft. Ze zullen er zijn, maar het merendeel van de politici geef ik nog steeds het voordeel van de twijfel. Zij doen aan politiek omdat ze zich ergeren aan zaken en inzien, dat ze dan beter hun handen uit hun mouwen kunnen steken, dan op de zijlijn te blijven kankeren. Zo begint het op raadsniveau in ieder geval wel. Als het om status en geld gaat, biedt het bedrijfsleven veel meer opties. Nog afgezien van het feit, dat dan niet alle ogen van een land op je gericht zijn om je te berechten. Wel zo rustig.
Krol maakte een goede keuze door direct op te stappen. Als hij dat had gedaan met de woorden 'Ja, mijn fouten in het verleden zijn niet te verenigen met mijn politieke positie,' dan had ik nog respect voor hem kunnen opbrengen, maar niet nu hij zichzelf als de barmhartige opvoert. Een niet nader genoemde secretaresse, waar niemand in is geïnteresseerd, is volgens hem feitelijk schuldig. Op een enkeling na zal ook niemand geloven, dat een secretaresse zeggenschap heeft over de afdracht van pensioenpremies, en al helemaal niet dat ze eigenhandig de behoefte voelde om deze maar eens niet af te dragen. Flauwekul. De snelheid waarmee Krol de politieke arena verliet doet ook anders geloven. Als hij van de boel niets had af geweten, zou hij van stomme verbazing toch eerst een onderzoek hebben ingesteld. Wist hij het wel, dan had hij bij voorbaat de politiek niet in moeten gaan. Wist hij het wel, waarom heeft hij die secretaresse dan niet ontslagen, laten vervolgen en getracht de schade te herstellen?
Het pluche onder Krols kont werd ineens te heet. Daar plak je inderdaad niet graag aan, dan neemt je een spurt van jewelste en laat kiezers uit het veld geslagen achter. Het is jammer, hij kwam er niet mee weg, maar het had ook anders kunnen lopen. Pech. Dat is minachting voor de kiezer, die in een soort vacuüm achterblijft en wel uitkijkt om nog eens in de mooie woorden van een politicus te geloven. Hij beseft ineens naar een toneelstuk te hebben gekeken, naar een goede acteur, en realiteit en fictie door elkaar te hebben gehaald. Hoe stom kon ik zijn, denkt hij, ik ben toch geen kind meer? Nee kiezer, u bent geen kind meer. De onvolwassene is de politicus zelf, die bluffend het politieke kaartspel speelt.
28.9.13
Ravotten in Spaarnwoude
Volgens mij was het gisteren, dat ik in de IJC bij de ingezonden brieven las, dat iemand verontwaardigd was over het beleid van recreatiegebied Spaarnwoude, om het onderhoud op speeltoestellen en bankjes te stoppen en slechte toestellen en bankjes te verwijderen. Een bezuinigingsmaatregel. De mevrouw vond het een rare zaak, vooral omdat er een Landal Greenpark komt en je dus meer toeristen naar het gebied wilt trekken. Het een sloot niet aan op het ander, vond ze.
Vandaag meldt dezelfde krant, dat er geen grote speeltuin komt bij de Grote Buitendijk in Velserbroek. De natuurspeelplaats blijft wel en wordt zelfs onder handen genomen. Ook nu weer kritiek van omwoners, die daar graag speeltoestellen willen hebben. Mensen willen veel, zelfs in crisistijd. Zelfs al er zwaar moet worden bezuinigd op de zorg, dan vinden zij toch, dat de gemeente geld moet uitgeven voor speelgoed. Ik vraag me af hoe dat in die huishoudens gaat. Een sinterklaasavondje met heel veel cadeaus, maar zonder erwtensoep met roggebrood? Een kerst met brood, maar wel een flesje parfum?
Waar is de realiteitszin gebleven, vraag ik me af. Er was ineens grote vraag naar natuurspeelplaatsen, omdat kinderen daar hun fantasie de vrije loop konden laten gaan. Ze konden daar, zoals wij vijftigers dat vroeger gewend waren, in de natuur spelen, hutten bouwen en lekker schaafwonden oplopen, maar ineens is er weer een roep om speeltoestellen, van die dingen die een kind voorschrijven hoe er gespeeld moet worden: trapje op en vervolgens naar beneden glijden. Geen fantasie voor nodig. Een touw? Dan ga je erin hangen. Maar hoe komt je een boom in? Hoe kom je er weer uit, dat is meestal een grotere vraag. Hoe bengel je ergens aan als er geen touw voorhanden is? Daarvoor is de fantasie van het kind nodig. Ook het spel in een bos vergt fantasie: wie is de slechterik en wie de goede en wie achtervolgt wie? Geen verstoppertje achter het gordijn, dat bol staat, maar achter een paar bosjes, waar echt niemand je ziet.
Spelen in de natuur is het beste dat een kind kan overkomen. Het biedt een eindeloze vrijheid om spellen te bedenken en de natuur te leren kennen. Op rot hout kan je beter niet gaan staan en die dunne tak houdt je niet. Na een keer in de fout te zijn gegaan zal het een kind geen tweede keer overkomen. De les van de zwaartekracht. Zo werden wij vijftigers groot. Met builen, kleerscheuren, schaafwonden en kattenpoep aan onze handen. Eens in het jaar ging je met oma naar de Lenaeushof (staan die letters in de goede volgorde?) en kwam je misselijk thuis van al het gedraai van die toestellen, of van het snoep met ijsje, dat veel meer was dan we normaal gewend waren. Ik hoor een kennis nog tegen mijn moeder zeggen "Het is vakantie, moeder!" naar aanleiding van onze vraag, of we een ijsje mochten halen. Nu liggen de ijsjes in het vriesvak en is het dagelijkse kost. Geen wonder, dat veel kinderen veel te dik zijn. In een speeltuin hoef je als kind ook niet te hollen. Je hangt in een touw, je glijdt naar beneden of je zit misselijk te worden op de draaimolen.
Het is een goede keuze van het Recreatieschap Spaarnwoude om te bezuinigen op die toestellen. Laat die kinderen lekker hollen en klimmen. Het alternatief is het gebied volbouwen met Greenparks om de kosten te dekken. En wat betreft die banken, het is heel erg goed voor de spieren om lekker op het gras te zitten, plaid en picknick mand mee, houdt een mens soepel. En ook de gemeente maakt een goede keus: geen speeltoestellen maar een lekkere natuurplek om te ravotten ("stoeien, dollen, robbertje vechten, raggen, robbedoezen").
Eisen, eisen, eisen. Om doodmoe van te worden.
Vandaag meldt dezelfde krant, dat er geen grote speeltuin komt bij de Grote Buitendijk in Velserbroek. De natuurspeelplaats blijft wel en wordt zelfs onder handen genomen. Ook nu weer kritiek van omwoners, die daar graag speeltoestellen willen hebben. Mensen willen veel, zelfs in crisistijd. Zelfs al er zwaar moet worden bezuinigd op de zorg, dan vinden zij toch, dat de gemeente geld moet uitgeven voor speelgoed. Ik vraag me af hoe dat in die huishoudens gaat. Een sinterklaasavondje met heel veel cadeaus, maar zonder erwtensoep met roggebrood? Een kerst met brood, maar wel een flesje parfum?
Waar is de realiteitszin gebleven, vraag ik me af. Er was ineens grote vraag naar natuurspeelplaatsen, omdat kinderen daar hun fantasie de vrije loop konden laten gaan. Ze konden daar, zoals wij vijftigers dat vroeger gewend waren, in de natuur spelen, hutten bouwen en lekker schaafwonden oplopen, maar ineens is er weer een roep om speeltoestellen, van die dingen die een kind voorschrijven hoe er gespeeld moet worden: trapje op en vervolgens naar beneden glijden. Geen fantasie voor nodig. Een touw? Dan ga je erin hangen. Maar hoe komt je een boom in? Hoe kom je er weer uit, dat is meestal een grotere vraag. Hoe bengel je ergens aan als er geen touw voorhanden is? Daarvoor is de fantasie van het kind nodig. Ook het spel in een bos vergt fantasie: wie is de slechterik en wie de goede en wie achtervolgt wie? Geen verstoppertje achter het gordijn, dat bol staat, maar achter een paar bosjes, waar echt niemand je ziet.
Spelen in de natuur is het beste dat een kind kan overkomen. Het biedt een eindeloze vrijheid om spellen te bedenken en de natuur te leren kennen. Op rot hout kan je beter niet gaan staan en die dunne tak houdt je niet. Na een keer in de fout te zijn gegaan zal het een kind geen tweede keer overkomen. De les van de zwaartekracht. Zo werden wij vijftigers groot. Met builen, kleerscheuren, schaafwonden en kattenpoep aan onze handen. Eens in het jaar ging je met oma naar de Lenaeushof (staan die letters in de goede volgorde?) en kwam je misselijk thuis van al het gedraai van die toestellen, of van het snoep met ijsje, dat veel meer was dan we normaal gewend waren. Ik hoor een kennis nog tegen mijn moeder zeggen "Het is vakantie, moeder!" naar aanleiding van onze vraag, of we een ijsje mochten halen. Nu liggen de ijsjes in het vriesvak en is het dagelijkse kost. Geen wonder, dat veel kinderen veel te dik zijn. In een speeltuin hoef je als kind ook niet te hollen. Je hangt in een touw, je glijdt naar beneden of je zit misselijk te worden op de draaimolen.
Het is een goede keuze van het Recreatieschap Spaarnwoude om te bezuinigen op die toestellen. Laat die kinderen lekker hollen en klimmen. Het alternatief is het gebied volbouwen met Greenparks om de kosten te dekken. En wat betreft die banken, het is heel erg goed voor de spieren om lekker op het gras te zitten, plaid en picknick mand mee, houdt een mens soepel. En ook de gemeente maakt een goede keus: geen speeltoestellen maar een lekkere natuurplek om te ravotten ("stoeien, dollen, robbertje vechten, raggen, robbedoezen").
Eisen, eisen, eisen. Om doodmoe van te worden.
27.9.13
Ajax crisis dreigt!
