23.5.14

Naar de huishoudschool!

Geruime tijd terug vroeg Lina of Ernst haar begeleider wilde worden. Ze had het gevoel niet verder te komen met haar huidige begeleiders. Drie keer per week drie verschillende begeleiders, die bovendien nog wisselden, omdat vrouwen zwanger worden. Hulp bij het koken, iets dat ze al meer dan een jaar geleden had aangegeven nodig te hebben, 'kwam er niet van'. Vuilniszakken met kleding, in haar schuur, stonden een jaar lang te wachten op 'uitzoeken'. De tweede slaapkamer bleef een jaar lang een rommelkamer.
   Lina is prima in staat om haar woning schoon te houden, te stoffen en te zuigen. Toch waren er wat plekken, die ze vergat. De vensterbank in de keuken bijvoorbeeld. Geen begeleider die dat opmerkte. Misschien was dat het moment, waarop Ernst begreep dat zijn begeleiding eigenlijk brood nodig was. En wat zou het verschil zijn? Bijna iedere dag doet Lina een beroep op ons: Wat moet ik met die brief? De stofzuiger is kapot? Ik ben heel verdrietig! De duiven schijten mijn balkon wit! Ik krijg rugpijn van mijn bed! Kan je kattegrint kopen? Hoe moet ik die lamp vervangen? De katten moeten naar de dierenarts! Mijn band is lek! Mijn slot zit vastgevroren! En zo nog veel meer zaken, die zich dagelijks voordoen en die vaak snel handelen vereisen. In noodsituaties kon ik nooit een begeleider bereiken, werd ik meestal uren later pas teruggebeld en als ik al iemand aan de lijn kreeg, kreeg ik te horen, dat er niemand beschikbaar was.
   Gisteravond kreeg Lina haar eerste kookles van Ernst. Van inkopen tot afwassen. Nu net, op weg naar haar werk, wipt ze even aan voor een kop koffie en vertelt me vol vreugde, dat het ontzettend leerzaam was. 'Allemaal heel anders dan ik gewend was en vanmorgen kwam ik in de keuken en de afwas was al gedaan. Zo'n rustig gevoel. Waarom kunnen andere begeleiders dat niet?' Op die vraag tracht ik nog steeds een antwoord te vinden.
   In Nederland is er een verschil tussen huishoudelijke hulp en begeleiding. Een begeleider vraagt of het allemaal goed gaat, drinkt een kopje koffie, praat wat en is na anderhalf uur weer verdwenen. Een andere vorm van begeleiding is 'leuke dingen met elkaar ondernemen'. Begeleiders schrijven rapporten vol met de acties die ze hebben ondernomen en werken op basis van een begeleidingsplan. Een huishoudelijke hulp poetst en boent drie uur lang en vertrekt dan weer. Die schrijft niets op, hooguit de werkuren. Een combi van de twee bestaat niet en dat is een kwalijke zaak.
   Ik denk aan mijn moeder, die de huishoudschool had gedaan. Voor wie het niet weet: ze leerde de Hollandse pot koken, strijken (overhemden!) en vouwen, hoe schoon te maken (op de knieën dweilen), dekken, gedragsregels waaraan je je als dienstbode moest houden (1935) en natuurlijk kreeg ze ook nog taal en rekenen, hygiene, huishoudboekje bijhouden, productkennis, babyverzorging...noem maar op. Van die vrouw heb ik leren huishouden, leren ruiken en voelen of iets goed is of bedorven. Ik heb geen THT datum nodig. Ik weet al sinds mijn kindertijd welke bacteriën en schimmels schadelijk zijn en over welke je je geen zorgen hoeft te maken of dat je spinazie niet twee keer moet verwarmen.
   Kennis is interesse. Als begeleider moet je allereerst geïnteresseerd zijn in je client. Wat heeft die specifieke persoon nodig voor begeleiding? Hoe is het sociale leven, rijk of arm? Hoe kan ik de zelfstandigheid van de client bevorderen? Dat is er bij Lina in een jaar tijd niet uitgekomen. Ze heeft door schade en schande zelf een hap leren klaarmaken, maar hoeveelheden, kooktijden, sla aanmaken zonder kant-en-klare dressing, waar berg ik mijn aardappels op (niet in de zon), het is haar allemaal niet geleerd. Ook niet op welke stand haar inductieplaat moet staan om iets aan de kook te houden. Ook niet, dat de tegels tegen de wand van de keuken ook vetspatten opvangen.
   Het antwoord op haar vraag, waarom andere begeleiders niet doen (en misschien ook niet kunnen) wat Ernst doet is denk ik een combinatie van twee zaken. Een gebrek aan interesse en onwetendheid. Misschien kan daar in veel gevallen nog luiheid bij. Als je geïnteresseerd bent in de client, dan probeer je deze zo adequaat mogelijk te helpen, door je te verplaatsen in diens situatie. Daarbij moet je een natuurlijke drang hebben om 'aan te pakken'. Koffieleuteren kan iedereen, familie, vrienden, desnoods een bezigheidstherapeut of vrijwilliger, maar begeleiden is de handen uit te mouwen steken. Opvoeden is waarschijnlijk het beste woord.
   De oplossing voor al die mensen met een beperking, die ik steeds hoor klagen over hun begeleiding (jaar in jaar uit) ligt voor de hand: Stuur die begeleiders naar een huishoudschool, waar ze leren werken, geef ze daarnaast een stuk psychologie, pedagogie en gehandicaptenzorg en dan heb je de ideale begeleider. En verbied koffiedrinken!

