Gisteravond had ik voor het eerst een kort gesprek met de vrouw van mijn ex. Ze heeft mijn leven en dat van mijn kinderen vanaf 1999 beheerst. Pas in 2007 kon ik me losmaken uit het huwelijk met de man, die ‘Tas’ al van voor de millenniumwisseling in zijn telefoon had staan. Dat kwam vooral omdat ik zijn leugens wilde geloven. Gisteravond wist ik ineens waarom.
Ik moet toegeven, dat ik uiterst naïef gehandeld heb, om maar vooral niet te verliezen. Te verliezen van een andere vrouw, of het verliezen van mijn man, het verlies van de huwelijkse staat. En angst alleen te zijn, achter te blijven, als wat? Waar? Hoe? Dom.
Ik vroeg de nieuwe vrouw, waarom het allemaal zo verschrikkelijk moeilijk heeft moeten gaan en zo lang heeft geduurd. Ook voor haar. Haar lijden in die periode was niet mijn zorg, die van mij en de kinderen wel. Zij kon aan iets beginnen of voor iets anders kiezen, ik had van alles te beschermen: het gezin, de financiële situatie, het ouderlijk huis van mijn kinderen. Ik moest vechten voor de status quo. En dan was er nog de liefde. Een slecht huwelijk zegt niet, dat er geen liefde meer is.
De man loog zich een slag in de rondte. Verlies van de status quo was voor hem net zo ingrijpend en pijnlijk als voor mij en de kinderen. Niemand van ons is ooit uitgegaan van een situatie, waarin die moest worden opengebroken, opgeheven, aan de wilgen gehangen. Zijn liefde voor de kinderen, zijn rol als vader des huizes, zullen doorslaggevend zijn geweest voor het bedrog. En toch ook een stukje liefde voor mij, al hoorde het misschien in de categorie ‘gewoonte’. Twintig jaar partnerschap gum je niet in een dag uit. De mens naast je, in datzelfde huis, is een deel van je geworden. Je hele doen en laten, hebben en houwen, is gebaseerd op die persoon. In 2007 waren dat inmiddels 28 jaar. Guus Meeuwis zingt “Je zit in mijn haar…”.
Het openbreken van zo’n leven, van die overrijpe vrucht, is een aaneenschakeling van ellende voor iedereen. Dat voorkomen is een nobel streven, maar het ingezette proces van verrotting is niet tegen te gaan. Het is een evolutionaire wet die onomkeerbaar is, hoe hard je ook je best doet. Liefde staat los van het huwelijk, het is slechts de manier waarop samenleven werd geregistreerd. Liefde kan ook bestaan zonder dat huwelijk en zonder een huis te delen.
Mijn ex maakte een hele grote fout. Hij dacht dat de liefde eerst moest verdwijnen, voor het huwelijk kon worden ontbonden. Dat is een enorme misvatting. Liefde heeft de tijd nodig om te slijten. Ook heeft liefde de tijd nodig om zich te realiseren, dat zij niet meer voldoet aan de criteria, die het huwelijk stelt.
De angina pectoris van de relatie, uit elkaar groeien als sluipmoordenaar. Gewenning en gewoonte belemmeren het uitzicht. Liever de bekende ellende, dan de enorme angst voor het ongewisse of de eenzaamheid. Op het moment dat een serieuze nieuwe partner zijn intrede doet, realiseert menigeen zich, dat de ex al lang niet meer aan de criteria voldeed. De criteria om zonder problemen een huis te delen. Maar dan nog kan de liefde blijven, want ooit was het anders, was hij anders en zij anders. Het leven voedt op, iedere dag opnieuw, en al die indrukken, ervaringen en gedachten worden door ieder mens vrijwel altijd anders opgeslagen. Na twintig jaar is de kloof twintig jaar breed. Alleen de tijd is daar schuldig aan.
Als ik de sluipmoordenaar toen al had opgemerkt, in 1999, en me had gerealiseerd dat de granaatappel toch een keer zou openbarsten, had ik het huwelijk meteen in de diepvries gegooid en mijn kinderen behoed voor de scherven.
3.3.14
Lesje scheiden
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment