31.12.13

Knallen

Klokslag tien uur werd het sporadische geknal structureel. Alsof er vanaf dat tijdstip geld werd uitgedeeld, begaf de vuurwerk minnende mens zich op straat om zijn geld in herrie en rook te laten opgaan. In het stadspark steken diverse groepjes jongeren met sigaretten of aanstekers knallers aan en doen een paar stappen terug, voordat de knal te horen, en een wolkje luchtvervuiling is te zien. Dit schouwspel herhaalt zich voortdurend. De zon schijnt, vuur zie je niet, alleen dat wolkje rook. Het gaat ook niet om vuur, maar om de knal.
   Wij vervoeren in gedeelten een bed naar een ander huis en rijden enkele malen langs het stadspark. In enkele uren tijd verandert er niets. Misschien heeft een aantal jongeren plaats gemaakt voor andere, maar ik zie het verschil niet. De kleding is identiek, de kapsels en de capuchons ook. Er wordt niet gelachen, maar gelukkig ook niet gehuild. Het is een serieuze bezigheid, dat knallen.
    Ik dacht...als ik nou de hardste knal op zou nemen, dan zou ik die keer op keer af kunnen spelen, want wat is het verschil tussen de ene knal en de andere? Boem. Verder komen mijn gedachten niet. Hoeveel kost zo'n knal, vraag ik me af. Wat is er leuk aan zo'n knal? Verkeerde vraag. Wie interesseert zich in een knal, is een betere. Ik zoek mijn geheugen af naar mensen, die van vuurwerk houden, maar ik kan ze niet vinden. Niemand in mijn familie hield van vuurwerk en ik heb ook geen vrienden, en ook nooit gehad, die ervan houden. Kennelijk leef ik binnen het deel van de samenleving, waarin vuurwerk niet thuis hoort.
   Niet waar: een vriendin had eens een man, die van vuurwerk hield. Wij vierden Oud en Nieuw met elkaar en hij had tassen vol van dat spul meegenomen. Ik had daar niet op gerekend en zag mezelf al binnen staan, omdat het zoenen van de buren teveel risico's zou opleveren, maar het lukte om hem naar het midden van de straat te verbannen, Dezelfde man werd door mijn vriendin gedumpt, toen hij haar herder had mishandeld, maar niet nadat hij haar ook nog een flink pak slaag had gegeven. Of het een iets met het ander te maken heeft, durf ik niet te beweren.
   Misschien doet de knal van vuurwerk denken aan een schot van een vuurwapen. Geeft de knal dan een gevoel van macht? Mijn psychologische kennis schiet erbarmelijk tekort als ik zoek naar de geest, die er genoegen in schept om op niets af te knallen. Is deze lege bezigheid een voorbode van andere lege bezigheden, zoals het neerknallen van levende wezens tijdens het jachtseizoen? Of misschien zijn de knalminners in potentie uiterst goede soldaten. De dienstplicht komt weer in mijn hoofd op. Dat heb ik ook, als ik hooligans zie. Ik denk direct aan de gemiste jaren dienst, die mannen met geweren en geweld liet spelen, maar ook discipline bijbracht. "De mooiste tijd van hun leven", hoorde ik mannen van mijn leeftijd vaak zeggen. Feit is wel, dat een deel van de menselijke man de jacht en het gevaar lijkt te missen. Een ander deel is bijzonder gelukkig met een kantoorbaan. S5 ontduikers van de dienstplicht waren een specifiek slag.
   In de verte hoor ik nog steeds het oorlogsgeweld in het stadspark. Het is inmiddels een monotoon geluid, een enkele keer afgewisseld door een knal iets dichterbij. Net zo monotoon zal het brein zijn, dat na iedere knal het volgende rotje aansteekt. Zonder ups en downs, zonder specifieke uitschieters, zonder de gedachte, dat hij tijd zou kunnen steken in iets zinnigers. De eindeloze herhaling van dezelfde actie, van tien uur 's morgens tot een uur 's nachts, als de wet een eind maakt aan de dwangneurose.