22.5.14

Taki en Mr. Dick

Vannacht was ik op reis met mijn vader. Waarom hij zonder het te melden naar Griekenland reed, weet ik niet. Ergens in de jaren tachtig stopten de vakanties naar Griekenland. Misschien omdat Wilma inmiddels in Turkije woonde en hij dat land wilde bekijken. Soms ging hij nog naar Rome, naar mijn broer. Mijn moeder zat naast hem in de auto en liet zich gedwee vervoeren naar zijn bestemmingen.
   Griekenland anno 1961, de eerste keer dat de reis werd ondernomen. Oorspronkelijk zoekend naar een leuke stek in Italie, maar hoe zuidelijker hij kwam, hoe droger en platter het land. Eenmaal in Brindisi kwam hij op het idee om de boot naar Corfu te nemen, de Egnatia. Dat was het begin van heel veel lange en leuke vakanties op dat eiland. In de jaren tachtig verziekten de Engelse bierzuipers inmiddels ons ooit zo pittoreske dorpje en olijvenbos. We schoven wat op, iets verder af van het strand, maar ineens was er het jaar, dat Corfu het zonder ons moest stellen. De tent en alle kampeerspullen lagen nog opgeslagen bij vrienden. Ze zijn nooit meer opgehaald. Het eind van een episode.
   In 2004 wilde ik mijn dochters mijn tweede vaderland laten zien, waar ik mijn jeugd had doorgebracht. Ik huurde een apartement aan zee en een auto. Ik werd door veel mensen herkend, want ik lijk redelijk veel op mijn moeder. We brachten een bezoek aan Kavos, ons dorpje van ooit. Restaurant Florida (English spoken and Holland) bestond nog steeds en Taki, Katina, Noula...ze waren er nog allemaal, behalve de oude opa en oma. De bierzuipende Engelsen konden de Griekse prijzen niet meer betalen en de vele horecagelegenheden zagen er armzalig leeg uit.
   Zodra de weg zich van de kust verwijderde was Corfu nog Corfu van toen. Kleine dorpjes, slechte wegen, vrouwen in klederdracht. Alsof de tijd had stilgestaan. Terug in Nederland vertelde ik mijn ouders over onze reis en liet hem foto's zien, maar ik merkte, dat zij dat eigenlijk niet wilden. Het was de pijn van een voorbije periode in hun leven, van de ouderdom, die nooit meer teruggeeft wat was. Griekse muziek, eens zo populair in ons ouderlijk huis, werd nooit meer gespeeld. Waar zij vroeger zo vrolijk van werden, bezorgde mijn ouders enkel nog diep verdriet.
   Vannacht reden we richting Griekenland, pa en ik. Ik stelde geen vragen, maar liet hem begaan. Bij aankomst in Kavos reed ik hem in een rolstoel het terras van Florida op. Taki staarde hem een tijd aan  voor hij hem herkende. Toen liep hij op Mr. Dick af en omhelsde hem. Beiden zeiden niets, maar de tranen liepen over hun wangen en hun omhelzing duurde.
   Ik vraag me af of Taki en Mr. Dick elkaar vannacht inderdaad ontmoet hebben. Dat zal ik nooit weten. Mijn vader overleed in 2005.

