9.2.13

Leeg


Het is erg leeg van binnen. Dat ken ik niet van mezelf. Ik wil de krant niet eens lezen en ik maak me ook nergens druk om. Niet om mijn huishouding en ook niet om de maatschappij om mij heen. Alles is een eeuwige herhaling en dat lijkt met de jaren erger te worden. Iedere film is een variatie op een vorige, elk probleem ook. Ik heb gisteren mijn tijd gevuld met lezen over de e-sigaret en dat is goed mogelijk, want daar wordt veel over geschreven en ik wist er bovendien niets van. Mijn man voelde zich schuldig omdat hij niets deed. Hij voelde zich niet lekker en lag op de bank in ochtendjas. Waarom ik dan ook niets deed? Waarom zou ik? Er hing een serene sfeer, rust. De vlokken hondenhaar zie ik zonder bril niet en de wereld buiten deze muren kan me gestolen worden.
   Bijna twee weken geleden vond een herhaling van een herhaling van een herhaling plaats, al was het een op zich zelf staand feit. Gerard overleed. Met zijn 55 jaren nog veel te jong, net als zijn vrouw Anne, die drie maanden eerder op haar 53ste overleed. Nog niet zo lang geleden was ik bij de crematie van Hans de Bruin, een zestiger, bij die van Lies, bij die van Joop, bij de begrafenis van Herman, mijn goede oude vriend, en bij de crematie van mijn moeder. Dan ben ik beland in 2011.
   Het eerste overlijden dat ik meemaakte was in mijn tienertijd. De overbuurman van mijn oma liet zich 'doorlichten' tijdens een bevolkingsonderzoek en bleek longkanker te hebben. Een half jaar later was hij dood. Ik ben lang van mening geweest, dat dat 'doorlichten' niet verstandig was. Ik denk dat ik veertien was, toen mijn oma overleed. Opa's heb ik nooit gekend. Oma had kanker, maar overleed aan een hartaanval, 78, naar mijn mening zelfs voor die tijd nog veel te jong. Ik ben naar deze Reinouwtje genoemd en daar ben ik nog steeds apetrots op. Ze was een schat. Mijn tweede oma, Wilhelmina, naar wie mijn zus is genoemd, overleed wat later. Omdat zij doof en blind was, was contact erg moeilijk. Ze was ook een stuk ouder, 90. In die tijd een prachtige leeftijd. Daarna overleden geen mensen meer, want ze waren gewoon niet oud genoeg.
   De ellende met jonge mensen begon in 1995 met het overlijden van mijn schoonzusje Ineke. Na nog geen half jaar ziekbed stierf ze aan borstkanker. Ze werd 50 jaar. Daarna leek de wereld om mij heen gezonder, maar in 2003 overleed Daniela, de vrouw van mijn broer, op 60 jarige leeftijd. Ook kanker. In 2004 nam ik afscheid van Elsbeth, die op haar 39ste een longembolie kreeg. In 2005 overleed mijn vader. Een jaar later werd Denise van 42 in haar knalgroene kist begraven. De D is verwerkt in mijn tatoe, samen met de L en de A van mijn dochters. Mijn goede vriend Nestor, vanaf mijn kinderjaren beter bekend als Roulis, kreeg in 2008 een hersenbloeding en overleed twee weken later. Hij was begin vijftig. Ik zag de Griek nooit meer. In 2010 kreeg Joop een aneurysma.
   Het overlijden van Anne en Gerard heeft iets leeggezogen. Niets lijkt meer zin te hebben. Het leven is hol geworden. Ineens weet je, dat niets zal veranderen, hoe hard we ook vechten. We komen en we gaan, laten ofwel een hoop rotzooi achter, of we worden herinnerd als een prettig mens. Op dat laatste hoop ik dan, want ik doe er mijn best voor, maar ik zal het uiteindelijk nooit weten, want mijn ietsisme is doordrenkt van atheïsme.
   De grootste vraag waar ik in mijn leven mee rondloop is deze: Hoe is een mens in staat om een ander iets aan te doen? In dat 'een ander iets aandoen' ligt de essentie van alles wat verkeerd gaat op deze aardkloot. Het is alsof men niet beseft, dat dit leven eenmalig is en dat het in liefde kan worden geleefd. Er is geloof ik maar een volk, dat dit door heeft: de Tibetanen. Nee, ik hoef geen volgende flower-power beweging op te zetten, want de mensen die zouden moeten luisteren zijn doof en blind. De mensheid verandert niet, gewoon, omdat domheid overheerst.

No comments:

Post a Comment