5.12.11

Toilet gezocht

Ja, ik zit nog in mijn ochtendjas. Dat komt omdat ik de nacht nog van mij af moet schudden. En dat moet ik bijna iedere ochtend, dus daarom loop ik doorgaans lang in een ochtendjas. De tweede reden daarvoor is stofzuigen. Na het zuigen ben ik altijd zo bezweten, dat ik dan voor de tweede keer zou moeten douchen, dus sla ik de eerste keer gewoon over. En mezelf aankleden zonder gedoucht te hebben, doe ik niet.
        Maar nu wil ik het hebben over de eerste reden. Die nachten. Eigenlijk meer ochtenden, want meestal is het na zessen. Rond een uur of zes word ik wakker en overweeg dan op te staan, maar omdat het in onze slaapkamer altijd stormt in deze tijd van het jaar, duurt die gedachte maar een halve minuut. Ik ren razendsnel naar het toilet, spring direct weer in bed, draai me om en val weer in slaap. En dan begint de ellende: ik droom.
        Het mag wel eens een paar weken niet zo zijn, maar meestal ben ik op zoek naar een toilet. Een zoektocht, die ofwel geen einde kent, of die uitkomt bij een voorziening, die van geen kanten deugt of zelfs geen kanten heeft. Als ik de perfecte wc vind, dan staat die midden op een plein, midden in een gymzaal of de hal van een congrescentrum. Andere perfecte wc's hebben alleen glazen wanden, die grenzen aan de gang van mijn lagere school, waar voortdurend rebelse jongetjes heen en weer lopen en me bespotten. Nog erger zijn de toiletten, die wel in een afgescheiden ruimte aan het oog onttrokken worden. Deze zijn ontzettend smerig. Meestal is er geen pot, maar een gat, waaromheen nooit is schoongemaakt. Ik zoek dan naar papier of ander materiaal, waarmee ik de vuiligheid kan bedekken, maar dat is er nooit. In andere gevallen is er iets gemaakt, dat als toilet dienst moet doen, een houten rek of een stoel met een gat erin. Soms is de zitplaats zo hoog, dat je niet weet hoe je erop of eraf moet komen. En altijd zijn er mensen. Mensen die wachten, tot ik het toilet weer verlaat. Mensen die kijken. Mensen die zich ergeren.
        Ik vraag me altijd af, waarom die toiletten zo zijn gemaakt, of waarom ze op die idiote plaatsen staan. Anderen moeten toch ook naar het toilet? Ach ja, nu weet ik het weer. Die anderen zitten allemaal op die doodgewone normale toiletten die, als ik er al een vind, altijd bezet zijn.
        Doodmoe word ik van mijn toiletdromen. Zo moe, dat ik al jaren geleden eens een dromenboekje kocht en hoopte dat ik erachter zou komen, wat zo'n droom betekent. Maar ik werd niet wijzer. Soms houden de dromen even op, maar ineens zijn ze er weer. Ik heb alle afwijkingen al de revue laten passeren: faalangst, minderwaardigheidscomplex, machteloosheid... Vanochtend moest ik op het toilet in het vroegere huis van mijn ouders. Het was vuil en de bril ontbrak. Bovendien kon de deur niet op slot en stond ineens een vriend van mijn broer voor me.
        Wat het vreemdste van alles is: al ik wakker word, moet in nooit naar het toilet. Dat had ik om zes uur al gedaan.

No comments:

Post a Comment