'Ajax tegen crisisheffing' (IJC pagina 11, economie). Ajax stapt naar de rechter, want in 2012 kostte die heffing het bedrijf 3 miljoen euro. Het zou alleen voor dat jaar gelden, maar nu wordt de maatregel ook voor 2013 doorgevoerd. Het zou een bedrag zijn waardoor de club in de min zou kunnen komen. "Voeltbalclubs worden onevenredig hard getroffen, omdat ons kapitaal op het veld staat," zegt Jeroen Slob, financieel directeur.
Het krantenbericht zette me aan om even te kijken, wat een voetballer nou eigenlijk verdient. Ik wist dat het veel was, maar mijn ogen stonden direct op steeltjes (ik rond het naar beneden af, een afronding die in veel gevallen al een lekker jaarsalaris voor velen zou zijn):
Sneijder 5.800.000,-- per jaar
van Persie 11.700.000,--
de Jong 3.000.000,--
Robben 9.400.000,--
Kuijt 3.000.000,--
Stekelenburg 3.700.000,--
Huntelaar 4.400.000,--
Heitinga 4.500.000,--
v.d. Vaart 2.000.000,--
Seedorf 3.100.000,-- (gegevens loonwijzer.nl)
Dat zijn een heleboel nullen en vooral geen Balkenendenorm. Zoals op iedere site met dit soort gegevens kunnen mensen reageren. En zoals gewoonlijk doet natuurlijk (vrijwel) niemand dat onder zijn eigen naam. Wat me in het bijzonder opviel was het aantal positieve reacties en goedpraterij. Gezien het enorme aantal schrijffouten geen mensen, die zelf ook maar in de verste verte de Balkenendenorm (194.000) halen. Geen gescheld, gevloek en getier, geen doodsbedreigingen, niets van dat alles wat je normaal aantreft. Ook daarom stonden mijn ogen op steeltjes, want als een man, die echt iets zinnigs presteert in deze maatschappij een paar miljoen verdient, dan zijn de rapen gaar.
Kennelijk vindt de voetbalminnende Nederlander (in een van de reacties de 'Sjonnies' genoemd), dat een voetballer boven alle normen en waarden in dit land verheven is. Als er gesproken en geschreven wordt over 'graaiers', wordt daar nooit de voetballer bij genoemd.
Gisteravond werd in onze raad een motie aangenomen om te zorgen, dat geld voor armoede bestrijding nog dit jaar daadwerkelijk daaraan wordt besteed. Wethouder Verkaik kon nog niet zeggen om hoeveel geld het gaat, maar ik hoorde de schatting 58.000 vallen (de pot moet door het Rijk nog verdeeld worden). Nou spreekt de man ontzettend snel, dus hier kan ik enorm de mist in gaan, maar toch, een bedrag met zes nullen was het zeker niet. Waar zijn wij mee bezig, vraag ik me af! Het emotionele relaas van PvdA-raadslid Kees Stapper gisteravond was aandoenlijk. Nee, dit was geen stunt om goed over te komen, dit was gemeend. Ik zag wat vocht in zijn ogen en hoorde een trilling in zijn stem, toen hij de fracties overtuigde van het feit, dat die paar rottige centen voor de Kerst bij de mensen moet zijn, die het keihard nodig hebben.
Het zal voor de meesten een druppel op de gloeiende plaat zijn, maar het komt uit een goed hart. Waar is dat goede hart bij Ajax? Crisisheffing, wat een kul. Crisis, Wat is dat? Er zijn een heleboel mensen in Nederland, die absoluut niet weten hoe moeilijk het voor vele anderen is om de eindjes aan elkaar te knopen. Mensen die met gemak een Prada aanschaffen en zich absoluut niet realiseren, dat die uitgave een ander een maand van eten kan voorzien.
Als ik drie miljoen zou verdienen, zou ik een jaar inkomen prima kunnen overslaan. Wel meerdere! Al ik eenmalig drie miljoen zou ontvangen, zou ik nooit meer hoeven te werken. Als ik drie miljoen zou verdienen, zou ik steevast het grootste deel daarvan direct weggeven. Ik zou namelijk niet weten, waaraan ik dat geld zou moeten uitgeven, behalve aan onzin, aan materiële zaken waar ik buiten kan.
Het besef, dat de samenleving niet staat of valt met professionele sport, maar wel met goede artsen, wetenschap, onderzoek, het is kennelijk niet aan Sjonnie's verstand te brengen. Is het de gedachte, dat zelfs iemand met een gematigd brein stinkend rijk kan worden en geeft dat hoop? Zoals Obama heeft laten zien, dat een kleur geen enkele belemmering meer is om de top te bereiken? Ik heb geen idee. Het verbijsterd me.
De drie miljoen crisisheffing voor Ajax kan wel bij elkaar geschraapt worden. Vraag de voetballers maar een bijdrage. Technisch zal daar heus wel een trucje voor te verzinnen zijn. En financieel: een Prada of BMW minder, voor de verandering een keertje 'all inclusive' naar Turkije en je bent al een heel eind. Zo'n vakantie heeft veel voordelen: komen ze eindelijk hun supporters eens tegen.
Dan nog een advies: als prof voetballer zou ik op de VVD stemmen, want dat was de enige partij, die de motie van Kees niet steunde. Wat bezielt zo'n partij? Onder het mom van 'overbodig' of 'financiële gegevens nog niet bekend' heeft de partij weer de asociaalste mogelijkheid gekozen. Zelfs een sociaal signaal geven ze niet af en zelfs op geld dat al voor dat doel bestemd is, durven ze geen tweede stempel te zetten. Brrr!
Het krantenbericht zette me aan om even te kijken, wat een voetballer nou eigenlijk verdient. Ik wist dat het veel was, maar mijn ogen stonden direct op steeltjes (ik rond het naar beneden af, een afronding die in veel gevallen al een lekker jaarsalaris voor velen zou zijn):
Sneijder 5.800.000,-- per jaar
van Persie 11.700.000,--
de Jong 3.000.000,--
Robben 9.400.000,--
Kuijt 3.000.000,--
Stekelenburg 3.700.000,--
Huntelaar 4.400.000,--
Heitinga 4.500.000,--
v.d. Vaart 2.000.000,--
Seedorf 3.100.000,-- (gegevens loonwijzer.nl)
Dat zijn een heleboel nullen en vooral geen Balkenendenorm. Zoals op iedere site met dit soort gegevens kunnen mensen reageren. En zoals gewoonlijk doet natuurlijk (vrijwel) niemand dat onder zijn eigen naam. Wat me in het bijzonder opviel was het aantal positieve reacties en goedpraterij. Gezien het enorme aantal schrijffouten geen mensen, die zelf ook maar in de verste verte de Balkenendenorm (194.000) halen. Geen gescheld, gevloek en getier, geen doodsbedreigingen, niets van dat alles wat je normaal aantreft. Ook daarom stonden mijn ogen op steeltjes, want als een man, die echt iets zinnigs presteert in deze maatschappij een paar miljoen verdient, dan zijn de rapen gaar.
Kennelijk vindt de voetbalminnende Nederlander (in een van de reacties de 'Sjonnies' genoemd), dat een voetballer boven alle normen en waarden in dit land verheven is. Als er gesproken en geschreven wordt over 'graaiers', wordt daar nooit de voetballer bij genoemd.
Gisteravond werd in onze raad een motie aangenomen om te zorgen, dat geld voor armoede bestrijding nog dit jaar daadwerkelijk daaraan wordt besteed. Wethouder Verkaik kon nog niet zeggen om hoeveel geld het gaat, maar ik hoorde de schatting 58.000 vallen (de pot moet door het Rijk nog verdeeld worden). Nou spreekt de man ontzettend snel, dus hier kan ik enorm de mist in gaan, maar toch, een bedrag met zes nullen was het zeker niet. Waar zijn wij mee bezig, vraag ik me af! Het emotionele relaas van PvdA-raadslid Kees Stapper gisteravond was aandoenlijk. Nee, dit was geen stunt om goed over te komen, dit was gemeend. Ik zag wat vocht in zijn ogen en hoorde een trilling in zijn stem, toen hij de fracties overtuigde van het feit, dat die paar rottige centen voor de Kerst bij de mensen moet zijn, die het keihard nodig hebben.
Het zal voor de meesten een druppel op de gloeiende plaat zijn, maar het komt uit een goed hart. Waar is dat goede hart bij Ajax? Crisisheffing, wat een kul. Crisis, Wat is dat? Er zijn een heleboel mensen in Nederland, die absoluut niet weten hoe moeilijk het voor vele anderen is om de eindjes aan elkaar te knopen. Mensen die met gemak een Prada aanschaffen en zich absoluut niet realiseren, dat die uitgave een ander een maand van eten kan voorzien.
Als ik drie miljoen zou verdienen, zou ik een jaar inkomen prima kunnen overslaan. Wel meerdere! Al ik eenmalig drie miljoen zou ontvangen, zou ik nooit meer hoeven te werken. Als ik drie miljoen zou verdienen, zou ik steevast het grootste deel daarvan direct weggeven. Ik zou namelijk niet weten, waaraan ik dat geld zou moeten uitgeven, behalve aan onzin, aan materiële zaken waar ik buiten kan.
Het besef, dat de samenleving niet staat of valt met professionele sport, maar wel met goede artsen, wetenschap, onderzoek, het is kennelijk niet aan Sjonnie's verstand te brengen. Is het de gedachte, dat zelfs iemand met een gematigd brein stinkend rijk kan worden en geeft dat hoop? Zoals Obama heeft laten zien, dat een kleur geen enkele belemmering meer is om de top te bereiken? Ik heb geen idee. Het verbijsterd me.
De drie miljoen crisisheffing voor Ajax kan wel bij elkaar geschraapt worden. Vraag de voetballers maar een bijdrage. Technisch zal daar heus wel een trucje voor te verzinnen zijn. En financieel: een Prada of BMW minder, voor de verandering een keertje 'all inclusive' naar Turkije en je bent al een heel eind. Zo'n vakantie heeft veel voordelen: komen ze eindelijk hun supporters eens tegen.