14.5.14

Beschaving op zijn kant

Lang geleden keek ik naar een documentaire over Joegoslavië, aan de vooravond van de burgeroorlog, die een einde maakte aan dit land. Een journalist vroeg aan een paar mannen in een klein dorp op het platteland, of zij problemen hadden met islamitische landgenoten. "Nee hoor," antwoordde er een, "Daar verderop (wijzend in een richting) wonen islamieten en daar gaan we prima mee om." Een andere man zegt dan "Nou ja, er is wel eens dat conflict geweest over dat varken, maar dat is al weer een tijd geleden. Ik weet niet of dat ooit is opgelost."
   Joegoslavië is niet meer en het aantal slachtoffers, onder andere van genocide, vindt u wel ergens op internet. Ik weet niet of de islamieten waar de eerste man naar wees nog leven, maar ik moet nog regelmatig aan ze denken en hoop dan, dat ze een veilig heenkomen vonden.
   Vandaag denk ik weer aan ze als ik lees over de ontvoeringen, martelingen en moorden in Oekraïne door pro-Russische activisten. Mensen, die enige tijd geleden nog gewoon naar hun werk gingen en de dagelijkse beslommeringen van het leven doorliepen. Mensen, van wie wordt gehouden door hun ouders, partner, vrienden en eventueel kinderen. Deze mensen staan ineens in (zelfbedacht) uniform met zwaar wapentuig op straat en houden willekeurig mensen aan, controleren of ze er een andere mening op na houden. Ze zijn agressief, mishandelen, martelen en doden. Een andere mening moet met geweld worden bestraft, zodat de angst de mond snoert. Lukt dat niet, dan vermoord je die mening.
   Ik kan voorbeelden uit de geschiedenis noemen, de inquisitie, de Nazi's, Joegoslavië, en uit het heden, Syrie, Afghanistan, en van verder weg, China, Zuid-Sudan, en de lijst nog langer maken met tal van landen en streken op alle continenten. Vroeger en ver weg doet ons denken, dat het aan de beschaving van de mens ligt. In onze huidige Europese samenleving is de beschaving en de tolerantie zo ver gevorderd, dat 'wij' over zulk barbaars gedrag zijn heen gegroeid. Kennelijk niet. Oekraïne is Europa. Weliswaar 'oostblok', maar toch. Die gedachte bezoemt angst in.
   Wie zijn die mensen en waar huizen die mensen, die een ander de hersens kunnen inslaan, als hun gedachten niet sporen met de eigen opvatting? Het kan niet zo zijn, dat die alleen bestaan in andere landen, maar niet in ons eigen Nederland. De wereld bewijst dat ook. Achter welke buurman (of -vrouw) en achter welke collega moet ik zo'n mens vermoeden? Is mijn beschaafde politieke tegenstander ook iemand, die de wapens nog wel eens zou kunnen grijpen als hij daartoe wordt opgefokt?
   In het heel klein gebeuren er ook in Nederland hele rare dingen. Een echtpaar gaat scheiden en de vrouw verzint een mishandelingszaak tegen de vader, om het alleenrecht op haar kind te krijgen. Van de liefde stapt zij met het grootste gemak over naar de haat. Een aantal 'deskundigen' buigen zich erover, zonder hoor en wederhoor en voilà, pappa is uitgerangeerd en ziet zijn zoon ruim drie jaar niet. Volgens een advocaat gebeurt dit vaak, vooral bij hoger opgeleiden, die zich de ene na de andere rechtszaak kunnen permitteren en bovendien kunnen bedenken, waar zij een ander mee aan het kruis kunnen nagelen. Maar het waren toch juist de hoger opgeleiden, de intelligentere mens zou je zeggen, van wie we verwachten dat zij hun barbaarsheid hebben afgeschud en dat zij met hun volle verstand weten wat goed is voor een kind, wat rechtvaardigheid is? Kennelijk niet.
   Ik ben al vaker bedot door mensen als het ging om integriteit en eerlijkheid. Laatst schreef ik een vrouw een mail, waarin ik liet weten, dat ik sommige mensen absoluut niet begrijp en dat zij tot die groep behoort. Omgekeerd zal ik ook niet altijd worden begrepen. Maar wanneer sta ik voor een mens, die mij mijn hersens inslaat, omdat ik zijn mening niet deel? Ik heb niet de illusie, dat mij dat nooit kan overkomen, zelfs niet hier in Nederland. Ik heb ook niet de illusie dat ik hem of haar zal herkennen.
   Zouden die boeren in Joegoslavië die islamieten 'daar verderop' met rust hebben gelaten, of was dat conflict over dat varken van jaren eerder genoeg basis om tot liquidatie over te gaan? God mag het weten.

