17.6.12

Arnon Grunberg: beweringen

Ooit zag ik een interview met een stokoude en zeer beroemde componist. Hij beweerde een heleboel, over het leven, over hoe de vork in de steel zat. Ineens besefte ik me, dat de man niet meer was dan ik, behalve dat ik geen noot op papier kan zetten en hij zijn hele leven niet anders heeft gedaan. Maar meer verschil was er feitelijk niet: hij was net zoveel mens als ik en zijn visie op het leven, het zijn als mens, had daarom totaal niet meer waarde of inhoud, dan mijn visie of die van mijn buurvrouw. Ik had al niet zoveel met beroemdheden, behalve om waar ze in uitblinken (en als dat naar mijn smaak is), maar vanaf dat moment interesseerde het me geen zier meer, hoe en bekende persoon naar het leven kijkt. Ik denk dat de visie van een in armoe levende arbeider boeiender is dan die van een persoon, die in zijn leven nooit een cent tekort heeft gehad.
     Als altijd opent mijn VK op de voorpagina met Voetnoot, de column van Arnon Grunberg. Beweringen van Grunberg dus. Beroemd en dus serieus te nemen. Of niet?


     Vandaag schrijft hij over HafenCity in Hamburg (hoogbouw, kil, onmenselijk, moderne architectuur zoals het hoort). 'Steden zullen steeds meer op elkaar gaan lijken,' schrijft hij. 'Voor het authentieke kun je terecht in het openluchtmuseum.'
Was dat niet altijd al zo? Steden die op elkaar lijken ken ik wel. Soms weet ik niet eens meer of ik er eerder ben geweest of dat het elders was.
Een paar voorbeelden:




achtereenvolgens: Amsterdam, Delft, Alkmaar, Haarlem

Onze voorouderlijke architecten hadden er ook een handje van om elkaar te kopiëren. Niets veranderd dus in al die honderden jaren. En ja, gelijk heeft Arnon, want onderstaande gebouwen worden nu uit de grond gestampt:




Achtereenvolgens: IJburg A'dam, IJmuiden, Haarlem, HafenCity Hamburg
Volgens mij heet dat gewoon 'tijdgeest'. Die tijdgeest kom je overal tegen in de wereld, in de muziek, de kunst, kleding, architectuur, woninginrichting, je kan het zo gek niet noemen. Er bestaat zelfs een mode in gebruik van bloemen en planten. En allemaal denken we dat we uniek zijn. Of modern. Wie begon met twee identieke vazen voor het raam te zetten?


     'Wat voor steden geldt, geldt voor mensen,' schrijft Grunberg. 'De psycholoog, de stedenbouwkundige van het individu, leert het individu er vrede mee te hebben dat het inwisselbaar is en feitelijk geen eigenschappen heeft. Als het dat heeft geleerd is het individu normaal.' Als hij daarmee wil beweren, dat het individu zich in deze tijd niet als uniek kan of mag profileren, dan is hij behoorlijk de weg kwijt. Als er toch iets sinds medio vorige eeuw is veranderd, is het wel de individuele vrijheid van de westerse mens. Of die verandering in alle gevallen goed is geweest, daarover verschillen de meningen, maar van de verstikkende sociale controle van voorheen zijn we bijna helemaal af.
     Zo bedoel ik maar: een bekende Nederlander beweert maar wat, gevat in mooie woorden, zonder maar een moment verder te kijken dan de lengte van zijn neus.

No comments:

Post a Comment