Dan nog een advies: als prof voetballer zou ik op de VVD stemmen, want dat was de enige partij, die de motie van Kees niet steunde. Wat bezielt zo'n partij? Onder het mom van 'overbodig' of 'financiële gegevens nog niet bekend' heeft de partij weer de asociaalste mogelijkheid gekozen. Zelfs een sociaal signaal geven ze niet af en zelfs op geld dat al voor dat doel bestemd is, durven ze geen tweede stempel te zetten. Brrr!
22.9.13
Brief aan V. Elsenaar
Ik werd vrijdag verrast met een open brief van V. Elsenaar in het weekblad Huis aan Huis. Zo mag ik het zien, een dialoog!
Ik ben het geheel met VE eens, dat de rol van een columnist niet vergeleken mag worden met die van een journalist. Dat ik kritiek heb op columnisten hier in IJmuiden (en nog meer op journalisten en combi's daarvan) is echter mijn goed recht. Ook ik heb de vrijheid om in mijn blogs mijn mening te verkondigen. Het is waarschijnlijk de herhaling van de herhaling, die de columns in Velsen zo vreselijk irritant maken. Een goede columnist gaat verder, heeft zijn zegje gedaan en pakt een volgend onderwerp aan. Dat de Velsense columnist blijft hameren op hetzelfde onderwerp (de één op de VVD, de ander op het HOV) doet daardoor verdacht veel denken aan het manipuleren van de publieke opinie. Ik ontken niet, dat dat de bedoeling van de columnist kan en mag zijn, maar niet van de journalist. We zouden immers willen dat een krant onpartijdig is voortdurend meerdere kanten van een zaak belicht, het liefst in hetzelfde artikel. Dan kan de lezer zelf een mening vormen. Die gelegenheid geeft de krant niet. Als de lezer de andere kant van het verhaal wil horen, moet hij struinen op internet om dat te vinden. Dat wekt bij mij grote ergernis op.
Wat bij mij tot meer ergernis leidt is het feit dat in de berichtgeving, of die nu in column of in journalistieke vorm in de krant verschijnt, voortdurend niet klopt. Dan hebben we het niet over meningen, maar over feiten. Iedereen heeft recht op zijn eigen mening. Ook binnen de raad, soms zelfs binnen fracties, verschillen mensen van mening. Maar als het over feiten gaat, dan kan geen raadslid daar omheen. Nu ja, het kan wel, maar dan komt hij zichzelf op den duur wel keihard tegen.
In een eerdere blog vermoedde ik dat de schadepost voor de gemeente, indien het HOV project zou worden stopgezet, zo'n 15 miljoen euro zou bedragen. Op dat moment had ik nog geen harde cijfers van het college. De feitelijke schade loopt tegen de 17 miljoen. Een uitleg: de kosten die al zijn gemaakt voor o.a. de Kromhoutstraat moeten worden terugbetaald (5,1 mln) en de infrastructuur van Velsen loopt een opknapbeurt mis (11,6 mln). Je zou kunnen stellen, dat het laatste geen 'schade' is, maar het is maar hoe je dat bekijkt. Als mijn oprit dringend moet worden opgeknapt en ik hoef dat niet uit eigen budget te doen, dan houd ik geld over voor andere doeleinden. Zo kan ik me indenken, dat de gemeente wel blij is, als er in plaats van een oud, ongebruikt spoor eerdaags een berijdbaar wegdek ligt, zonder dat daar gemeentegeld voor moest worden uitgetrokken.
Waar het echter om gaat is die 5,1 miljoen, die moet worden terugbetaald. Dat geld is er niet. Dat zou ten koste gaan van andere programma's op de begroting. Het HOV project werd in 2008 door de raad aangenomen en sinds die tijd is er geld in gestoken, zowel door gemeente als provincie.
Ik kan me voorstellen dat ik hier op het punt kom waar de tegenstanders zeggen "Nou, stop er dan mee, dan maar dat verlies. Doe wat anders met dat geld!" En dat is nou juist het hete hangijzer, dat kan niet! Ten eerste is het niet ons geld, maar dat van de provincie. Ten tweede is het geld 'gelabeld'. Dat wil zeggen, dat het in de pot 'Openbaar Vervoer' zit (al sinds 2008) en alleen daaraan mag worden uitgegeven. Als Velsen afziet van het HOV, dan gaat het naar een andere gemeente in Noord-Holland, die wel HOV wil aanleggen. Als GroenLinks Velsen nu de keuze zou kunnen maken, om al die miljoenen in de zorg te stoppen, dan zou ik vooraan met een groot spandoek in het protest lopen, maar die keuze is er niet. Het geld verdwijnt naar een OV-doel elders en de gemeente blijft zitten met de rekening van ruim 5 miljoen. In plaats van wijzer, worden we er dus armer door, want het betalen van die rekening gaat ten koste van het budget voor andere programma's, onder andere de zorg.
Hoe vaak we dat ook uitleggen, de NEE-HOV lobby blijft maar doorroepen, dat dat toch moet gebeuren. En de krant schrijft (columnist of journalist) ook voortdurend, dat het geld aan betere zaken uitgegeven kan worden. Hiermee wordt het antwoord op die stelling hardnekkig genegeerd, weg gegumd, verzwegen. Daarmee gaat u voorbij aan feiten. Daarom ben ik van mening, dat u uw lezers onjuist informeert.
Wat betreft de inspraakprocedure op het tracé ben ik het ook niet eens met uw visie. Van meet af aan heeft de gemeente de burgers geïnformeerd en heeft bijeenkomsten georganiseerd om duidelijk te krijgen, hoe de bevolking deze plannen wilde invullen. Het is niet de schuld van de gemeente, dat mensen de informatie niet lezen of er laconiek tegenover staan, tot het moment dat hun eigen straat in het geding is. Bewoners van de minister van Houtenlaan kwamen pas inspreken tijdens een raad, toen alle beslissingen omtrent het tracé in hun buurt al waren genomen. De inspreker gaf toe, dat hij inderdaad niet zo goed had opgelet in de jaren daarvoor, maar als mosterd na de maaltijd toch nog gehoord wilde worden. Dan kwam er een groep die wilde, dat het tracé zou worden verschoven, dichter bij de straat aan de andere kant, alsof de bewoners daar beter bestand zouden zijn tegen eventuele overlast. De groep kreeg zijn zin niet, en dus weer boze burgers. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Wethouder Baerveldt (ik stond er vlakbij met mijn schilderij) werd op Plein 1945 uitgejouwd en uitgescholden, toen ze het woord nam tijdens de overhandiging van de handtekeningen. Ze moest oprotten, hoorde ik een aantal keren luid schreeuwen. Als Merhottein of ik in een blog kritiek hebben op journalisten of columnisten krijgen we de meest grove woorden naar ons hoofd. De HOV-NEE club wil gerespecteerd worden in haar mening, maar een andere mening respecteert zij zelf absoluut niet en die wordt beantwoord met scheldkanonnades. Niet met een weloverwogen uitleg van hun standpunten, geen inhoudelijke zaken, maar puur met gal. Ook gaat de groep voorbij aan de feiten, die wij niet kunnen veranderen. Waar is dan het wederzijds respect? En moet ik een journalist ontzien, die de zogenaamde 'edelachtbaren' (zie mijn vorige blog) nicknames geeft en op grove wijze belachelijk maakt? Plaatsvervangende schaamte kreeg ik ervan. Ik heb de bewuste fractievoorzitter een steunmail gestuurd, zo ellendig voelde ik me daarover. Dat is niet de manier waarop wij met andere fracties, of het nou coa of oppo is, omgaan. Wij respecteren de mening van een ander en kijken daar de persoon niet op aan. Onder mijn vrienden zitten ook VVDers, CDAers, SPers, CUers. Ik houd geen minuut minder van ze, als ze zeggen GroenLinks te verafschuwen. Alleen racisten duld ik niet.
De grofheid die ons raadsleden ten deel valt is niet van de laatste maanden, het begon al direct na de verkiezingen. Hoe ik ook uitlegde, dat de deelname van Merhottein aan onze fractie uitermate belangrijk was, ik werd meteen met de grond gelijk gemaakt toen ik in eerste instantie mijn verworven zetel aan hem afstond. Het argument, dat hij ervaren was en ik toendertijd nog niet, speelde geen enkele rol. Ik deed aan kiezersbedrog, maar dezelfde kiezer zou toch een sterkte fractie moeten willen, met juist veel ervaring. Daarbij moet diezelfde kiezer bedenken, dat het ontzettend moeilijk is om mensen te vinden, die raadslid willen worden. Het is voor vrijwel iedere partij altijd weer een gevecht om goede kandidaten te vinden, want naast een mening moet je ook wel over wat vaardigheden beschikken, bijvoorbeeld durven te praten in het openbaar.
Tot slot, ik zou heel blij zijn als meer burgers, ook meer GroenLinksers, ons tussentijds hun mening lieten weten. Ik zou heel blij zijn, als meer burgers de sessies en de raadsvergaderingen zouden bijwonen, ik zou een grote opkomst willen tijdens ledenvergaderingen en bijeenkomsten. Wij zijn volksvertegenwoordigers en zitten in de raad dankzij hun stem. Maar het merendeel van onze kiezers lijkt het prima te vinden wat we doen, want ik zie of hoor ze nooit. Merhottein en ik vertegenwoordigen GroenLinks en die partij is voorstander van de uitbreiding van het OV netwerk in Nederland. Dat weet iedereen die op GL stemt. Logisch dan dat wij de HOV-NEE lobby niet steunen. Wat ik wil benadrukken is, dat verschil van mening niets te maken heeft met een mens wel of niet aardig vinden. Ik scheld een ander ook niet uit, omdat hij van Gogh een waardeloze schilder vindt. Ik verafschuw de politiek van Geert Wilders, maar hoor telkens weer dat hij in de omgang een hele aardige vent is. Wij zijn allen opgevoed met bepaalde principes, normen en waarden. Dat maakt ons allemaal verschillend en dat dienen we te respecteren, zolang de grenzen van onfatsoen niet worden overschreden. En een pen mag best scherp zijn, maar hij dient wel eerlijk te zijn.