19.12.13

Tien jaar leugens

Mensen als jij leggen de fout altijd bij een ander, zijn niet in staat om in de spiegel te kijken en eens eerlijk te bekennen, dat ze falen, kapot maken, zelfs hun eigen vlees en bloed. Mensen als jij kunnen geen excuses aanbieden. Mensen als jij denken, dat over de fouten die ze maken, de volgende dag heen gevlogen kan worden. Beseffen zich niet, dat sommige fouten onherstelbaar zijn, mensen van binnen dusdanig kapot maken, dat er altijd een grote wond of litteken blijft zitten.
   Mensen als jij maken andere mensen kapot, zonder dat er iets van blijft hangen. Mensen als jij hebben morgen weer een nieuwe dag, en zijn die van gisteren vandaag alweer vergeten. Mensen als jij weten niet wat ze aanrichten in levens, weten niet wat een verstoorde, kapotte kindertijd voor invloed heeft op de rest van het leven van een mens. Denken dat pamperen en zoet houden genoeg is om de wonden te helen. Kortzichtigheid. Botheid. Arrogantie. Maar vooral: nooit beseffen wat ze allemaal kapot hebben gemaakt en dat dat ooit als boemerang zal werken. Nooit beseffen, dat een kind maar een jeugd heeft, waar het de rest van zijn leven mee moet doen en dat al die rottige ervaringen niet meer uit te wissen zijn. Nooit beseffen, dat andere mensen maar één leven hebben, dat nooit overgedaan kan worden. Nooit beseffen, dat wonden iedere keer weer open gaan, als er een déjà vu verschijnt. Mensen zoals jij beseffen dat allemaal niet.
   Het vertrouwen, dat wij in jou hadden moeten hebben, heb je zo verschrikkelijk beschaamd, op zo'n onbeschofte manier, dan het me absoluut niet verwonderd dat je dochter je nu, op haar 25ste, tegenkomt en herkent als die persoon uit haar kindertijd, die de boel bij elkaar heeft gelogen. En de basis van die leugens draag je nog steeds bij je: jouw huidige gezin. Een voortdurende confrontatie met de ellende, die ze heeft meegemaakt. Het is respectloos om dat niet te begrijpen en alle problemen van dit moment bij een ander of bij haarzelf te leggen.
   Je gaat, net als opa, volkomen voorbij aan de psyche van de mens. Die bestaat niet, omdat het jou niet uitkomt. Je wilt het verleden uitvlakken, ook bij een ander, door met kracht hun kop in jouw zandbak te steken, maar dat lukt je niet. Dat lukt niet, omdat andere mensen geen ramen en deuren dichtkwakken als het te moeilijk wordt, maar die open laten staan en willen weten hoe het zat, wat waar was en wat niet, wie de schuldige is en wie niet. Er zijn mensen die wel vorsen naar de waarheid en antwoorden willen hebben op al hun vragen. Die laten zich niet met een kluitje in het riet sturen. Die zetten hun verstand, zoals jij dat doet, niet op nul en baggeren niet verder in dit leven alsof er niets gebeurd is. Nee, die mensen willen een leven met mensen die ze kunnen vertrouwen, tot op het kleinste woord. Die mensen willen wijzer worden van het verleden en ervoor zorgen, dat ze zoiets nooit meer overkomt. En zelfs dan zal het ze weer overkomen, want mensen zoals jij zijn helaas in de meerderheid. Ga je diep schamen voor alles wat je onze kinderen hebt aangedaan en wat je ze aan kindertijd hebt ontnomen. En voor wat ik ze niet heb kunnen geven, omdat je van mij een wrak maakte.

15.12.13

"Natuurlijk schat!"