7.5.14

Een lopend buffet

In Oekraïne vraagt zelfs een 15-jarig jochie met een knuppel 'papieren!'. In Nigeria worden met regelmaat blanken ontvoerd. Waar was het, waar een groep meisjes werd ontvoerd om te worden verkocht als bruid voor 18 euro? Ik weet het niet meer. Ons 'kinderpardon' deugt niet, waardoor veel kinderen alsnog Nederland moeten verlaten. Een greep uit het nieuws. Ik weet niet meer, waarom gisteravond mijn bek tijdens het late nieuws openviel. Ik kan het niet meer opslaan. Ik weet nog wel dat ik tegen Lina zei, dat er zoveel idioten in de wereld zijn, dat het vreemd zou zijn als er niet een of twee ook in je eigen familie zitten.
   Lina was er, omdat ze verdrietig was over het gedrag van haar vader. Gedrag dat ik ook niet kan rijmen met dochterliefde, maar ieder mens zit nou eenmaal anders in elkaar. Mensen veranderen lijkt een onmogelijkheid. Een kind kan je misschien nog volstoppen met wijsheid en goedheid, met een moraal en deugdelijke omgangsvormen, maar een volwassene niet meer. Dat hopeloze gevoel, dat je niet tot iemand door kan dringen leidt bij mij tot een leeg en gelaten gevoel. Ik heb vier jaar in de politiek mijn zegje kunnen doen en weet nu, dat ik geen snars heb veranderd in deze wereld. Ik schrijf blogs, maar ook daar verander ik geen snars mee, want de enigen die erop reageren zijn de mensen, die het met me eens zijn. Mijn 'tegenstanders' blijven mij een idioot vinden, zoals ik hen idioot vind.
   Ik moest mijn dochter dus vertellen, dat mensen zijn zoals ze zijn. Zie een persoon als een lopend buffet. Je pakt was je lekker vindt en laat de dingen die je niet lust, of die je te veel zijn, gewoon liggen. Dat doet een ander ook met jou. Hij geniet van jouw leuke kanten. De minder leuke dingen mag je houden, daar wil hij niets mee te maken hebben. Niemand is perfect, iedereen heeft zijn rottige kantjes. Accepteer ook de tekortkomingen van mensen, maar mochten die te overheersend worden, verbreek dan de relatie.
   Met familie is dat moeilijk, want je houdt per definitie van een vader of dochter. Maar zoals mijn vader altijd zei: familieleden horen bij elkaar, maar passen zelden bij elkaar. Naarmate ik ouder word moet ik hem steeds vaker gelijk geven. Ik verbrak het contact met mijn broer, ofschoon ik erg veel van hem houd, maar zijn rottige kantjes lieten de weegschaal behoorlijk doorslaan. Dan vergt een relatie alleen nog negatieve energie en wordt doodvermoeiend. Die energie kan ik wel ergens anders voor gebruiken.