Ik ben het geheel met VE eens, dat de rol van een columnist niet vergeleken mag worden met die van een journalist. Dat ik kritiek heb op columnisten hier in IJmuiden (en nog meer op journalisten en combi's daarvan) is echter mijn goed recht. Ook ik heb de vrijheid om in mijn blogs mijn mening te verkondigen. Het is waarschijnlijk de herhaling van de herhaling, die de columns in Velsen zo vreselijk irritant maken. Een goede columnist gaat verder, heeft zijn zegje gedaan en pakt een volgend onderwerp aan. Dat de Velsense columnist blijft hameren op hetzelfde onderwerp (de één op de VVD, de ander op het HOV) doet daardoor verdacht veel denken aan het manipuleren van de publieke opinie. Ik ontken niet, dat dat de bedoeling van de columnist kan en mag zijn, maar niet van de journalist. We zouden immers willen dat een krant onpartijdig is voortdurend meerdere kanten van een zaak belicht, het liefst in hetzelfde artikel. Dan kan de lezer zelf een mening vormen. Die gelegenheid geeft de krant niet. Als de lezer de andere kant van het verhaal wil horen, moet hij struinen op internet om dat te vinden. Dat wekt bij mij grote ergernis op.
Wat bij mij tot meer ergernis leidt is het feit dat in de berichtgeving, of die nu in column of in journalistieke vorm in de krant verschijnt, voortdurend niet klopt. Dan hebben we het niet over meningen, maar over feiten. Iedereen heeft recht op zijn eigen mening. Ook binnen de raad, soms zelfs binnen fracties, verschillen mensen van mening. Maar als het over feiten gaat, dan kan geen raadslid daar omheen. Nu ja, het kan wel, maar dan komt hij zichzelf op den duur wel keihard tegen.
In een eerdere blog vermoedde ik dat de schadepost voor de gemeente, indien het HOV project zou worden stopgezet, zo'n 15 miljoen euro zou bedragen. Op dat moment had ik nog geen harde cijfers van het college. De feitelijke schade loopt tegen de 17 miljoen. Een uitleg: de kosten die al zijn gemaakt voor o.a. de Kromhoutstraat moeten worden terugbetaald (5,1 mln) en de infrastructuur van Velsen loopt een opknapbeurt mis (11,6 mln). Je zou kunnen stellen, dat het laatste geen 'schade' is, maar het is maar hoe je dat bekijkt. Als mijn oprit dringend moet worden opgeknapt en ik hoef dat niet uit eigen budget te doen, dan houd ik geld over voor andere doeleinden. Zo kan ik me indenken, dat de gemeente wel blij is, als er in plaats van een oud, ongebruikt spoor eerdaags een berijdbaar wegdek ligt, zonder dat daar gemeentegeld voor moest worden uitgetrokken.
Waar het echter om gaat is die 5,1 miljoen, die moet worden terugbetaald. Dat geld is er niet. Dat zou ten koste gaan van andere programma's op de begroting. Het HOV project werd in 2008 door de raad aangenomen en sinds die tijd is er geld in gestoken, zowel door gemeente als provincie.
Ik kan me voorstellen dat ik hier op het punt kom waar de tegenstanders zeggen "Nou, stop er dan mee, dan maar dat verlies. Doe wat anders met dat geld!" En dat is nou juist het hete hangijzer, dat kan niet! Ten eerste is het niet ons geld, maar dat van de provincie. Ten tweede is het geld 'gelabeld'. Dat wil zeggen, dat het in de pot 'Openbaar Vervoer' zit (al sinds 2008) en alleen daaraan mag worden uitgegeven. Als Velsen afziet van het HOV, dan gaat het naar een andere gemeente in Noord-Holland, die wel HOV wil aanleggen. Als GroenLinks Velsen nu de keuze zou kunnen maken, om al die miljoenen in de zorg te stoppen, dan zou ik vooraan met een groot spandoek in het protest lopen, maar die keuze is er niet. Het geld verdwijnt naar een OV-doel elders en de gemeente blijft zitten met de rekening van ruim 5 miljoen. In plaats van wijzer, worden we er dus armer door, want het betalen van die rekening gaat ten koste van het budget voor andere programma's, onder andere de zorg.
Hoe vaak we dat ook uitleggen, de NEE-HOV lobby blijft maar doorroepen, dat dat toch moet gebeuren. En de krant schrijft (columnist of journalist) ook voortdurend, dat het geld aan betere zaken uitgegeven kan worden. Hiermee wordt het antwoord op die stelling hardnekkig genegeerd, weg gegumd, verzwegen. Daarmee gaat u voorbij aan feiten. Daarom ben ik van mening, dat u uw lezers onjuist informeert.
Wat betreft de inspraakprocedure op het tracé ben ik het ook niet eens met uw visie. Van meet af aan heeft de gemeente de burgers geïnformeerd en heeft bijeenkomsten georganiseerd om duidelijk te krijgen, hoe de bevolking deze plannen wilde invullen. Het is niet de schuld van de gemeente, dat mensen de informatie niet lezen of er laconiek tegenover staan, tot het moment dat hun eigen straat in het geding is. Bewoners van de minister van Houtenlaan kwamen pas inspreken tijdens een raad, toen alle beslissingen omtrent het tracé in hun buurt al waren genomen. De inspreker gaf toe, dat hij inderdaad niet zo goed had opgelet in de jaren daarvoor, maar als mosterd na de maaltijd toch nog gehoord wilde worden. Dan kwam er een groep die wilde, dat het tracé zou worden verschoven, dichter bij de straat aan de andere kant, alsof de bewoners daar beter bestand zouden zijn tegen eventuele overlast. De groep kreeg zijn zin niet, en dus weer boze burgers. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Wethouder Baerveldt (ik stond er vlakbij met mijn schilderij) werd op Plein 1945 uitgejouwd en uitgescholden, toen ze het woord nam tijdens de overhandiging van de handtekeningen. Ze moest oprotten, hoorde ik een aantal keren luid schreeuwen. Als Merhottein of ik in een blog kritiek hebben op journalisten of columnisten krijgen we de meest grove woorden naar ons hoofd. De HOV-NEE club wil gerespecteerd worden in haar mening, maar een andere mening respecteert zij zelf absoluut niet en die wordt beantwoord met scheldkanonnades. Niet met een weloverwogen uitleg van hun standpunten, geen inhoudelijke zaken, maar puur met gal. Ook gaat de groep voorbij aan de feiten, die wij niet kunnen veranderen. Waar is dan het wederzijds respect? En moet ik een journalist ontzien, die de zogenaamde 'edelachtbaren' (zie mijn vorige blog) nicknames geeft en op grove wijze belachelijk maakt? Plaatsvervangende schaamte kreeg ik ervan. Ik heb de bewuste fractievoorzitter een steunmail gestuurd, zo ellendig voelde ik me daarover. Dat is niet de manier waarop wij met andere fracties, of het nou coa of oppo is, omgaan. Wij respecteren de mening van een ander en kijken daar de persoon niet op aan. Onder mijn vrienden zitten ook VVDers, CDAers, SPers, CUers. Ik houd geen minuut minder van ze, als ze zeggen GroenLinks te verafschuwen. Alleen racisten duld ik niet.
De grofheid die ons raadsleden ten deel valt is niet van de laatste maanden, het begon al direct na de verkiezingen. Hoe ik ook uitlegde, dat de deelname van Merhottein aan onze fractie uitermate belangrijk was, ik werd meteen met de grond gelijk gemaakt toen ik in eerste instantie mijn verworven zetel aan hem afstond. Het argument, dat hij ervaren was en ik toendertijd nog niet, speelde geen enkele rol. Ik deed aan kiezersbedrog, maar dezelfde kiezer zou toch een sterkte fractie moeten willen, met juist veel ervaring. Daarbij moet diezelfde kiezer bedenken, dat het ontzettend moeilijk is om mensen te vinden, die raadslid willen worden. Het is voor vrijwel iedere partij altijd weer een gevecht om goede kandidaten te vinden, want naast een mening moet je ook wel over wat vaardigheden beschikken, bijvoorbeeld durven te praten in het openbaar.
Tot slot, ik zou heel blij zijn als meer burgers, ook meer GroenLinksers, ons tussentijds hun mening lieten weten. Ik zou heel blij zijn, als meer burgers de sessies en de raadsvergaderingen zouden bijwonen, ik zou een grote opkomst willen tijdens ledenvergaderingen en bijeenkomsten. Wij zijn volksvertegenwoordigers en zitten in de raad dankzij hun stem. Maar het merendeel van onze kiezers lijkt het prima te vinden wat we doen, want ik zie of hoor ze nooit. Merhottein en ik vertegenwoordigen GroenLinks en die partij is voorstander van de uitbreiding van het OV netwerk in Nederland. Dat weet iedereen die op GL stemt. Logisch dan dat wij de HOV-NEE lobby niet steunen. Wat ik wil benadrukken is, dat verschil van mening niets te maken heeft met een mens wel of niet aardig vinden. Ik scheld een ander ook niet uit, omdat hij van Gogh een waardeloze schilder vindt. Ik verafschuw de politiek van Geert Wilders, maar hoor telkens weer dat hij in de omgang een hele aardige vent is. Wij zijn allen opgevoed met bepaalde principes, normen en waarden. Dat maakt ons allemaal verschillend en dat dienen we te respecteren, zolang de grenzen van onfatsoen niet worden overschreden. En een pen mag best scherp zijn, maar hij dient wel eerlijk te zijn.
18.9.13
Edelachtbare, maar niet heus!
Ik zat nog te denken, Mitzie zal me wel een trut vinden, dat ik haar krant op Facebook 'Het Vod' noemde. Laat ik voorop stellen: dat ligt niet aan haar. Ik beveel de redactie aan vooral meer Mitzies in te huren. Meer vrouwen is misschien al een idee, want de mannen maken er een potje van.