Er zijn nog steeds mannen, die vrouwen als een deel van hun echtgenoot beschouwen. Het kan zijn, dat vrouwen daar zelf aan meewerken. Volgzame vrouwen, dociel voort hobbelend in het huwelijk dat ze zijn aangegaan. Maar misschien geven de hoge scheidingscijfers aan, dat er niet zoveel meer van dit soort vrouwen bestaan. Vrouwen accepteren veel minder dan vroeger. Zij hebben een stem gekregen, die net zo te horen is als die van de man.
   In de Velsense media ben ik vooral echtgenote, maak ik deel uit van het echtpaar. En dat echtpaar wordt als een onafscheidelijke, gelijkdenkende eenheid neergezet. Dat ik 49 jaar lang mijn ziel heb ontwikkeld zonder die man, dat speelt geen rol. In die 49 jaar moest ik me eerst bevrijden van het juk van mijn vader, die als man dacht mij te kunnen voorschrijven wat goed voor me was en die met zwart/wit meningen mijn hersens dacht te kunnen spoelen. Voor zover hem dat lukte, lukte het mij die spoeling weer ongedaan te maken. De volgende twintig jaar heb ik naar de pijpen gedanst van een echtgenoot, die vooral zijn eigen leven leuk maakte, maar al in het midden van die periode realiseerde ik me, dat ik mijn eigen leven wilde leiden. En dus werd ik lastig. Ik sloot de voordeur regelmatig van binnenuit af, dan mocht hij elders slapen, bedden genoeg. Uiteindelijk ging die voordeur niet meer open. Een scheiding, want ik ben een mens en ik denk en ik voel, ook al ben ik vrouw. Misschien juist daarom.
   Als er een ding lastig aan mij is, en dat vinden vrouwen ook, dan is het mijn mening. Ik wijk zelden af van een mening, of er moet een heel goed tegenargument aangedragen worden. Die argumenten liggen niet voor het oprapen, zelfs niet voor mannen. Ik denk, ik ben, ik doe. Er zijn geen ketens, die mij op de door een ander gewenste plek kunnen houden. Zelfs mijn echtgenoot is niet in staat die ketens te vinden. "Ik" is een heel apart geval. Een individu, dat niet lijkt op... of doet als... "Ik" is ziels alleen in deze wereld met haar gedachten, er is niemand zoals ik. En dat bevalt me ontzettend goed.
   Ik heb een echtgenoot omdat ik van hem houd. Ik lig graag met hem in bed en ik praat veel met hem. Ik vind zijn aanwezigheid om me heen heerlijk en moet er niet aan denken, dat hij er niet meer zou zijn. Hij geeft mijn leven warmte en vreugde en laat me door zijn nabijheid meer genieten van alles wat ik om mij heen heb vergaard. Gisteravond nog vond hij mijn maaltijd heerlijk en dat doet me goed. Vanavond zal ik zijn maaltijd heerlijk vinden, ook als die me niet zou smaken. De liefde maakt die al lekker voordat ik het proef. Maar als hij televisie kijkt, lees ik misschien een boek of struin ik het web af, omdat ik een naam hoorde, die ik niet kan thuisbrengen. We zijn zo anders. We denken anders en we willen andere dingen.
   Ik ben niet een deel van een echtpaar, maar een eenling, die ervoor heeft gekozen om met een ander samen te leven. Als ik morgen besluit dat het genoeg is geweest, dan is dat zo. Alleen mijn kinderen zijn een deel van me. Die band is onvoorwaardelijk en al zou ik volledig moeten veranderen om die band in stand te houden, dan zou ik dat doen.
   De man die mij keer op keer als 'echtpaar' in de krant noemt, heeft wellicht een vrouw thuis, die hij overheerst. Of omgekeerd, misschien overheerst zijn vrouw. Kennelijk is zijn huwelijk de samensmelting geworden van twee zielen, die als één zijn gaan denken en doen. Kennelijk is er in dat huwelijk (ik weet niet of het bestaat) geen ruimte meer voor individualiteit. Of misschien is het individu in dat huwelijk ten onder gegaan aan verveling en desinteresse. Een huwelijk waarin beide partners hun tijd uitzitten, vervreemd van elkaar, maar zich gelijktijdig constant ergerend aan al die kleine, voor anderen onzichtbare, dingetjes die zo specifiek zijn voor die partner. Mensen, die hun tijd uitzitten met een partner die ze door en door kennen, die nooit meer kan verbazen, die zelfs het laatste beetje strijd hebben opgegeven, omdat het nergens meer toe leidt. Een huwelijk zonder gesprek, het stel dat je koffie drinkend op een terras ziet zitten, zonder een woord te wisselen, starend in de verte, dromend van een volgend leven, waarin ze alles anders zouden doen.
   Maar meer nog denk ik aan die man als een betweter, zoals mijn vader. Een man die voortdurend een mening heeft en die met veel bombarie verkondigt. Een vrouw die antwoordt met 'Natuurlijk schat', om maar van de boel af te zijn. Mijn vader vatte dat, net als al dit soort mannen, op met: 'Je moeder is intelligent. Ze is het altijd met mij eens!'. Mijn moeder hoopte vooral, dat hij zijn kop eens zou houden.