   Mijn vader zei ook: denk eerst aan jezelf en dan aan een ander, want een ander denkt ook niet aan jou. Ik vond dit altijd het typische voorbeeld van de instelling van mijn vader, egocentrisch. Maar inmiddels weet ik beter. Op een enkeling na is een mens inderdaad eerst met zichzelf en zijn eigen heil bezig. Ik zou absoluut niet kunnen zeggen in hoeverre ik wat dat aangaat egocentrisch ben. Is daar een meetlat voor? Het is uiterst moeilijk om naar jezelf te kijken en en met welke ogen moet je dat dan doen, met die van je vrienden of die van je vijanden?
   Vooral negatieve ervaringen zijn wat mij betreft een enorme leerschool. Een kankertje of een andere rottige ervaring in je leven leert je, dat het leven voor geen enkel mens een rozentuin is. Het zijn ervaringen die veel mensen milder maken, hun ogen openen en doen inzien, dat er veel leed in de wereld is, ook al weet je het niet. Dat je niet bij voorbaat mag oordelen en veroordelen, omdat er wel eens veel sores aan ten grondslag kan liggen. Zo twitterde iemand ooit, dat ik met een dronken kop in de raad zat te bazelen, twee dagen nadat onze beste vriend was overleden. Ik was niet dronken, maar had veel gehuild en mijn kop stond niet ingeschakeld op 'politiek'.
   Er zijn mensen, die absoluut eens een traumaatje moeten oplopen om menselijk te worden. Er zijn mensen, die eens een flinke klap in hun gezicht nodig hebben om te beseffen, dat hun snelle oordeel heel pijnlijk en misplaatst kan zijn. En zelfs de mensen, die al een eind op weg zijn, zoals ik, gaan nog geregeld in de fout. We blijven altijd aanmodderen met onze tekortkomingen, want perfectie bestaat echt niet.
   En dan zijn er mensen, die nooit iets leren. Die alles en iedereen verachten en nooit enig respect kunnen opbrengen voor anderen, voor anders denkenden. Die door hun macht, of dat nu in de vorm van een wapen of van geld is, altijd de sterksten zijn en denken dat de pijn en de narigheid die zij anderen aandoen zich nooit tegen hen zal keren. Mensen als Sadam Houssein, Hitler, hun aanhangers,  de Taliban, Poetin. Onmensen, roofdieren.
   Nu ik zelfs de strijd moet aangaan met een idioot in de familie heb ik besloten, dat ik alle idioten buiten de familie maar laat voor wat ze zijn. Waarom zou ik me druk maken over al dat onrecht in deze wereld, waar ik 'als mier' toch helemaal niets aan kan veranderen? Het lukt me niet eens met een enkele idioot, die zijn liefhebbende dochter zo behandeld, dat ze al dagenlang van slag is.
 