Stond er laatst nog bij 'Brieven' dat de discussie over het HOV door de redactie werd gesloten, vandaag weer een brief van een tegenstander. Ja, zo kan ik de publieke opinie ook beïnvloeden. De voorstanders wordt de mond gesnoerd en de tegenstanders wordt plaats geboden. De heer Wingelaar uit Santpoort-Noord heeft daar een op- en aftelsom geplaatst weten te krijgen, die zeer indrukwekkend is. Ik wil hem direct mijn geldzaken laten regelen, dan wordt ik rijk! Hij trekt 11 miljoen euro kosten van Velsen af van 60 miljoen euro baten van de provincie. Doe mij zo'n boekhouder, dan betalen mijn buren mijn rekeningen. Ik heb nog wel wat projecten die ik met het geld van Mark en Joost wil betalen hoor: zonnepanelen, nieuw dak op het atelier, nieuwe ketel op zolder, nieuwe badkamer (deze is nog oranje)...en natuurlijk een zuinig autootje om de verkeersdrukte door Driehuis te stimuleren.
De discussie is dus gesloten, vandaar dat Beryl Dreijer ook weer op de voorpagina van de IJmond staat met haar vragen over vragen over vragen. De slimste tot nu toe is de vraag over het niet uitvoeren van bepaalde deelprojecten van het HOV. Ik zie dat helemaal voor me: een HOV-lijn met hiaten, hier en daar over een weilandje, om vervolgens weer asfalt op te zoeken. Mijn zus in Turkije heeft zo'n weg naar haar huis: een aantal kilometers gaten, met wat asfalt hier en daar. Ik dank Beryl voor het vakantiegevoel, dat ze ons aan wil bieden. Misschien kan ze ook zorgen voor wat meer zon.
Tot overmaat van ramp lees ik op 'regionaal 3', dat er een nieuwe politieke partij in de maak is, Forza. Deze partij mikt op Fortuyn aanhangers, op PVVers, op oud VVDers en op jongeren. Weet wel, jongeren zijn niet links, liberaal of rechts, maar gewoon 'jong'. Wat voor politieke richting dat is, dat moet je maar aan Paul Meijer vragen. Forza 'zit lokaal iets rechtser dan de VVD'. Ja logisch, landelijk bestaat Forza niet. Zou Beryl zich bij Forza aansluiten? Dat bevestigt noch ontkent ze. Oei! Zou dat afhankelijk zijn van wat de VVD nog aan kandidaten overhoudt en of dat vrienden zijn of niet? Maar afgezien daarvan...zou Beryl zich werkelijk willen aansluiten bij een partij, die op PVV stemmers mikt? Nog eens: Oei! (Mijn uitroeptekens zijn bijna op!)
Wat mij wel gelukkig stemt is de mening van Paul Meijer, dat niet iedereen geschikt is voor raadswerk. Ineens moet dat werk niet onderschat worden, neemt het 20 tot 30 uur per week in beslag, moet je leren om stukken te lezen (dat laatste kan je als kritische burger ook best doen, hoor!), leren je te presenteren en leren hoe met mensen om te gaan (wat dat betreft verwijs ik naar de column 'Integere mensen' van Joost Prinsen). Waren raadsleden vroeger 'edelachtbaren', nu wordt je volgens Paul Meijer vergeleken met een tweedehands autohandelaar. Ja, daarin heeft hij helemaal gelijk, vooral door HOV-NEE! Geen enkel respect komen we tegen. Raadsleden met een andere mening worden met de grond gelijk gemaakt, zijn pluche-geil, sporen niet, domoren, oprotten! En zometeen zitten er misschien een paar Forza leden in de raad, die op dezelfde manier worden uitgescholden, omdat ze voor iets hebben gestemd, terwijl een aantal mensen tegen is. Het zal ze leren, zou ik zeggen. Maar dat wil Paul nu al voorkomen, door de functie flink op te waarderen (want hij spreekt de taal van het volk tot pluche in zicht is). Of geldt dat alleen voor hem, als hij raadslid wordt, en niet voor de zittenden? Wat me wel leuk lijkt is, als Paul Meijer een motie indient, waarin raadsleden weer als 'edelachtbare' dienen te worden aangesproken. Pik ik ook een graa(n)tje mee.
Prachtig vind ik wel de insteek van Forza om 'elkaar te vinden' en 'samen te werken'. "Dat is veel beter dan een gemeenteraad vol met splinterpartijen en afsplitsingen". Hoewel het een volkomen los staat van het ander, zou ik zeggen. Maar nu moet ik lachen. De afsplitsingen VL en LGV hebben respectievelijk 5 en 4 raadsleden. Nauwelijks splinterpartijen te noemen. Alleen Beryl Dreijer zit nog alleen. Marc Hillebrink is fractielid van D66. Als Beryl zich weer bij een partij aansluit, dan hebben we nog 9 fracties. Dat is behoorlijk veel, eigenlijk te veel. Forza wil daar dus weer 10 van maken en doet daarmee juist, wat het zegt niet te willen. Laria Laria Logica.
Voor het geval u nu denkt, dat er in de raad niet wordt samengewerkt en dat de fracties 'elkaar nooit vinden', dat is klinkklare onzin. Dat is de mening van iemand, die absoluut niet weet hoe de politiek in elkaar zit. Er is zoiets als een coalitie, deze bestaat zelfs uit 5 partijen, die prima met elkaar samenwerken, maar wel hun eigen gedachtegoed verdedigen. Dan is er het presidium, waarin volop wordt overlegd hoe de fracties met allerlei zaken willen omgaan. Dan is er een rekenkamer waarin iedere fractie is vertegenwoordigd, die o.a. politiek neutraal onderzoeken laat uitvoeren ten aanzien van beleid, dan is er overleg tussen oppositiepartijen, tussen coalitie- en oppositiepartijen en tenslotte is er die gezonde democratie: iedere partij profileert zijn eigen kleur en heeft daar recht op.
Was het niet diep triest, dan was het een giller, die hele protest-hetze en de oprichting van een nieuwe partij. Mannetjes en vrouwtjes, die coûte que coûte hun zin moeten hebben en absoluut niet in staat zijn tot compromissen. Ik zie zo'n partij al voor me: na een paar jaar zitten de fractieleden allen apart in de raad, omdat niemand het ooit helemaal eens is met de ander. Vooral rechts Nederland heeft er een handje van om weg te lopen als het zijn politieke zin niet krijgt: Rita, Geert, Hero, Marcial, Wim...oh ja, Jos! Ook zo'n mannetje met veel teveel ego. Een voordeel: meestal verdwijnen ze vanzelf in het niets.
11.9.13
OpFOKKE
Er zijn goede, minder goede en slechte kranten. Er zijn goede, minder goede en slechte journalisten. En er zijn journalisten, die bewust de boel belazeren.
In augustus stelt raadslid Dreijer uitgebreide vragen aan het college over het HOV. Onder andere over het 'point of no return' en de kosten, die de gemeente zou moeten ophoesten als het project nu zou worden stopgezet. De gedegen antwoorden van het college worden onlangs rondgestuurd en zijn voor iedere burger zichtbaar. Gezien het feit, dat het hele project 'hot item' in Velsen is, zou je dan toch denken, dat die antwoorden door een journalist worden opgepakt, maar dat gebeurt in Velsen niet. Hier vindt de krant, dat de burger zelf maar moet gaan zoeken naar antwoorden, als deze al weet dat die er zijn en dat er vragen werden gesteld. Maar de berichtgeving gaat door. Een overstaphalte op plein 1945 is aanleiding voor Fokke Zaagsma om vandaag in de IJmuider Courant mee te delen, dat het stoppen van het HOV-project de gemeente geld oplevert! Namelijk wel 167.000 euro per jaar voor de komende 12 jaar. Klopt helemaal, kijk maar wat het college schrijft:
Zoals in de Samenwerkingsovereenkomst is afgesproken wordt de gemeentelijke bijdrage van € 3.000.000 (met aftrek van de waarde van de door de gemeente in te brengen gronden) in 15 jaarlijkse termijnen van € 167.000 voldaan. Dit betekent dat bij het stopzetten van het HOV project er een jaarlijks voordeel in te boeken is op de investeringbegroting van € 167.000,- voor de komende 12 jaar.
Nou, is me dat even een voordeel, denkt de lezer! Direct stoppen dat project! Wat Zaagsma echter niet vermeldt in zijn bericht is, dat dit slechts een stukje van het antwoord is. Het college geeft ook inzicht in de kosten, die tot op heden gemaakt zijn en moeten worden vergoed. Daarnaast loopt het een bedrag voor infrastructurele projecten mis, dat de gemeente zelf onmogelijk kan ophoesten. Benieuwd? Hier dan de cijfertjes:
Resumé
• Uw gemeenteraad heeft keuzes gemaakt op basis waarvan het HOV-project in gang is gezet.
• Bij stopzetten van de medewerking aan het HOV-project zal de gemeente in ieder geval de kosten moeten dragen die door de provincie tot op heden gemaakt zijn. Dit is een bedrag van ongeveer € 5.132.500,- Hiervoor is geen dekking in de begroting aanwezig.
• Bij stopzetten vervallen de provinciale bijdragen aan nog te realiseren infrastructurele projecten. Deze bijdrage is geraamd op € 11.570.000,-
Lijn 75 gaat bij stopzetten van het HOV project geen deel uitmaken van R-net.
Wilt u het hele verhaal lezen, dan verwijzen wij u naar de site van de gemeente Velsen, bij raad/raadsvragen (staan ze er nog niet op, dan zal dat snel gebeuren).
Al jaar en dag erger ik me wezenloos aan de berichtgeving in de IJmuider Courant, die ik noodgedwongen moet lezen om op de hoogte te blijven van het lokale nieuws. Van de Volkskrant overstappen op dat vod was een zware zaak. Al eerder schreef ik, dat ik in de verslaggeving vaak niet de bijeenkomsten herkende, waar ik zelf bij zat. Dat kan met het kaliber journalist te maken hebben, maar steeds meer ging ik denken, dat het met kleur te maken heeft. Fokke Zaagsma heeft dit nu bevestigd. Geweldig Fokke, je schept licht in de duisternis! Nu weet ik zeker dat ofwel de gehele krant/redactie, ofwel de journalisten die over Velsen rapporteren, gewoon vel gekleurd zijn en de burger op alle mogelijke slinkse manieren informatie onthouden.
Doet dat er wat toe? Ja, het is een grof schandaal, dat een journalist op deze wijze handelt, terwijl de juiste informatie voor het oprapen ligt, hem of de redactie waarschijnlijk gewoon is toegestuurd. Stemmingmakerij, misleiding, beïnvloeding van stemgedrag, zwartmakerij, wat kan je het al niet noemen? Het lijkt er verdacht veel op, dat dit college, deze coalitie, volgens de journalisten zijn biezen moet pakken en dus manipuleer je de berichtgeving dusdanig, dat het zo slecht mogelijk uit de verf komt. Daarbij, de durf om zulke informatie in een krant te zetten, om zo doorzichtig te werk te gaan, dat grenst niet meer aan een brutale leugen, dat IS een brutale leugen!
Is er dan ook nog sprake van vriendjespolitiek? Ik denk het wel. De onvolledige berichtgeving over het HOV is vooral een opsteker voor de tegenstanders, die behoorlijk zijn vertegenwoordigd in twee lokale politieke partijen of bij een groep die overweegt een nieuwe partij op te richten. Kennelijk is de band van deze tegenstanders met de krant en/of de betreffende journalisten bijzonder goed.
Doet het er wat toe? Ja, want zo krijgt iemand de neiging op een partij te stemmen, die met halve informatie haar kiezers paait. Een partij die vervolgens zijn beloftes niet waar kan maken, want die ruim 5 miljoen euro is nergens vandaan te halen, tenzij u er natuurlijk voor kiest om die uit een ander programma te halen, zorg en welzijn, cultuur, noemt u het maar!
10.9.13
Een gevoelig kettinkje
Vijftien regels over religie aan de muur van elke klas, het franse handvest van het seculiere onderwijs. Een van die regels: het is verboden om religieuze voorwerpen als kruisjes, hoofddoeken of davidsterren zichtbaar te dragen. Een enigszins weldenkend mens weet direct, dat het niet om die gouden kruisjes gaat, maar om de hoofddoeken. Hoe kan een regering zich wentelen in onzin, om een onzinnig verbod op hoofddoeken te realiseren?
Elders in de wereld, in Turkije, is het inmiddels verboden om van tien uur 's avonds tot zes uur 's morgens in winkels alcoholische drank te verkopen. Erdogan, die door menig westers politicus nog wordt gezien als de man die Turkije naar het westen zal trekken en de EU zal binnensmokkelen, breekt in snelle vaart de seculiere staat af, terwijl Frankrijk diezelfde seculiere staatsvorm extremeert. In beide gevallen is sprake van grote intolerantie. In Frankrijk trekt de moslimhater aan het langste eind, in Turkije de islam. De grote verliezer van deze (en veel erger) maatregelen in beide landen is de burger.
In Turkije zou 90 procent van de bevolking islamitisch zijn, maar het is dan ook niet mogelijk om 'niets' te zijn, niet te geloven. Turkije kent net als in ieder land ook de atheïst, maar dat kan niet op zijn ID. Daarbij kent het land ook nog de gematigde gelovige, de man/vrouw die wel in God gelooft, maar niet praktiserend is, geen kerk aanhangt, het een worst zal zijn of een ander een andere godsdienst aanhangt. Het gemiddelde beeld dat de Europeaan of Amerikaan van Turkije heeft is verkeerd: het is geen land vol geitenhoeders en pitteneters, er zijn ook grote moderne steden, geleerden (al dan niet opgesloten door Erdogan), kunstenaars (al dan niet opgesloten door Erdogan), journalisten (al dan niet...), andere knap denkende mensen (al dan niet...) en mensen die van een wijntje houden bij het eten (al dan niet...). Laat staan en lekker glas rakı. Een enorme massa Turken vrezen het ergste voor hun land: afbraak van de seculiere staat, zoals die ooit door Atatürk werd ingevoerd.
In Frankrijk kan een meisje het van haar oma geërfde gouden kruisje niet meer zichtbaar dragen, omdat haar medeleerlinge dan een hoofddoek om mag knopen. Geen mens heeft zich honderden jaren lang gestoord aan een kettinkje met kruisje, maar sinds de hoofddoek in de ban moet, moet het kettinkje in de ban. Hoe zot kan het worden? Maar ook in Frankrijk zijn er weldenkende mensen, die het een worst zal zijn of een islamitisch meisje wel of geen hoofddoek draagt.
De maatregelen in beide landen ontnemen de burger vrijheid. Westerlingen maken zich geweldig kwaad om islamitische verboden. Dat zijn niet alleen de simpele geesten, die per definitie de islam als verachtelijk beschouwen, maar ook de antropologen, die zielige meisjes willen redden van het kwaad. Om die zielige meisjes te redden van de hoofddoek of burka is het vervolgens toegestaan om andere meisjes beperkingen op te leggen. Let wel: het gaat hier vrijwel altijd om vrouwen, want die dragen sierraden en hoofddoeken. De westerse vrouw laat wat dat betreft net zo met zich sollen als de oosterse.
En waar gaat het nu eigenlijk om? Om een uiting van de eigen persoonlijkheid. Wanneer wordt het dragen van een rode broek verboden of mag een man met een roze shirt de straat niet meer op? Wat te denken van een korte broek met behaarde mannenbenen en sokken in sandalen of een vrouw in een mantelpak? Wat kan het een mens schelen, wat een ander aan zijn lijf hangt en waar die uiting voor staat?
De beperkingen zowel in Turkije als in Frankrijk staan doelmatig lijnrecht op elkaar, maar doen exact hetzelfde. Ze extremeren, en dat was juist waar we zo enorm voor moesten waken. Geen Fransman kan nog kritiek leveren op de onvrijheid van de mens elders in de wereld, terwijl Erdogan met gemak kan roepen, dat het in Europa geen haar beter is: bij jullie is een kettinkje al verboden!
Elders in de wereld, in Turkije, is het inmiddels verboden om van tien uur 's avonds tot zes uur 's morgens in winkels alcoholische drank te verkopen. Erdogan, die door menig westers politicus nog wordt gezien als de man die Turkije naar het westen zal trekken en de EU zal binnensmokkelen, breekt in snelle vaart de seculiere staat af, terwijl Frankrijk diezelfde seculiere staatsvorm extremeert. In beide gevallen is sprake van grote intolerantie. In Frankrijk trekt de moslimhater aan het langste eind, in Turkije de islam. De grote verliezer van deze (en veel erger) maatregelen in beide landen is de burger.
In Turkije zou 90 procent van de bevolking islamitisch zijn, maar het is dan ook niet mogelijk om 'niets' te zijn, niet te geloven. Turkije kent net als in ieder land ook de atheïst, maar dat kan niet op zijn ID. Daarbij kent het land ook nog de gematigde gelovige, de man/vrouw die wel in God gelooft, maar niet praktiserend is, geen kerk aanhangt, het een worst zal zijn of een ander een andere godsdienst aanhangt. Het gemiddelde beeld dat de Europeaan of Amerikaan van Turkije heeft is verkeerd: het is geen land vol geitenhoeders en pitteneters, er zijn ook grote moderne steden, geleerden (al dan niet opgesloten door Erdogan), kunstenaars (al dan niet opgesloten door Erdogan), journalisten (al dan niet...), andere knap denkende mensen (al dan niet...) en mensen die van een wijntje houden bij het eten (al dan niet...). Laat staan en lekker glas rakı. Een enorme massa Turken vrezen het ergste voor hun land: afbraak van de seculiere staat, zoals die ooit door Atatürk werd ingevoerd.
In Frankrijk kan een meisje het van haar oma geërfde gouden kruisje niet meer zichtbaar dragen, omdat haar medeleerlinge dan een hoofddoek om mag knopen. Geen mens heeft zich honderden jaren lang gestoord aan een kettinkje met kruisje, maar sinds de hoofddoek in de ban moet, moet het kettinkje in de ban. Hoe zot kan het worden? Maar ook in Frankrijk zijn er weldenkende mensen, die het een worst zal zijn of een islamitisch meisje wel of geen hoofddoek draagt.
De maatregelen in beide landen ontnemen de burger vrijheid. Westerlingen maken zich geweldig kwaad om islamitische verboden. Dat zijn niet alleen de simpele geesten, die per definitie de islam als verachtelijk beschouwen, maar ook de antropologen, die zielige meisjes willen redden van het kwaad. Om die zielige meisjes te redden van de hoofddoek of burka is het vervolgens toegestaan om andere meisjes beperkingen op te leggen. Let wel: het gaat hier vrijwel altijd om vrouwen, want die dragen sierraden en hoofddoeken. De westerse vrouw laat wat dat betreft net zo met zich sollen als de oosterse.
En waar gaat het nu eigenlijk om? Om een uiting van de eigen persoonlijkheid. Wanneer wordt het dragen van een rode broek verboden of mag een man met een roze shirt de straat niet meer op? Wat te denken van een korte broek met behaarde mannenbenen en sokken in sandalen of een vrouw in een mantelpak? Wat kan het een mens schelen, wat een ander aan zijn lijf hangt en waar die uiting voor staat?
De beperkingen zowel in Turkije als in Frankrijk staan doelmatig lijnrecht op elkaar, maar doen exact hetzelfde. Ze extremeren, en dat was juist waar we zo enorm voor moesten waken. Geen Fransman kan nog kritiek leveren op de onvrijheid van de mens elders in de wereld, terwijl Erdogan met gemak kan roepen, dat het in Europa geen haar beter is: bij jullie is een kettinkje al verboden!
6.9.13
Een beetje dom, toch?
5 September, weekblad Huis aan Huis, column 'Geschikt/ongeschikt' van V. Elsenaar:
"..Reina de Haan manifesteert zich tegenwoordig met een stil protest tegen het regeringsbeleid op Plein 1945. Eigenlijk protesteert ze tegen zichzelf, want een belangrijk deel van de rijkstaken zoals de jeugdzorg en de thuiszorg wordt overgeheveld naar gemeenten. Dat zijn toevallig de taken van GroenLinks wethouder Wim Westerman, die zij als coalitiegenoot steunt. Impliciet steunt zij daarmee als gemeenteraadslid de afbraak van de sociale voorzieningen."