4.5.14

Het dwangbuis van de verstandelijke handicap

Normaal gesproken zou ik geen barst meer met mijn vorige echtgenoot te maken hebben en al zeker niet met zijn vrouw. Onze kinderen zijn volwassen en ik ben bewust een eind weg gaan wonen, ver van alle herinneringen aan een lange periode ellende.
   De nieuwe omgeving, andere mensen, winkels en straten hielpen zeker om het verleden niet dagelijks te laten opborrelen in mijn hoofd. Maar dat hoofd nam ik mee en daarin zit veel, dat zich hardnekkig heeft genesteld in de grijze cellen of wellicht in de ruimte daartussen. Dagelijkse dingen kunnen mij zo aan de vele leugens doen denken. Een sleutelbos bijvoorbeeld, maar ook woorden, zoals 'vakantie' of handelingen, dan weer een film. De man heeft, al klinkt dat erg zwaar, een trauma veroorzaakt. Hoe klaar ik ook ben met dat verleden, hoe gelukkig ik ook ben met het heden, die herinneringen krijg ik mijn hoofd niet uit.
   Normaal gesproken is bij ons namelijk niet im frage. Wij hebben samen een dochter met een lichte verstandelijke handicap en zijn allebei haar mentor. Dat maakt dat wij ook over een volwassen dochter nog steeds moet overleggen. Twee mentoren, die volledig anders denken. De ene, haar vader, wil haar veilig opgeborgen zien binnen het keurslijf van de Nederlandse zorg, waar zij met die zorg een zelfstandig bestaan opbouwt. Haar ouders zijn er dan alleen nog om haar te bezoeken en verjaardagen en feestdagen mee te vieren. De andere, haar moeder, vindt dat die zorg ernstig tekort schiet.
   Na de schooltijd, uitgeleerd in het beschikbare onderwijs, gaat het leerproces verder. Een mens ontwikkelt zich voortdurend, maar moet de stof die daarvoor nodig is wel aangereikt krijgen. In de zorg is dat niet het geval, zelfs niet met de eenvoudigste dingen. Mijn dochter vroeg een jaar lang hulp met koken, maar dat kreeg ze niet. Geen begeleider kon op het goede moment komen en een andere was 'geen keukenprinses', alsof je dat moet zijn om een Hollandse maaltijd in elkaar te draaien. Dergelijke zaken zijn nog te overzien en anders te regelen, maar het gaat om meer. Toelichting bij het nieuws van acht uur, over Somaliërs die kapen, over de situatie in Oekraïne, over politieke zaken, over alles w     at de revu in het dagelijks leven passeert. Net als dat vliegtuig, dat hoog boven ons atelier zich langzaam aan het oog onttrekt. Het maakt herrie en we stoppen even met praten. Dan, waar gaat dat heen? Uitleggen dat het richting zuid vliegt en dus naar België, Frankrijk of nog verder. We pakken de bosatlas erbij en kijken naar de windstreken en de landen waar het volgende vliegtuig naar toe zou kunnen vliegen. Aan leren komt nooit een eind, daarom praten we over alles en leggen uit, als dat nodig is. Misschien leerde ze het op school, maar dat was lang geleden. Als de vraag komt, is het brein toe aan een antwoord.
   Ik zie mezelf daarom nu als een onmisbare persoon in mijn dochters leven. Begeleiding is niet bezig met dit soort zaken en zelfs veel zaken waar ze zich wel mee bezig zouden moeten houden, gebeuren niet.
   De winkel waar ze werkt is vooral bezig ieder jaar opnieuw de beste winkel van de stad te worden. De inrichting is precies zoals het hoort, de exorbitante prijzen zorgen voor het aanzien en de gehandicapten leveren de menselijke aaifactor (en het geld, duizend euro per maand om er te mogen werken). Dit heeft niets te maken met het integreren van gehandicapten in onze maatschappij. Deze gehandicapten moeten voldoen aan het niveau van de 'normale' mens, want de normale mens wil niet, nooit, afzakken naar het niveau van de gehandicapte. Een scheve stapel boeken moet recht liggen, maar waarom? Omdat dat het beeld van netheid is van ons, maar een gehandicapte ziet die noodzaak niet. De winkel is een showmodel van geslaagde gehandicaptenzorg, voor ons, maar behalve dat er gehandicapten werken, uitvoeren wat hen wordt opgedragen, is er geen handicap in de hele winkel te vinden, want dat wordt te eng. Ook de etalage wordt verzorgd door een 'normaal' mens, want die moet voldoen aan onze perfectie. Mijn dochter wilde graag etaleren, maar dat kan niet, want ze zou wel eens verkeerde kleuren naast elkaar kunnen zetten.