De 6de september was al begonnen toen ik dat las, maar wat slaap zou misschien later op de dag wat licht werpen op de tekst. Rond een uur of elf las ik het weer, maar kon er nog steeds geen pap, soep of wat dan ook van maken. Zelfs nu ik het overschrijf blijft enig begrip volledig uit. Dat maakt het bijzonder moeilijk om op te reageren. Het enige wat ik begrijp is, dat dit een poging van Elsenaar is om GroenLinks onderuit te halen. Dat is niet nieuw. Dat doet hij al jaren. In dezelfde column van de 5de worden ook Merhottein en Westerman met allerlei waanzin om de oren geslagen. Zo zou Westerman ooit tegen het HOV hebben gestemd, maar de man zelf weet bij god niet wanneer. Merhottein zou als voorzitter van GroenLinks Haarlem tegen de Zuidtangent zijn gekant (een bestuursvoorzitter zit niet in de politiek, Elsenaar). Elsenaar wist dat niet, maar heeft dat van 'mensen die zich dat herinneren' (Facebook). Fijne bron, klakkeloos geloven! Ik moet ineens denken aan de gang van zaken rond Lucia de B. Het volkstribunaal heeft gesproken!
"Stemmingmakerij is iets waarvan mijn haren recht overeind gaan staan. Het is een actie veelal uit onmacht, domheid en doordrammerij," schrijft Merhottein ergens in een blog. Elsenaar vindt dat hij daarmee tegenstanders wegzet als domme doordrammers. Dat Merhottein alleen doelt op de stemmingmakers, dat ontgaat Elsenaar. Wij begrijpen heel goed, dat voor ieder argument wat te zeggen is en ook vinden wij onze tegenstanders niet dom, zolang zij de realiteit maar in het oog houden. Dat is hetgeen wat deze stemmingmakers niet doen. Een HOV-project dat in 2008 door de raad is aangenomen, kan je niet in 2013, na vijf jaar investeringen, terugdraaien. Zo simpel is het. Dat gaat de gemeente miljoenen kosten. En daarbij: 1800 handtekeningen tegen (van de 67.000 inwoners) is daarvoor ook geen goed argument. Dat een aantal politieke partijen of raadsleden willen, dat het hele HOV-project nog eens wordt herbezien of zelfs wordt stopgezet, is naar onze mening dan ook verkiezingsretoriek. Het is gewoon niet mogelijk, niet betaalbaar, niet reëel. Je kunt op deze mensen stemmen, maar je komt bedrogen uit, zo simpel is het. Maar als u toch de proef op de som wilt nemen, dan moet u ook niet klagen, als de partijen niet doen wat ze toezegden. Zelfs al komt er een college van tegenstanders, dan denk ik niet dat de raad bereid is om een bedrag van bijvoorbeeld 15 miljoen neer te tellen voor schadeclaims, voor niets dus. Hoezo schadeclaims? Nou, bijvoorbeeld die Kromhoutstraat, die is al aangepast en dat zal de gemeente dan zelf moeten vergoeden. Dat de infrastructuur van de gemeente op veel plaatsen meteen wordt aangepakt, zaken waar de gemeente zelf nu absoluut het geld niet voor heeft, wordt door de tegenstanders verzwegen.
Elsenaar gaat op meer punten volledig de mist in. Het plan 'Hofgeestlijn', dat GroenLinks indiende, gaat niet over een bus, maar over lightrail, volgt een volkomen ander traject dan het HOV en sluit daar zelfs prima op aan. Het ons zo begeerde OV-netwerk! Het traject dat Elsenaar voorstelt, namelijk langs het kanaal, is niet mogelijk. Waarom niet? Gewoon niet rendabel, omdat er geen woonkernen worden aangedaan. Vandaar dat de Hofgeestlijn een andere route volgt (o.a. langs Velserbroek).
Zo zie je maar weer: je kan van alles opschrijven en de leek zal het voor zoete koek aannemen, maar als puntje bij paaltje komt, kom je als kiezer bedrogen uit. Dat bedoelt Merhottein met stemmingmakerij: de boel beduvelen. Dat is dom, want uiteindelijk wordt je op het niet nakomen van je beloftes afgerekend. GroenLinks kijkt wel tig keer uit, om zich zo in de verkiezingen te storten.
Inmiddels ben ik een uurtje verder, maar nog steeds begrijp ik Elsenaar niet, waar hij over mijn actie 'Stilstaan' schrijft. Ik ben tegen de lukrake bezuinigingen van dit kabinet. Ik vind dat dit kabinet de economie om zeep helpt. Ik vind ook, dat als je rijkstaken overhevelt naar de gemeenten, je dezelfde pot geld mee moet geven. Dat doet dit kabinet niet, met gevolg dat Wim Westerman de grootste problemen heeft om de boel op orde te houden en/of te brengen. Waar moet hij het geld voor de thuiszorg bijvoorbeeld vandaan halen? De afbraak van de sociale voorzieningen wordt dus door het kabinet veroorzaakt, niet door onze wethouder, die met minder middelen maar moet zien hoe het hem lukt.
Zo zie je maar weer: je kan van alles opschrijven en de leek zal het voor zoete koek aannemen, maar als puntje bij paaltje komt, kom je als kiezer bedrogen uit. Iedere volgende wethouder, of hij nu een SPer of een VVDer is, zal voor dezelfde problematiek komen te staan. Het voordeel van landelijke partijen is wel, dat ze een vertegenwoordiging in Den Haag hebben. Lokale partijen kunnen daar niets. Die moet lijdzaam afwachten, wat er op de gemeenten afkomt.
Conclusie 6 september, blog Reina de Haan: V. Elsenaar begrijpt heel weinig, weet heel weinig, gelooft wat hij geloven wil, heeft een diepe hekel aan GroenLinks en schopt daarom blind om zich heen. Dat is een beetje dom, toch?
"..Reina de Haan manifesteert zich tegenwoordig met een stil protest tegen het regeringsbeleid op Plein 1945. Eigenlijk protesteert ze tegen zichzelf, want een belangrijk deel van de rijkstaken zoals de jeugdzorg en de thuiszorg wordt overgeheveld naar gemeenten. Dat zijn toevallig de taken van GroenLinks wethouder Wim Westerman, die zij als coalitiegenoot steunt. Impliciet steunt zij daarmee als gemeenteraadslid de afbraak van de sociale voorzieningen."
De 6de september was al begonnen toen ik dat las, maar wat slaap zou misschien later op de dag wat licht werpen op de tekst. Rond een uur of elf las ik het weer, maar kon er nog steeds geen pap, soep of wat dan ook van maken. Zelfs nu ik het overschrijf blijft enig begrip volledig uit. Dat maakt het bijzonder moeilijk om op te reageren. Het enige wat ik begrijp is, dat dit een poging van Elsenaar is om GroenLinks onderuit te halen. Dat is niet nieuw. Dat doet hij al jaren. In dezelfde column van de 5de worden ook Merhottein en Westerman met allerlei waanzin om de oren geslagen. Zo zou Westerman ooit tegen het HOV hebben gestemd, maar de man zelf weet bij god niet wanneer. Merhottein zou als voorzitter van GroenLinks Haarlem tegen de Zuidtangent zijn gekant (een bestuursvoorzitter zit niet in de politiek, Elsenaar). Elsenaar wist dat niet, maar heeft dat van 'mensen die zich dat herinneren' (Facebook). Fijne bron, klakkeloos geloven! Ik moet ineens denken aan de gang van zaken rond Lucia de B. Het volkstribunaal heeft gesproken!
"Stemmingmakerij is iets waarvan mijn haren recht overeind gaan staan. Het is een actie veelal uit onmacht, domheid en doordrammerij," schrijft Merhottein ergens in een blog. Elsenaar vindt dat hij daarmee tegenstanders wegzet als domme doordrammers. Dat Merhottein alleen doelt op de stemmingmakers, dat ontgaat Elsenaar. Wij begrijpen heel goed, dat voor ieder argument wat te zeggen is en ook vinden wij onze tegenstanders niet dom, zolang zij de realiteit maar in het oog houden. Dat is hetgeen wat deze stemmingmakers niet doen. Een HOV-project dat in 2008 door de raad is aangenomen, kan je niet in 2013, na vijf jaar investeringen, terugdraaien. Zo simpel is het. Dat gaat de gemeente miljoenen kosten. En daarbij: 1800 handtekeningen tegen (van de 67.000 inwoners) is daarvoor ook geen goed argument. Dat een aantal politieke partijen of raadsleden willen, dat het hele HOV-project nog eens wordt herbezien of zelfs wordt stopgezet, is naar onze mening dan ook verkiezingsretoriek. Het is gewoon niet mogelijk, niet betaalbaar, niet reëel. Je kunt op deze mensen stemmen, maar je komt bedrogen uit, zo simpel is het. Maar als u toch de proef op de som wilt nemen, dan moet u ook niet klagen, als de partijen niet doen wat ze toezegden. Zelfs al komt er een college van tegenstanders, dan denk ik niet dat de raad bereid is om een bedrag van bijvoorbeeld 15 miljoen neer te tellen voor schadeclaims, voor niets dus. Hoezo schadeclaims? Nou, bijvoorbeeld die Kromhoutstraat, die is al aangepast en dat zal de gemeente dan zelf moeten vergoeden. Dat de infrastructuur van de gemeente op veel plaatsen meteen wordt aangepakt, zaken waar de gemeente zelf nu absoluut het geld niet voor heeft, wordt door de tegenstanders verzwegen.
Elsenaar gaat op meer punten volledig de mist in. Het plan 'Hofgeestlijn', dat GroenLinks indiende, gaat niet over een bus, maar over lightrail, volgt een volkomen ander traject dan het HOV en sluit daar zelfs prima op aan. Het ons zo begeerde OV-netwerk! Het traject dat Elsenaar voorstelt, namelijk langs het kanaal, is niet mogelijk. Waarom niet? Gewoon niet rendabel, omdat er geen woonkernen worden aangedaan. Vandaar dat de Hofgeestlijn een andere route volgt (o.a. langs Velserbroek).
Zo zie je maar weer: je kan van alles opschrijven en de leek zal het voor zoete koek aannemen, maar als puntje bij paaltje komt, kom je als kiezer bedrogen uit. Dat bedoelt Merhottein met stemmingmakerij: de boel beduvelen. Dat is dom, want uiteindelijk wordt je op het niet nakomen van je beloftes afgerekend. GroenLinks kijkt wel tig keer uit, om zich zo in de verkiezingen te storten.
Inmiddels ben ik een uurtje verder, maar nog steeds begrijp ik Elsenaar niet, waar hij over mijn actie 'Stilstaan' schrijft. Ik ben tegen de lukrake bezuinigingen van dit kabinet. Ik vind dat dit kabinet de economie om zeep helpt. Ik vind ook, dat als je rijkstaken overhevelt naar de gemeenten, je dezelfde pot geld mee moet geven. Dat doet dit kabinet niet, met gevolg dat Wim Westerman de grootste problemen heeft om de boel op orde te houden en/of te brengen. Waar moet hij het geld voor de thuiszorg bijvoorbeeld vandaan halen? De afbraak van de sociale voorzieningen wordt dus door het kabinet veroorzaakt, niet door onze wethouder, die met minder middelen maar moet zien hoe het hem lukt.
Zo zie je maar weer: je kan van alles opschrijven en de leek zal het voor zoete koek aannemen, maar als puntje bij paaltje komt, kom je als kiezer bedrogen uit. Iedere volgende wethouder, of hij nu een SPer of een VVDer is, zal voor dezelfde problematiek komen te staan. Het voordeel van landelijke partijen is wel, dat ze een vertegenwoordiging in Den Haag hebben. Lokale partijen kunnen daar niets. Die moet lijdzaam afwachten, wat er op de gemeenten afkomt.
Conclusie 6 september, blog Reina de Haan: V. Elsenaar begrijpt heel weinig, weet heel weinig, gelooft wat hij geloven wil, heeft een diepe hekel aan GroenLinks en schopt daarom blind om zich heen. Dat is een beetje dom, toch?
1.9.13
De Monarchie
In nummer 33 van de Groene Amsterdammer wijdt Koen Kleijn een pagina aan wijlen prins Friso. Hij beweent de rol van de prins: 'Hij wilde trouw zijn aan eigen opvattingen maar kon niet ontsnappen aan zijn lot.' Kleijn sluit het stuk af met de mededeling, dat de monarchie een circusvoorstelling is, waarmee het volk zich vermaakt. 'Voor ons verdere genoegen worden al drie nieuwe speelprinsesjes klaargestoomd.'
Zijn mening, dat de Nederlander de leden van het koningshuis vastlegt in paradoxen is een feit. Dat de gemiddelde Nederlander een vriendelijke gewone koning wil die fouten mag maken, lijkt me voor het koningshuis niet zo'n probleem, maar veeleer het feit, dat links/republikeins Nederland voortdurend met zijn neus bovenop de handel en wandel van het koningshuis zit. De koning kan zijn kont niet krabben, of er is wel een journalist die zijn gal moet spuien. Het zal 'het volk' een worst wezen, waar Willem Alexander een vakantiehuis betrekt, maar links Nederland maakt hem om die keuze vrijwel af. Het zal 'het volk' een zorg zijn, als er een domme opmerking wordt gemaakt, want die houden gewoon van de vent, maar voor links Nederland is het meteen houvast genoeg om het koningshuis op te doeken.
Frappant dat dit stuk van Kleijn in de Groene verschijnt. Aardig hoor, dat medeleven met het lot van onze koningstelgen, maar schrijf er dan ook bij dat het merendeel van de lezers juist bij de groep behoren, die de monarchie om ieder wissewasje om zeep zou willen helpen.
Laat ik nou links en koningsgezind zijn. Niet dat ik iets heb met koning(in) of prinsessen, maar omdat ik er niet aan moet denken, dat een vent als Balkenende of Rutte ons als president vertegenwoordigt, laat staan in het buitenland. De kosten van de monarchie ontlopen die van een republiek amper, dus ook dat is geen reden. Mijn reden om het te houden voor wat het is geldt de traditie, de geschiedenis. De gulden is al verdwenen, nog even en de provincie Noord-Holland houdt op te bestaan en als Zuid-Holland ondergaat in een grote provincie, dan bestaat zelf heel Holland niet meer, behalve in buitenlandse benamingen als Olanda.
Is die geschiedenis dan zo belangrijk? Ja, want als er geen koningshuis meer is, denkt de gemiddelde Nederlander over een paar jaar dat voetbal het 'oranje' heeft uitgevonden, net als veel kinderen niet weten dat hun stuk vlees een dood dier is en broccoli een plant. En een ding is zeker, zoveel blunders als 'President Rutte' kan maken, dat lukt het koningshuis nooit.
Zijn mening, dat de Nederlander de leden van het koningshuis vastlegt in paradoxen is een feit. Dat de gemiddelde Nederlander een vriendelijke gewone koning wil die fouten mag maken, lijkt me voor het koningshuis niet zo'n probleem, maar veeleer het feit, dat links/republikeins Nederland voortdurend met zijn neus bovenop de handel en wandel van het koningshuis zit. De koning kan zijn kont niet krabben, of er is wel een journalist die zijn gal moet spuien. Het zal 'het volk' een worst wezen, waar Willem Alexander een vakantiehuis betrekt, maar links Nederland maakt hem om die keuze vrijwel af. Het zal 'het volk' een zorg zijn, als er een domme opmerking wordt gemaakt, want die houden gewoon van de vent, maar voor links Nederland is het meteen houvast genoeg om het koningshuis op te doeken.
Frappant dat dit stuk van Kleijn in de Groene verschijnt. Aardig hoor, dat medeleven met het lot van onze koningstelgen, maar schrijf er dan ook bij dat het merendeel van de lezers juist bij de groep behoren, die de monarchie om ieder wissewasje om zeep zou willen helpen.
Laat ik nou links en koningsgezind zijn. Niet dat ik iets heb met koning(in) of prinsessen, maar omdat ik er niet aan moet denken, dat een vent als Balkenende of Rutte ons als president vertegenwoordigt, laat staan in het buitenland. De kosten van de monarchie ontlopen die van een republiek amper, dus ook dat is geen reden. Mijn reden om het te houden voor wat het is geldt de traditie, de geschiedenis. De gulden is al verdwenen, nog even en de provincie Noord-Holland houdt op te bestaan en als Zuid-Holland ondergaat in een grote provincie, dan bestaat zelf heel Holland niet meer, behalve in buitenlandse benamingen als Olanda.
Is die geschiedenis dan zo belangrijk? Ja, want als er geen koningshuis meer is, denkt de gemiddelde Nederlander over een paar jaar dat voetbal het 'oranje' heeft uitgevonden, net als veel kinderen niet weten dat hun stuk vlees een dood dier is en broccoli een plant. En een ding is zeker, zoveel blunders als 'President Rutte' kan maken, dat lukt het koningshuis nooit.
De paradox van links
Ik ben geen mens met een goede opleiding, maar slechts met een goede ontwikkeling. Kennis werd me met de paplepel ingegoten en misschien vaker met een stamper door mijn strot geramd. Er kwamen jaren, dat ik geen enkele behoefte had aan kennis en wetenschap. Ik wilde een simpel bestaan, mijn brood verdienen en voor de rest smurfen kijken op de tv. De opvoeding van kinderen was al ingewikkeld genoeg en de relatie met hun vader was een regelrechte slangenkuil.
Toch begon dat bestaan knagende aspecten te vertonen. Ik begreep de wereld om mij heen steeds minder en als ik me opwond over de politiek, nationaal of internationaal, dan vroeg ik me af, waarom ik machteloos toezag op veel onzin. Al tijdens de ontsnapping uit de slangenkuil ging ik weer lezen. Nu geen aardige verhaaltjes, maar boeken waar je wijs van wordt, die je aan het denken zetten. Filosofie en psychologie hadden mijn voorkeur, want daarin kom je het hele reilen en zijlen van de wereld om je heen, in notendoppen gevat, tegen.
Van lezen ging ik over op doen. Asociaal gedrag van veel mensen zette me aan tot bijzonder sociale gedachten en ik werd lid van GroenLinks. Ik ben nu voorstander van nivellering tot op zeker niveau, van goede sociale voorzieningen, van een gezond milieu, van een duurzame leefwijze en van nog veel meer van die utopische doelstellingen. Ik wil dat iedereen een acceptabele levensstandaard heeft en dat de voedselbank overbodig wordt. Ik ben ervan overtuigd, dat ik het goede wil voor ieder mens in dit land (en daarbuiten, maar daar heb ik minder vat op).
Als links politicus kom ik niet alleen op voor mensen zoals ik zelf, maar meer nog voor een grote groep, die mijn taal totaal niet spreekt. Mensen, die bijgod niet begrijpen wat ik zeg, bedoel of wil. Het zijn de mensen, die weinig hebben geleerd, nooit iets zinnigs lezen en per definitie kakken op de politiek, laat staan op politici. Het zijn de mensen, die mijn 'soort' uitkotsen en liever luisteren naar populistische oneliners, omdat ze die begrijpen. Mensen die voor geen enkel argument openstaan en zich niet verdiepen in achtergronden, geen kennis van zaken hebben en denken, dat alle rottigheid in hun land even simpel kan worden opgelost door bijvoorbeeld buitenlanders eruit te gooien of te schelden op iedereen, die anders denkt dan zijzelf. Zij maken keuzes op basis van een onderbuik gevoel, dat alleen voor veel aanhang en macht wordt bevestigd door de populisten, die juist geen enkele oplossing bieden.
Waarom zet ik me in voor de rechten van dit volk, dat in veel gevallen niet eens door heeft, dat ik het doe? Mijn eigen soort heeft me niet nodig. Die kunnen, als ze dat willen, prima voor zichzelf opkomen. Ik ben blij met hem als kiezer, maar de man uit de grachtengordel heeft, op milieu en duurzaamheid na, mijn inspanningen niet nodig. Die consumeert wel. Het gaat me juist om de mensen, die niet of nauwelijks kunnen consumeren. Om die mensen, die mijn taal niet begrijpen en voor wie ik me zo ontzettend moeilijk verstaanbaar kan maken.
Subscribe to:
Posts (Atom)