Mijn man en ik besloten onlangs, dat wij naar Turkije gaan zodra ons huis verhuurd is. Een noodzaak, maar wel een leuke. Als mijn dochter niet mee wil, dan gaan we niet, of we gaan zo kort mogelijk. Simpelweg omdat ik weet, dat mijn dochter mij minstens vijf dagen per week een aantal uren nodig heeft. Wij zitten aan elkaar geplakt. Zij houdt van onze gesprekken en wij houden van haar. Daarnaast zijn wij haar steun en toeverlaat in veel: ik naai haar gordijnen, schilder haar muren, help haar met schoonmaken, doe klusjes in huis, ga mee naar de dokter, vertel haar wat aambeien zijn. Mijn echtgenoot doet het zwaardere werk, maakte een netwerk om de duiven van haar balkonnetje te houden. Eerdaags neemt hij de begeleiding over en zal haar onder andere leren koken.
   In Turkije zullen we de eerste tijd genieten van het weer, het nieuwe huis en het zwembad. En dan zullen we kijken, of dochter drie dagen per week, net als hier, ergens kan werken. In de horeca, dat ligt in een jachthaven voor de hand. Slechter dan een turkse jongen kan ze het absoluut niet doen. We zullen zorgen dat ze beter Engels leert en we zullen ervoor zorgen, dat ze haar eigen afdeling heeft in het huis dat we zullen huren. En gaat het allemaal niet, dan kan ze altijd terug. Het wordt een lange werkvakantie, maar niets staat haar in de weg weer terug naar Nederland te gaan. Wij komen haar achterna, zodra de centen dat toelaten.
   Normaal gesproken is een vader dan blij. Blij dat een moeder zoveel aandacht aan haar dochter schenkt. Maar deze vader is dat niet. Deze vader begint direct te schreeuwen, dat moeder geen verstand in haar hoofd heeft en dat dit allemaal gedoemd is verkeerd te gaan. Gesteund door zijn derde vrouw (ik was de tweede), die vindt dat ze mijn dochter genoeg kent om te weten wat goed voor haar is. Als ik een mail aan mijn ex schrijf, krijg ik een antwoord van haar, van de vrouw die het een worst was, dat ze datzelfde meisje ooit diep ongelukkig maakte met de verhouding die ze met de vader had. Van een vrouw, die het gedrag van het meisje steevast omschrijft als rottig en zonder enig verband met haar handicap. Die vader en zijn vrouw zijn net als de winkel waar mijn dochter werkt: je mag dan gehandicapt zijn, maar je moet precies zijn en doen zoals wij, dan houden we van je.
   Tegenstelling daarin is wel, dat als ze dan iets wil wat normaal is, een tijdje in het buitenland wonen, dat ineens weer helemaal verkeerd is. Dan moet ze braaf in Nederland blijven zitten en haar tijd tot haar tachtigste uitzitten binnen het keurslijf van de Nederlandse zorg, in haar kringetje, binnen de grenzen die haar handicap bepalen. Dromen, wensen en avonturen zijn volgens hen dus niet weggelegd voor gehandicapten. Kansen om andere ervaringen op te doen ook niet.
   Voor de zoveelste keer lopen wij aan tegen de enorme tegenwerking van dat stel. Drie verhuizingen werkten ze tegen. Dat ze succesvol uitpakten, daar werd nooit meer over gepraat. Nu 'bewerken' we dochterlief weer, want volgens dat stel heeft zij geen eigen mening, geen eigen gevoel, geen avontuurlijkheid, geen dromen en kan ze alleen in Nederland, in de status quo gelukkig zijn. Wat een bekrompen gedachte.